Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


Hij is sterk en men kan hem laten doen, wat verlangd wordt en bovendien gij behoeft niet te denken, dat hij tot Uw jonge nonnen zal spreken. Hierop antwoordde de abdis: Bij mijn geloof in God, ge spreekt juist. Onderzoek of hij kan werken en beproef hem hier te houden; geef hem een paar schoenen, een oude pij, spreek hem vriendelijk toe, verzorg hem en geef hem goed te eten.

»Och Antje, spreek me daar niet van, ik ben blij dat ik geen kinderen heb, mijn man zou ze bederven, hij is te goed, veel te goed; verbeeld je, hij houdt het er voor dat die ondeugende Piet het gedaan heeft, en hij wil er toch niet naar toe om dat brutale wijf de les te lezen."

Ontzachlijke verschijning! gelijk gij zijt Moet hij zijn dien ge afschaduwt. 'k Ben zijn vijand, De Titan. Spreek de woorden die 'k wou hooren, Schoon geen gedachte uw leege stem beziel'. Luistert! wel moet uw echo stom zijn, grijze Bergen, orakelholen, geestenbronnen, Stroomen rond eilanden, en oude wouden, Verblijdt u hoorend wat gij niet kunt spreken!

»Ja, zeker, uw eigenbelang, Texar," antwoordde Zermah, die opgewonden geraakte. »De plantage Camdless-Bay is verwoest geworden, mevrouw Burbank is stervende, misschien is zij wel dood op het oogenblik dat ik tot u spreek, zijne dochter is verdwenen en haar vader zoekt tevergeefs haar op het spoor te komen. Al die misdaden zijn door u bedreven, Texar; dat weet ik.

Na eene pauze vervolgde hij: »Ik voel dat mijn einde nadert; daarom zal ik niet lang bij deze dingen stilstaan, maar u, mijn zoon en opvolger, mijn uitersten wil doen kennen. Handel dienovereenkomstig, want het is uit ervaring, dat ik tot u spreek! Maar helaas!

"O edele ridder!" aldus sprak hij, "maak met mij vrede, ge kunt verkrijgen daarvoor mijne dochter en het land van Ardennen." Dit was Helias' antwoord: "Meent gij, dat ik u zal steunen in uw verraad? Spreek daarover niet meer, want van mij hebt gij geene genade te wachten. Ik zal de hertogin verlossen, en hare dochter zal ik trouwen tegen uwen wil."

"Blaek!... Blaek!..." herhaalde Klaartje, met een uitdrukking van afgrijzen: "liever leed ik het ergste, wat een mensch kan overkomen, dan dat ik aan iemand, die Blaek heette, iets te danken had." "Hoe!" riep Helding: "wat hebben die Heeren u toch gedaan?" "O! spreek er mij niet van," hernam Klaartje: "is niet Lodewijk Blaek de bewerker van mijn ongeluk?

"Spreekt ge waarheid?" vroeg Cyprianus, tegelijkertijd verbaasd en teleurgesteld over hetgeen hij vernam. "Ja! honderdmaal ja!.... ik spreek de waarheid!" Hij zat thans neergehurkt op den grond en allen hoorden hem aan; want wat hij zeide, zou den gang van zaken zeer veranderen.

Op het einde en in de algemeene vreugdedronkenschap van het als 't ware onmetelijk loofhuttenfeest, onthult Exaël zijn bedoeling: "Eden, de algemeene oorsprong van ons geslacht, is de eigenlijke plaats waar dit broederfeest volmaakt zal wezen: laten wij ons daar onverschrokken den weg toe banen; mijne goden gaan ons voor: uit hun naam spreek ik."

Spreek, oude Ægeon, als gij 't zijt, die eens Een vrouw, met name Æmilia, bezat, Die op één dag twee schoone zoons u schonk, Als gij dezelfde Ægeon zijt, zoo spreek, En spreek dan tot die zelfde Æmilia! ÆGEON. Als ik niet droom, zijt gij Æmilia! En zijt gij dat, zoo meld mij van den zoon, Die met u dreef op dien onzaal'gen mast.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek