Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


Op zekeren Zondag, toen de stiefmoeder en stiefzuster zich gekleed hadden om naar de kerk te gaan, strooide de vrouw door het huis een mandvol gierst en zei: "Luister, Pepelyouga; zoo gij al de gierst niet hebt opgeraapt en zoo het eten niet gereed is, als wij uit de kerk komen, dan zal ik je dooden!" Toen zij vertrokken waren, begon het arme meisje te schreien.

Is hij dood? vroeg Halef, toen hij wat dichterbij gekomen was. Ik weet het niet. Kijk maar eens. Hij sprong van zijn paard en onderzocht den gevangene. Heer, de kwant dommelt maar een beetje. Hier is zijn bijl, zijn Czakan. Halef gaf mij dat heerlijke wapen, dat hij opgeraapt had.

Misschien verlangt de lezer te weten, wat er van de beruchte snuifdoos geworden is, nadat ze door Uncle Prudent buiten boord geworpen was? Die snuifdoos was in de Rivoli-straat vlak voor het huis, dat nummer 210 voert, neergekomen. Die straat was toen geheel verlaten. Den volgenden morgen werd die doos door eene eerlijke straatveegster opgeraapt, die haar naar de Prefektuur van Politie bracht.

Reeds in de XIIIe eeuw wordt de Sint-Maartensdag Scuddecorfsdag genoemd; niet zoozeer, omdat dan de broodkorf geschud werd, d.i. een algemeene uitdeeling onder de armen plaats had maar een korf met appelen, kastanjes, noten, mispelen enz. werd boven het vuur aanhoudend geschud, zoodat de inhoud naar alle kanten vloog en door de grabbelende jeugd werd opgeraapt.

Die van 7 Mei had juist de parelgrijze kleur der asch van den Mont-Pelé, ook bij latere uitbarstingen steeds die tint vertoonend, en voelt bij aanraking verrassend zacht aan, zoo iets als poudre de riz. Veel asch van den Soufrière uit de maanden Juni, September en October is korrelig; ik heb er in de buurt van Georgetown wel opgeraapt, die den indruk maakte van jachthagel.

Alfred, ofschoon kreunende van pijn, zocht, door deze toespraak tot bedaren gebracht, op de been te komen; en juist wilde Doortje, die den lompenbos inmiddels had opgeraapt, den weg naar huis inslaan, toen de woorden: "Door! Door! bin ie 't?" uit Freriks mond, haar van verrassing deden trillen. Frerik, de beminde, de goede Frerik, was terug; in zijne armen lag het hem trouw gebleven Doortje.

Tusschen de gebeitelde kleeren plaatste hij een spiegel, en wel dien, welken de bekoorlijke vrouw had laten vallen en dien haar ontstuimige minnaar dadelijk had opgeraapt.

De vrouw was toegesneld, en had het in 't papier gewikkelde stuk kalk opgeraapt. Zij gaf het haar man. "Waar is dit vandaan gekomen?" vroeg Thénardier. "Waar zou 't anders vandaan gekomen zijn, dan door het venster," zei de vrouw. "Ik heb 't zien vallen," zei Bigrenaille. Haastig opende Thénardier het papier en hield het bij het licht. "'t Is Epopine's schrift. Duivels!"

Walter! hier!" riep Feurich: "helpt mij die schurken eens begroeten." Dit zeggende had hij met de twee boeren een balk opgeraapt, die naast den steiger lag.

Ik heb niet gestolen, ik heb van den weg opgeraapt wat er lag. Gij spreekt van Jean Valjean, Jean Mathieu. Ik ken die lieden niet. Zij wonen zeker in 't dorp. Ik heb bij den heer Baloup, op den boulevard de l'Hopital gewerkt. Ik heet Champmathieu. Gij zijt wel slim, dat ge mij kunt zeggen waar ik geboren ben. Ik weet het zelf niet. Iedereen komt niet in een huis ter wereld.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek