Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 mei 2025


Ik erken, dat ik aan dien plicht niet gedacht heb!.... Miss Watkins, ik heb een fraaien droom gedroomd!.... Helaas, ik moet er afstand van doen!" En nog vóór het jonge meisje eene beweging had kunnen doen, om hem in de armen te vliegen, had Cyprianus zijn diamant gegrepen, een buiging voor miss Watkins gemaakt, en was naar buiten geijld.

Cyprianus was daar ongeveer op een uur afstand van de meest verwijderde Kopjes want het geheele diamantdistrict meet ter nauwernood een omtrek van tien of twaalf kilometers. Hij kwam er dus toe om een der huizen, door John Watkins verlaten, te kiezen, daarvan de huur te bepalen, en er in te trekken, hetgeen alles bij elkander geteld hem ter nauwernood een halven dag ontroofde.

"Ik wil afscheid van u nemen, juffrouw Alice!.... Ik vertrek heden nog".... antwoordde hij met haperende stem. De zachte kleur, die de fijne huid van miss Watkins tintte, verdween plotseling. "Vertrekken?.... Gij wilt vertrekken?.... Waarheen?" vroeg zij geheel van haar stuk gebracht. "Naar mijn vaderland terug.... naar Frankrijk," antwoordde Cyprianus.

Toen Cyprianus de mijn naderde, zag hij niets anders dan karren, geladen of ledig, die langs die hangwegen voortreden. Maar toen hij genoegzaam tot den rand genaderd was om den blik in de mijn te laten doordringen, toen bespeurde hij daar eene menigte mijnwerkers van ieder ras, van iedere kleur, van iedere kleeding, die met ijver beneden in die claims arbeidden.

Toen hij evenwel die meening in tegenwoordigheid van James Hilton uitte, begon deze luidkeels te lachen. "Gij gelooft dus dat er geen leeuwen zijn?" vroeg hij, toen zijne lachbui over was. "Dat komt daar vandaan, dat gij er niet op geoefend zijt om ze te zien." "Mooi zoo! Een leeuw te midden van die kale vlakte niet zien!" antwoordde Cyprianus op spottenden toon.

Maar die laatste arbeid vereischte eene vaste hand en een scherp gezicht, en oude Jacobus Vandergaart, die vroeger een voortreffelijk werkman was, ondervond tegenwoordig veel moeite om het hem opgedragen werk uit te voeren. Cyprianus, die hem opgedragen had den door hem gevonden diamant te slijpen en in een ring te zetten, had spoedig eene zekere genegenheid voor hem opgevat.

"Muntstukken!.... Een sleutel!.... Een hoornen kam!...." vervolgde Cyprianus, terwijl hij voortging den inventaris van den inhoud van dien krop op te maken. Hij verbleekte plotseling.

Dus nogmaals, mijnheer, ik heb de eer u de hand van miss Watkins, uwe dochter te vragen." Door den flinken en vastbesloten toon van die kleine toespraak, gaf Cyprianus Méré voldoende den toetssteen aan, dat hij de gewoonte had in alle zaken, zelfs in de meest intieme, recht op zijn doel af te gaan en vrij uit te spreken.

Daarop ging hij afscheid nemen van den ouden Jacobus Vandergaart, die, zonder goed- of af te keuren dat Cyprianus aan dien tocht deelnam hem hartelijk de hand drukte en hem een goede en voorspoedige reis toewenschte.

Wanneer zoo iets gebeurde, dan ging Cyprianus gewoonlijk zijn avond doorbrengen, bij een braven Boer, die zich dicht bij het kamp gevestigd had en Jacobus Vandergaart heette. Het was naar zijn naam, dat de Kopjes-mijn, op welker grond hij zich in de eerste tijden der concessie neergezet had, genoemd werd.

Woord Van De Dag

ach-stv

Anderen Op Zoek