Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juli 2025


De lachende aanblik van dat kleine eiland, omgeven door koraalriffen, noodigde Christian uit er te landen; maar de vijandige houding der bewoners was te dreigend, zoo dat van een landing werd afgezien. Den 6n Juni 1789 liet men het anker vallen op de reede van Matavaï. Toen de bewoners van Taïti de Bounty herkenden, was hunne verrassing buitengewoon.

"Mevrouw! men laat niemand bij de gevangenen," hernam Reede: "zonder verlof van den Fiskaal, en die is zoo aanstonds vertrokken, mij verzoekende, UEd. zijn verontschuldiging...." "Om 't even! dan wil ik naar den Fiskaal. Dien gevangene wil en moet ik spreken. O mijn God! zou het mogelijk zijn?" "Ik bid UEd. bedaar!" hernam de Baron: "ik wil gaarne zelf naar den Fiskaal gaan en verlof vragen.

Wy wierden eenige dagen door den wind op de reede van Texel opgehouden; en in dien tusschentyd, wierd één van onze Officiers, HESSELING genaamt, ongelukkiglyk door de kinderziekte aangetast.

Als hij zoo sprak luisterde zij gaarne en met belangstelling toe, terwijl zij overdag van de reede aan de noordzijde met hem een eind de zee invoer, of in de lange winteravonden netten breide, een kunst die zij van Dione had geleerd.

Mijn stoomboot heeft een duizendtal bossen bananen ingenomen en moet zich op de reede van Navoa op Viti Levu nog van eene zekere hoeveelheid suiker voorzien. Wij vertrekken des avonds en ankeren den volgenden morgen bij een laag land, dat ons eene menigte muskieten toezendt. Er is daar niet veel te zien, alleen een suikerfabriek en wat kokospalmen staan er in eene overigens onbebouwde streek.

De vrees van Pulver werd bewaarheid; want, op dit oogenblik dat ik schrijf, is sedert lang die reede voor gewone vaartuigen ontoegankelijk geworden en biedt zij alleen bij hoog water den visscher een tijdelijke schuilplaats aan.

Bouke, verlaat de kamer met uw volk. Nu zijn wij alleen: wat hebt gij nu te zeggen?" "Heer Baron," zeide de wachtmeester: "wees zoo goed en zie dit papiertje eens in." Meteen toonde hij het aan Reede, terwijl hij het zorgvuldig met de beide handen onder en boven bleef vasthouden uit vrees dat het hem ontscheurd zoude worden.

En toen, eer Joan van zijn bevreemding kon bekomen, trad hij terug en nam Reede bij de hand. "Mijn vriend!" zeide hij: "wat zou het jammer zijn, indien op een heuglijken dag als deze, de vreugd door oneenigheid of hooge woorden verstoord werd.

"Wie? wat? wat is dat?" riepen al de aanwezigen als uit éénen mond, en zagen naar de deur, waarin een grijsaard stond, door Bouke binnengeleid. "Ik Godard van Reede van Sonheuvel," hernam de onbekende, "heb mijn toestemming niet gegeven tot het huwelijk van Jonkheer Jacob Mom met Jonkvrouwe Ulrica van Reede tot Sonheuvel, mijn kleindochter."

geheel de uwe J." "Wat drommel!" riep Reede, na gelezen te hebben, "dat briefje luidt aan Ulrica. Wat hebben wij daarmede noodig?" "Is dat de toon van een schelm?" vroeg Bouke. "Ik weet niet," zeide de Baron: "doch wat doet hij aan Ulrica te schrijven?" "Wel kijk! heeft hij niet honderdmalen aan de Freule geschreven? Is dat zijn eenigste kwaad?

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek