Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juli 2025
Van de ware bedoeling der Engelsche Maatschappij wist Jansen intusschen niets af, maar zijn gezond boerenverstand zeide hem toch, dat de mooie voorspiegelingen van den gladden prater daar voor hem, zeker, niet waar konden zijn. Hij liet dus den welbespraakte uitpraten, sloeg het rechterbeen over het linker, en zeide: »Ik heb er geen zin in, om Elandsvallei te verkoopen; ik verkoop je geen land."
Lodfafnir leer deze wijze les: vaar tegen geen enkelen vreemdeling uit en geef gaarne aan wie er om vragen, en geef zoo lang en zoo goed als gij kunt. Spot nooit met een stumper en veracht een ouden prater nooit: verstandigen hebben een verwelkte huid, die slap en verschrompeld om hen heen hangt: maar het verstand kwam met hun jaren.
Om Gods wil, laat een ander nu eens gaan. ADRIANA. Terug, of rondom zal het hoofd u gloeien. DROMIO VAN EPHESUS. En hij zou 't gloeien doen met rooden schijn; Zoo schonkt gij beiden mij een heil'genglorie. ADRIANA. Weg, domme prater, haal uw meester hier! DROMIO VAN EPHESUS. Zeide ik goedrond de waarheid, ben ik dáárom Te schoppen als een bal van hier naar ginds?
Welgemoed toog ik met den gids op weg; 't was een gezellige prater; Van de Water zouden wij hem hier genoemd hebben; daar heette hij Dall Acqua. Eerst een paar kronkelwegjes door het dorp en toen langs een slingerpad tamelijk steil den berg op.
Dezen noodkreet buiten rekening gelaten, verried Napoleon door geen enkel woord wat in zijn ziel omging. Tegen niemand uit zijn omgeving sprak hij uit wat hij voelde. In tijden van voorspoed een prater van belang, tot onvoorzichtig wordens toe, dan aan zijn fantasie den vrijen teugel vierende, sloot hij zich thans geheel op in zich zelf.
In het Oosten ligt in het verlengde van de mooie Praterstraat de groote Prater, het beroemde natuurpark aan de Donau, uitspanningsplaats en lustoord voor de geheele bevolking van Weenen. Zeven spoorwegen ontmoeten elkaar in de stad en kunnen de menschen naar de mooiste punten der omgeving brengen.
In de schofturen maakte ik kennis met hem en spoedig had hij een groote genegenheid voor mij opgevat; ik was een onvermoeid vrager en hij een onvermoeid prater. Wij werden zelfs onafscheidelijk. In de mijn spreekt men gewoonlijk weinig en men noemde ons dan ook de babbelaars.
Doch neen, in 't geheel niet, zij waren volkomen ernstig; de stille beaamde met gewichtig hoofdgeknik de woorden van den prater, en beweerde in een paar korte zinnen, dat zulke dingen veel gebeurden, dat er ontelbare voorbeelden van waren.
Mijn kastelein-koetsier werd onderweg dikwijls aangeroepen over zaken, en vriendelijk klonk dan telkens bij 't afscheid, het "Fare well". Mijn reisgezel was een beschaafd man en een aangename prater. Hij vertelde mij veel van zijn land en het landsbestuur; van de zorg voor 't onderwijs en de hooge kosten daarvan.
Vol belangstelling stond de dentiste er bij, zijn haren stekelachtig overeind, omdat hij er altijd met zijn vingers doorheen streek en zijn snorren bibberden, bekantlicht door de lamp, in het getril van zijn praatgragen mond. Af en toe gonsde uit hun midden, als een vierde prater, het gezoem der guitarra.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek