Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 mei 2025
En ik zeg maar, hoe ouder dat je wordt, hoe meer de tijd vliegt; maar je jonge jaren, kind! zeg ik alle dag tegen Koosje, leer dat van mij, die komen nooit weerom". "En dat zijn van die dingen", klonk het van den schoorsteen, uit den mond van den heer Van Naslaan, met plechtige langzaamheid en afgebroken door het statig uitblazen van tabaksrook: "dat zijn van die dingen, mijn goede vriend!
Amelie brengt haar gitaar mee. Tot van middag!" Er gebeurde dien dag iets in 't huishouden van mijn oom, dat nog nooit gebeurd was: het etensuur werd verzet; ook al ten gevalle van neef Hildebrand, die ondanks zijn kamerjapon nogal een witten voet bij oom kreeg; en toen wij verzadigd waren, ging Pieter, onder vele vermaningen van toch vooral voorzichtig te zijn, Koosje, en ik Christientje afhalen.
Voor een deftige dame, die, als mijn tante, zat te breien, maar toch meer naar de mode gekleed was en de wettige echtgenoot van den commies, echter veel jaren jonger dan hij; voor een jeugdige zuster van dezen haren man, van een veertig jaar, met kalfsoogen, die bij haar inwoonde met het voorrecht van de wasch voor haar te doen, haar kousen te mazen, haar hoeden te vermaken, en haar japonnen af te dragen; als ook voor haar dochtertje Koosje, een meisje van ik denk zeventien jaren, die er met haar gescheiden bruin haar en rozerood japonnetje allerliefst uitzag; en behalve voor mijn tante en mijzelven, voor de zeer modieuze gade van den makelaar, die de eenige "mevrouw" van de partij was, een enorme muts met vuurrood lint droeg, en een niet minder enorme gouden gesp aan haar ceintuur.
Daarnaast, of naast Koosje, naar verkiezing, de vroolijke Christien, die met alles tevreden was; Dolf aan 't roer. "Maak 'em nou maar los, vrind!" riep Dolf tegen Keesje: "braaf man! dat mag je reis weer doen"; en het haakje opnemende stiet hij van wal en stuurde met veel handigheid naar het midden.
Mama Van Naslaan bleek van eene meening te wezen tegenovergesteld aan die, welke haar lief kind met het zoetste lipje der wereld had beleden; zij geloofde veeleer dat haar Koosje niet alleen iets, maar zelfs zeer veel vermocht, en knikte haar daarom toe, ook iets in het midden te brengen, waarop mevrouw Dorbeen zei: "Wel ja, laat je ook reis hooren, Koosje! ik heb nu mijn plicht gedaan!"
Het plan werd aan vader en moeder medegedeeld, en er werd besloten dat wij, behalve Koosje, nicht Christientje zouden vragen, eene jonge juffrouw van drieëntwintig jaar, die zeker gaarne mee zou gaan, daar zij niets te doen had dan bij een knorrige tante te zitten, die twee meiden hield en nooit uitging.
Wij bepaalden onderling dat Koosje meer bijzonder onder de zorgen van Pieter staan zou, en ik mij meer dadelijk tot den ridder van Christientje zou opwerpen. Ik kon niet edelmoediger zijn. Pieter was dan ook volmaakt in zijn humeur, en tantelief pakte ons nog dienzelfden dag een mandje met rijnwijn en sinaasappels, eene verfrissching, frisch genoeg in de maand October.
Ik kwam juist met Christien ter bepaalder plaatse, als Pieter er ook verscheen; Koosje ging nevens hem; hij had haar geen arm durven aanbieden, en zij had werk zijn groote stappen bij te houden.
Het was mij namelijk volstrekt niet ontgaan dat hij gedurig stille blikken had geworpen in het witte halsje van Koosje, en zeker openlijke blikken op haar gelaat had willen werpen, zoo hij het had durven wagen een geregeld gesprek met haar aan te knoopen.
En hij zag mij stijf in 't gezicht, om mij al de ijslijkheid van deze Jobstijding te doen beseffen. "Als hij maar een dame meebrengt," zei ik "dan is 't mij wel." "Ja, daar komt het door aan. 't Is zijn zuster; die malle meid! Christientje heeft haar verteld dat ze met Koosje, en mij, en een Leidsch student uit varen ging, en toen wou ze met alle geweld ook mee. Als ik ook reis wat doen wil!..."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek