Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 mei 2025
Kortom, alles gewikt en gewogen, zou, indien hij aan Cosette de hinderlaag in het huis Gorbeau verhaald, haar de Thénardiers genoemd had, welke ook de gevolgen ervan waren geweest, zelfs indien hij ontdekt had dat Jean Valjean een tuchteling was, zou dit hem zelven, Marius, zou dit haar, Cosette, veranderd hebben? Zou hij teruggetreden zijn? Zou hij haar minder hebben bemind?
Despoot was hij, maar ook dictator; despoot, uit de republiek ontstaan, en een revolutie in zich opnemend. Napoleon werd voor Marius de volkmensch, gelijk Christus de Godmensch is. Men ziet, dat, gelijk bij alle bekeerden, zijn bekeering hem bedwelmde, dat hij alles toestemde en te ver ging. Het was zijn natuur; eenmaal op een helling, was het hem schier onmogelijk stil te staan.
Jean Valjean voelde dat de weg onder zijn voeten zonk. Hij trad in het slijk. 't Was water van boven en modder van onder. Hij moest er door, want hij kon onmogelijk op zijn schreden terugkeeren. Marius was stervend, en Jean Valjean uitgeput van vermoeidheid. Waarheen zou hij zich ook wenden? Jean Valjean ging dus voort. De modderpoel scheen trouwens bij de eerste schreden niet zeer diep.
Zijn hart smolt van verrukking; vriendelijke woorden deden het zwellen en overstroomden zijn boezem; eindelijk gaf zich zijn geheele liefde lucht en bereikte zijn lippen, maar door de tegenstrijdigheid, die den grond zijner natuur was, kwam er een ruwheid uit. Norsch zeide hij: "Wat komt ge hier doen?" Marius antwoordde verlegen: "Mijnheer...."
Marius had denzelfden avond op reis kunnen gaan en zou dan den volgenden ochtend bij zijn vader geweest zijn. Een diligence in de straat du Bouloy reed destijds 's nachts over Vernon naar Rouaan. Noch Gillenormand noch Marius dachten er echter aan hier onderzoek naar te doen. Den volgenden dag tegen den avond kwam Marius te Vernon. Hier en daar werd het licht reeds ontstoken.
Soms voegde de grijsaard er bij: "Drommels, ik meende dat het slechts een galanterie was. Maar 't schijnt werkelijk liefde te zijn." En het was ook werkelijk liefde, want Marius begon zijn vader lief te hebben. Terzelfder tijd kwam er een buitengewone verandering in zijn denkbeelden. De phasen dier verandering waren talrijk.
Tot op dit oogenblik had de zorg voor eigen veiligheid, die altijd het krachtigst spreekt, hem belet om aan zijn zoon te denken; maar toen de schoolmeester zeide, dat de mijn gevuld was, begon hij aan zijn kind te denken. Marius! Marius! riep hij op hartverscheurenden toon; Marius!
Bij den aanvang der ziekte, den slechten afloop vermoedende, schreef hij mijnheer de Gillenormand om zijn zoon. De ziekte was verergerd. Denzelfden avond van Marius' komst te Vernon had de kolonel een aanval van waanzin gehad; hij was, in weerwil van de pogingen der dienstbode, uit het bed gekomen en had geroepen: "Mijn zoon komt niet, ik ga hem te gemoet!"
Deze kocht de kleederen voor twintig francs. Men ging naar den horlogemaker. Deze gaf voor het horloge veertig francs. "Dat is zoo slecht niet," zei Marius tot Courfeyrac toen hij te huis kwam; "'t maakt met mijn vijftien, tachtig francs uit." "En de rekening van den huisheer?" merkte Courfeyrac op. "Ja, daar dacht ik niet aan," zei Marius.
"Verfoeielijk kind! ik weet niet wat uw vader was! Ik wil 't niet weten! ik weet er niets van; maar wat ik weet is, dat onder die lieden niets anders dan ellendigen zijn geweest! het is, dat allen schooiers, moordenaars, roodmutsen, dieven waren! ik zeg allen! ik zeg allen! ik ken niemand hunner, maar ik zeg allen! hoort ge, Marius?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek