United States or Greenland ? Vote for the TOP Country of the Week !


De abt, die een slimmerd was, begreep dadelijk, dat hij meer van hem wist en dat de monnik gezien had, wat die had uitgehaald. Daarom spijtig over zijn eigen schuld, schaamde hij zich den monnik aan te doen, wat hij zelf had verdiend. Hij vergaf hem en legde hem over hetgeen hij gezien had het zwijgen op, en ze brachten het meisje netjes naar buiten.

"Voor een ongeluk waaraan het lot alleen schuld heeft ..." "Kom, Robrecht, wees redelijk", viel Burchard in. "Dat Disdir droef en spijtig is, zult gij hem daarom gaan haten? Indien Dakerlia u verstiet, zoudt gij niet treuren?" "Zeker, zeker", antwoordde Robrecht getroffen. "Dat Disdir belove mijne bruid te eerbiedigen, en ik wil alles vergeten." "Ik zal ze eerbiedigen", stamelde Disdir.

En ik bevond, dat de oogenblikken van waar genoegen in vergelijking met de droefheidsstonden waren als 1 tot 1000! Ik riep spijtig en lasterend tot God: Is het dan alleenlijk om te lijden en te weenen, dat Gij den mensch hebt gevormd? Waarom hebt Gij de gevoellooze stof niet laten slapen, opdat rust en vrede het deel der ongeschapene natuur bleve?...

»Zie toch uw vriend den schilder!" sprak mevrouw Daubenheim, met een spijtig glimlachje tot den Graaf, terwijl zij deze zijne koffie overreikte en op het paar wees dat nu arm in arm door den tuin drentelde, »il fait un bout de cour aan juffrouw Verburg!"

En hij zag er hèel mooi uit. En toen ging hij zitten op een stier en toen ging de stier mèt Colosseros de lucht in, als in een apotheoze! Ik had van het beest af kunnen donderen, zei Colosseros. Of met beest en al naar beneden kunnen bliksemen. ! zei Cecilius spijtig. Kan ik dat nu nóoit eens komen kijken! Ik moet ièderen dag optreden: ik kan nu nóoit eens naar het Colosseum gaan!

Het ware spijtig, wanneer ik iets bij dit alles moest toevoegen, en den toon overschrijden misschien, die past bij onze aangename vriendschap. Wat ik u verteld heb, moet voldoende zijn om u te laten raden wat ik liefst verzwijgen wil.

"Maar welken dood, om 's hemels wil? Gij maakt mij dwaas en dom, Jakob!" riep de jongeling met spijtig ongeduld. Er heerschte eene wijl stilte, gedurende welke Jakob Mispels zijnen moed scheen samen te rapen. Dan mompelde hij met teruggehoudene stem: "O, Willem, gij zult ook wel verbleeken en beven, kind. Ik heb u dit niet seffens willen zeggen, om u niet plotselijk te ontstellen.

Zoo was er eens een die mij zei, terwijl Tieldeken hem in den kelder een glas bier ging halen: 't Es 'n malsch poezeken, e-woar, meniere; moar 't es spijtig da ze kromme bienen hêt. Een golf van bloed steeg naar mijn hoofd. Kromme beenen! Daar had ik nooit iets van gemerkt. Hoe wist die kinkel....! Hè-je da nog nie gezien, meniere! lachte hij om mijn verbouwereerdheid.

Moar 't origineel es nóg scheunder, complimenteerde Sylvain. Lisatje, die maar half begreep, keek nog bedeesder even op en sloeg de oogen dadelijk weer neer. Fonske beet op zijn lippen, inwendig spijtig en geërgerd, en hij voelde weer een diep-priemend steekje van vluchtige jaloezie, alsof aan iets getornd werd, waar hij alleen recht op had.

Zij was weemoedig, en had zulk een droevig en spijtig gezicht, dat Uilenspiegel, vol liefde, medelijden kreeg en, stille achter haar, heur eenen kus in den hals gaf. Maar zij gaf hem een klinkenden kaakslag in de plaats. Die was raak, zei Uilenspiegel. Zij weende dat de tranen over heure wangen rolden. Nele, sprak hij, gaat gij nu de fonteinen aan den ingang van de stad stellen?