United States or Albania ? Vote for the TOP Country of the Week !


O, die goede Mattia; die goede Bob! want deze was het, dit weet ik zeker, die zoo belangloos Mattia terzijde stond. "Wij zullen daar zijn met een goed paard." Mattia alleen had nooit zulk een plan kunnen maken. Ik las het briefje nog eens over: "vijf en veertig minuten na uw vertrek; de linkerspoordijk; op mijn beenen terecht komen!" Zeker zou ik flink springen, al moest het mij 't leven kosten.

Ons répertoire hadden we zóó samengesteld, dat we verscheidene dagen achtereen in dezelfde streek konden blijven, zonder dat we te veel in herhalingen behoefden te vervallen; gelukkig konden Mattia en ik het uitmuntend met elkaar vinden en waren wij als broeders voor elkander. Gij begrijpt toch wel, dat het al te mooi is, dat de chef van een troep nooit slaat, zeide hij dikwijls, lachende.

Het kwam me voor, dat het zeer lang duurde eer Mattia den man aan het verstand had gebracht wat hij bedoelde: bij herhaling moest hij hetzelfde vragen, maar ik hield me of ik volstrekt niet twijfelde aan de kennis van mijn vriend. Eindelijk kwam hij terug. 't Is heel gemakkelijk te vinden, zeide hij; wij behoeven maar den loop van de Theems te volgen en de kaden te houden.

Als dit gebeuren mocht, moest het tenminste niet aan mijzelven worden toegeschreven, en daarom was ik op mijn hoede. Toen Mattia de deur uit was, zeide ik tot vrouw Barberin: Nu zijn wij alleen; kunt gij mij nu zeggen wat Barberin voor mij te Parijs is gaan doen? Welzeker, mijn jongen, en met veel genoegen. Met veel genoegen! Ik stond verstomd.

Het was beter te sterven dan veroordeeld te worden als dief. Wat was dat heerlijk verzonnen! Over twee dagen zouden wij in Frankrijk zijn. Ondanks mijne blijdschap was er toch één ding, dat mij leed deed: wat zou er van Capi worden? Maar die gedachte liet ik spoedig varen. Het was niet mogelijk, dat Mattia Capi in den steek zou laten.

Waarom vertelt gij dat, nu Rémi er bij is, mijn beste Mattia? vroeg mijne moeder; hij is in staat om zijn oom onderstand te zenden. Zeker, mama. Waarin zou dan zijne boete bestaan? vroeg mijne moeder. Hierin, dat mijn oom, die alles heeft opgeofferd om fortuin te krijgen, zijn onderstand zal verschuldigd zijn aan hem, dien hij vervolgd heeft en getracht heeft te doen omkomen.

Je ziet toch wel dat ongelukkigen van alles worden verdacht en beschuldigd. Mattia had gelijk; ik wist maar al te goed, dat men hardvochtig is voor ongelukkigen; de kreten waarmede men ons vervolgd had tot voor de deur der gevangenis, bewezen het immers maar al te goed.

Eigenlijk was ik boos op Mattia, nu hij wenschte, dat ik arme ouders zou hebben, inplaats van hetzelfde droombeeld als ik te koesteren; maar aan den anderen kant was ik blijde, dat ik de oorzaak van zijn verdriet kende het sproot voort uit zijn vriendschap, uit zijne vrees van mij gescheiden te worden; ik kon hem hiervan dus geen verwijt maken, daar het een bewijs was van zijn genegenheid en gehechtheid.

Het was thans het aanbreken van den dag, waarvan Mattia gesproken had. Ik luisterde met ingehouden adem; maar ik hoorde niets dan het kloppen van mijn eigen hart. Toen meende ik een licht krabbelen tegen den muur te vernemen, maar daar ik geen voetstappen gehoord had, dacht ik dat ik mij vergissen moest. Ik luisterde nogmaals aandachtig en het krabbelen duurde voort.

Op hetzelfde oogenblik wierp zich een wit lichaam op mij: het was Capi, die met een sprong op den arm van den ingenieur zat en mijn gelaat lekte. Ook voelde ik, dat men mijn rechterhand vatte en die kuste Rémi fluisterde een stem, het was Mattia. Ik wierp een blik om mij heen en ik ontdekte toen een talrijke menigte, die zich in twee rijen geschaard had, zonder den doortocht te belemmeren.