Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
«Heb dank, Livina, heb dank, moeder Geertrui, stotterde hij....» maar Livina hoorde niet. Zij stond met haren broeder voor de bedsponde der kranke. «Thans zult gij spoedig genezen, moeder,» lachte Antoon. «Naarstig en onvermoeid zal ik voor u werken, u vleesch en eieren koopen! Nog veertien dagen en, aan Livina's arm, wandelt gij op de Vrijdagsmarkt. De zieke glimlachte.
Kleine Marius zat zoet en stil in de bank. Zijn te groote donkerbruine oogen gaven zijn bleek gezichtje een uitdrukking alsof hij verschrikt was; en als hem onverwacht iets gevraagd werd kreeg hij een kleur als vuur en stotterde.
Ze hoorde heel goed hoe Meneer het meende, niks as 'en grapje, uit goejigheid, omdat ze zoo'n nare avent gehad had; en toch kreeg z' opeens 'en angst, of z'en droom vervuld zag worden: Hij, Hij was et, gisteravent, in de tent, die mooie jonge, die daar met 'en meisje zat!... Got!... Meneer, mocht toch niks merke.... J..j ...a! stotterde ze, met gedwongen lachje, zooveel mogelijk als-vroolijk.
"Serëscha, Sergej Alexeïtsch!" stotterde zij en trad vooruit. Na een blik op den banknoot geworpen te hebben, hield haar de helper van den portier bij de tweede glazen deur staande. "Wie verlangt u te zien?" Maar zij hoorde en antwoordde niet. Nu ging Kapitonitsch, die de verlegenheid der vreemde bemerkte, zelf naar haar toe en vroeg, wat zij begeerde.
Ha!... 't e... 't e... 't e... 't es verdeeke keulzoad!" stotterde Coben onthutst. En eensklaps begon hij onbedaarlijk te lachen, omdat Leontientje, in baar onwetendheid, bloeiende koolzaadtakken als Sieraadbloemen had geplukt.
Mevrouw Dashwood echter, zich voegend, naar zij geloofde, naar den wensch van hare dochter, door wie zij zich, in hare verteederde gezindheid, in alles wilde laten leiden, begroette hem met een ietwat gedwongen minzaamheid, gaf hem de hand en wenschte hem geluk. Hij kleurde en stotterde iets onverstaanbaars.
Geef hem dan hier! stotterde Bertie doodsbleek, zijne hand reeds uitstekend. Ja maar, dertig was zoo weinig, een bagatel. De brief was nu toch geadresseerd aan den oude en dus wel meer waard. Een oud-kameraad was daarbij, eerlijk gebiecht, in een beetje geldverlegenheid. En Bertie was een meneer en in goeien doen, en hij had een edel hart. Hij zoû een oud-kameraad niet in den steek laten.
Ze stotterde op een ende: De dokter is er bij.... Ze hebben er aan gewerkt dezen nacht, met drijen.... Ze hebben er aan gesneden ... en Wiezeken haar keelken ligt open. Wat zegt de dokter? Niets ... en durft hij maar ik, juffrouw, ik weet wel wat sterven is en hoe de Dood doet, als ze nadert.... Dat arme boeleken! En Romaan?
"Ach, heer ridder," stotterde de beangstigde man, "ik ben, gelijk gij ziet, onderdanig genoeg en smeek u ootmoedig om mijn beetje leven. Ik geloof, dat ik een been heb gebroken, want ik kan geen lid verroeren. Breng mij dus ook maar niet om, als gij een christelijk ridder zijt. Weet, dat ik tot den geestelijken stand behoor.
O zeker.... zeker! stotterde Freddy ten tweede male. Mevrouw martelde haar en zag het, dat ze haar martelde, maar ze zou geen medelijden toonen, want ze wist nog niets zekers. Ze wist nog niet of Freddy haar Paul nog niet een weinig lief kon hebben; ze wist de redenen niet, die hen van elkaâr gescheiden hadden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek