Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
De wind had juist dezelfde richting als het kanaal, zoodat hij ongeveer in het midden van het water bleef voortdrijven. Zijn breed bovenlijf en zijne dikke wangen deden dienst als zeilen. Vlug ging het wel niet, maar Dik vond het toch alleraardigst. Dit onverwachte zeiltochtje was een buitenkansje, waarop hij niet had durven hopen, en zijne oogen straalden dan ook van genot.
En eindelijk was de heilige avond aangebroken over de wijde wereld; hij bracht in elk huis een helderen lichtglans; hij ontstak de kaarsen aan de groene boomen, in paleizen en hutten; en deze wierpen hun licht op vroolijke gezichten, op kostbare en eenvoudige geschenken; de kerkklokken luidden in de stille, koude winterlucht en noodigden de menschen tot een plechtige, dankbare feestviering; en hoog boven de verheugde wereld spreidde de hemel zijn donkeren blauwen mantel uit; in schitterende, fonkelende pracht straalden de sterren naar beneden, en "Eere zij God in den hoogen," klonk het tot haar naar boven, "in den menschen een welbehagen en vrede op aarde!"
Huiselijke onvrede, verdriet dat hij door zijn kinderen ondervond, zorg en kommer knakten in hem den „artist” voordat de „mensch” Walten oud was; en toen hij inderdaad op leeftijd kwam, waren zijn oogen dof geworden, zij zagen slechts schemerend ’t licht der kunst en straalden ’t niet meer uit. ’t Eenige wat hem voor geheelen ondergang behoedde, was de omstandigheid dat hij niet dronk; hij had een aangeboren afkeer van „den drank”, en zeker zou hij zonder dien gelukkigen afschuw nog veel sneller de maatschappelijke ladder zijn afgedaald.
Rudy moest nu eens een eindje kruipen, dan weer een eindje loopen; zijn oogen straalden van louter vreugde, en hij trapte zoo vast met zijn met ijzer beslagen bergschoenen, alsof hij bij iederen stap een spoor moest achterlaten.
En zoo peinzende viel hij in slaap en droomde dat hij haar naar zich toe zag komen huppelen, juist gelijk zij placht te doen, met een krans van jasmijn in het haar, met blozende wangen en oogen die van blijdschap straalden; maar toen hij wel toezag, scheen zij van den grond op te rijzen; hare wangen hadden een bleeke kleur, hare oogen een meer hemelschen glans, en eene gouden glorie scheen haar hoofd te omringen, en zoo verdween zij uit zijn gezicht; Tom ontwaakte door een luid kloppen en het roepen van verscheidene stemmen aan de voorpoort.
En rondom verhieven zich hoog de witte amaryllis-kelken als blanke bekers van albast en alle de bloemen schenen de beginnende maneklaarte in hare diepe ontvankelijkheden op te vangen en stráalden, heilige tempelvaten gelijk.... En in dit gewijde prieel, achter, uit een witzuilige gang, trad Charis mij te moet. Twee maagden geleidden haar.
Maar toen wij daar binnen kwamen en vrouw Bütow juist de tafel dekte, toen kon hij zich niet langer goed houden, toen speelde zijn gansche hart solo in de kleur, en toen de vrouw hem aankeek, straalden uit zijne oogen niets dan troeven, en hij wees met den duim over de schouders naar mij heen en zeide: "Ziet ge hem daar, vrouw Bütow? Daar staat hij, mijn zusters zoon!
"Ja, mevrouw moet nu niet boos op mij zijn," zeide zij verontschuldigend, terwijl zij deelnemend Kaja's hand streelde, "maar Meneer heeft het allemaal zoo besteld bloemen en kaarsen en champagne alles." Kaja antwoordde niet. Als een slaapwandelaarster stapte zij over den drempel. Feestelijke lichten en een fijne bloemenlucht straalden haar tegemoet.
Zijn stem had de kracht harer jeugd terug gekregen en zijn oogen straalden. Hij hield een heerlijke toespraak, Gösta. Eerst vertelde hij, wat hij wist van Gods gezant. Toen herinnerde hij er ons aan, dat geen uiterlijke glans of groot vermogen dien man zóó bemind had gemaakt; maar alleen dit, dat hij altijd Gods wegen ging. En nu smeekte hij ons om Gods en Christus wille te doen als hij.
De Nereïden zeggen, op den dag Toen 't heldre zeekristal bij uw verrijzen Spleet, en gij stondt in een dooraarde schelp, Die aandreef op den kalmen zeeëspiegel Tusschen de Egeïsche eilanden en langs Den oever die uw naam draagt, barstte er liefde, Als de atmosfeer van zonvuur 't levende Al Vullend, uit u, dat aarde en hemel straalden, De diepe zee en de zonlooze holen, En al wat daarin woont; tot leed verduistring Wierp op de ziel waaruit dat schijnsel kwam.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek