United States or Christmas Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Donna Micaela klemde zich krampachtig vast aan haar vaders arm, maar zij zei niets, ze ging slechts verder. Toen begon cavaliere Palmeri te spreken over Gaetano. "Ik wist niet dat hij zoo bemind was," zei hij. "Ik ook niet," fluisterde donna Micaela. "Maar heden zag ik hoe vreemde menschen in donna Elisa's winkel kwamen en haar smeekten iets te mogen koopen, dat hij gesneden had.

"In dit oogenblik vroeg de rechter hem: "Kent ge de vermoorde?" En hij antwoordde: "Ja." Toen vervolgde de rechter, die een barmhartig mensch was: "Stond ze u na?" En don Gaetano antwoordde: "Ik heb haar lief." Toen Gandolfo zoo ver met zijn verhaal was gekomen zag men dat donna Micaela haastig oprees, alsof zij hem wilde tegenspreken, maar cavaliere Palmeri trok haar vlug naast zich.

"Wij hebben Micaela Palmeri in Diamante gezien," en dan zouden zij vertellen en lachen, en vertellen en lachen. Haar geheele leven scheen haar één groote ellende. Zij was niets anders dan de slavin van een dwaas. Haar gansche leven zou zij niets anders doen dan tobben met don Ferrante. Toen zij thuis kwam, was zij geheel uitgeput.

"En terwijl hij dit dacht, ging don Ferrante naar de zwarte dame en trad haar bij de kerkdeur in den weg. "Daar maakte hij een buiging voor haar en noemde zijn naam. "Indien ik mij niet al te zeer vergis," had don Ferrante gezegd, "is u signorina Palmeri. Ik heb een verzoek aan u." "Toen was ze achteruitgeweken als wilde ze vluchten, maar zij was toch gebleven.

Nu sloeg cavaliere Palmeri met de vuist op de tafel, zoodat glazen en borden rinkelden. Dit was hem te veel; een deftige, ernstige oude heer kon zoo niet met zich laten spotten. "Zoo waar als gij mijn dochter zijt, zult ge nu zwijgen." "Uw dochter!" zei ze en oogenblikkelijk was haar vroolijkheid verdwenen. "Ben ik werkelijk uw dochter? De kinderen in Gela mogen Dominico streelen, maar ik "

Rosa Alfari moest haar laten gaan, en zij zocht den weg naar het paleis van justitie. Daar stond ze tusschen de straatjongens en leegloopers op de publieke tribune en zag cavaliere Palmeri zitten op de bank der aangeklaagden. Het was een voornaam heer met een puntbaard en witten knevel. Giannita herkende hem dadelijk.

Giannita was plechtig gestemd, toen zij de hooge marmeren trap van het palazzo Palmeri besteeg, maar plotseling kwam er twijfel over haar. Wat kan God willen, dat ik voor haar zal doen, die in zulk een weelde is opgegroeid? dacht zij. Vergeet onze lieve Heer, dat ik slechts de arme Giannita van Diamante ben?

"Don Ferrante weet wel, dat de glans van zijn ouden naam niet verduisterd zal worden door een huwelijk met u. "Maak geen bezwaren om die reden, signorina, indien ge anders met don Ferrante zoudt willen huwen." Maar signorina Palmeri herhaalde wat zij gezegd had. Don Ferrante moest niet trouwen met een dochter van een misdadiger.

De bleeke advocaat liep vooruit, en zeide haar, dat don Ferranto Torino uit den winkel had willen jagen, maar dat deze hem toen met zijn mes verwond had. Het was niet gevaarlijk. Don Ferrante was reeds verbonden en zou na veertien dagen geheel hersteld zijn. Don Ferrante werd nu naar binnen gedragen, en zijn blikken dwaalden in het rond, niet om donna Micaela, maar om cavaliere Palmeri te zoeken.

Cavaliere Palmeri antwoordde met onbeschrijfelijken ernst: "Mijn vorschingen hebben me bergopwaarts gevoerd. Ik heb er nooit aan gedacht de villa van den grooten wijsgeer in Gela te zoeken." "Maar Gela is een zeer interessant dorp," zei donna Micaela. "Ze hebben daar geen aparte schuren. De varkens zijn beneden in de huizen, de menschen wonen een trap hooger. En er zijn heel wat varkens in Gela.