Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Zij wenkte 't Geluw Meuleken, vroeg haar in stilte of alles veilig was. "Alles es goed!" knikte fluisterend het meisje. "Alles es goed, mejonkvreiwe," herhaalde Rozeke. "Tot woensdag dan," zei de jonkvrouw. "Merci, merci," herhaalde zij nog, vurig Rozeke's beide handen drukkend; en haastig was ze weg, door haar bruinen hond gevolgd.
"O joa ik, zille, mejonkvreiwe!" antwoorde Rozeke met stralende oogen. En plotseling ontsnapte 't haar, onwillekeurig, terwijl haar blik zich even op den heer die 't meisje vergezelde vestigde: "En gij euk, mejonkvreiwe? Zijt-e gij euk gelukkig?" "O ja, zeker, zeker, ik ook," lachte de jonkvrouw, met teederzachten oogenglans de richting van Rozeke's blik even volgend.
Dat 'n hét-e zeker nie gepeisd, hè? vroeg nog de jonkvrouw, met iets gelukzalig-triomfeerends in haar toon en houding. En Fonske had den moed te antwoorden: Nien ik, mejonkvreiwe, d
"Rozeke," sprak de jonkvrouw, angstig-gejaagd om zich heen starend, zoodra zij binnen waren, "Rozeke, g' hebt mij beloofd dat g' ook eens iets voor mij zoudt doen als het u mogelijk was, en nu kom ik het u vragen." "Zeker, mejonkvreiwe, mee plezier, 'k ben ten ouën dienste, al wa da 'k kan zal ik veur ou doen," beloofde Rozeke. "Is er hier iemand!
"Ha moar och Hiere, mejonkvreiwe, 'k en k
Zij kreeg er een kleur van over haar wangen, maar zei het toch, onbewust-beleedigend in de ontzetting van haar schrik: "O moar, mejonkvreiwe, dat er e-kier iest moest van komen?" "Hoe?... wat zou er van komen?" vroeg jonkvrouw Anna niet begrijpend. "O, mejonkvreiwe... zeu lank alliene, mee hem, in de koamer...."
Zij voelden blijkbaar iets hinderlijks in de aanwezigheid van den triviaal-dikken kladpotter. Zij wisselden halfluid enkele woorden in hun vreemde taal en jonkvrouw Elvire vroeg aan Fonske: Kan ik euk ou ander werk ne keer zien, dat thuis es? Joa joa g' mejonkvreiwe, antwoordde Fonske; en hij was dadelijk bereid haar te vergezellen.
Hij zag heel bleek en sterk beefden zijn handen. Hij had niet elk woord begrepen, maar wel de zinnen in hun geheel en hij moest dat nu maar kalmpjes, in de eenzaamheid, laten bezinken en in zich verwerken. Es mejonkvreiwe kontent? vroeg glimlachend de moeder. O, joa z' zilde, antwoordde Fonske verstrooid, en voegde er bij, dat hij nu spoedig weer naar zijn werk moest.
Heel goed, mejonkvreiwe, merci, antwoordde Fonske bevend; en hij kreeg ook de hand van meneer Gaëtan, die hem met zijn gewonen, donkeren, sardonischen grijnslach begroette. Toen keken zij elkander aan en er was eventjes een oogenblik als van gegeneerde stilte. De jonkvrouw en meneer Gaëtan wisselden een blik en 't was de eerste, die met eenige inspanning begon: Menier Alfons,....
Joa 't, mejonkvreiwe, 't es lijk of hij zegt, meende Fonske's moeder gewichtig te moeten beamen. Een deur ging open en Van Belleghem kwam binnen: groot, dik, rood, met zwarte snor en opgeblazen kop, die van heel wat zondag-borreltjes en potjes bier scheen te getuigen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek