Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 juni 2025
Naast hem zit een donker, miserig kereltje, ook een Brit, die zijn buurman op de leeuwenjacht wil vergezellen, doch er heelemaal niet het uiterlijk voor heeft. Praten doet hij ook heel weinig.
Kerel! .... kereltje! neem u in acht! Florjan Pacôme was zoo vrij te gaan zitten. Zijne geel-geschoeide handen liet hij spelen over zijne knieën. Hij zag op naar Sörge, wiens blik hij onbeschoft verdroeg. Hij kuchte even, gelijk iemand die, tot het uitbrengen van belangrijke waarheden, zijn keel bereidt. Het gesprek van dezen morgen was vrij.... hevig, mijn waarde!
Nauwelijks was de trein tot staan gekomen, of uit de rondom heerschende duisternis van den nacht kwam een klein, dik kereltje, die er uitzag als een vrouw, op de locomotief aan, en vroeg met een schel fluitstemmetje aan den bestuurder: "Wat komt gij nu reeds hier doen, sir? Brengt gij misschien de werklieden nu al?"
"Aha! dan ben jij dat onverschrokken kereltje, dat op den huize te Hondsholredijk bijna van den stijger viel." "Dezelfde. Doch hoe kan Uwe Edelheid dat weten?" "Ik was met den heer Raadpensionaris en Zijne Hoogheid den Prins getuige van je val en je koenheid." "Zijne Hoogheid de Prins!" hernam Pieter. "O, ik had het geluk, dien te spreken.
»Arm kereltje,« zei Rose op een dag, toen Oliver met zwakke stem gepoogd had de woorden van dankbaarheid te stamelen, die naar zijn bleeke lippen drongen, »als je wilt, zul je gelegenheid genoeg hebben iets voor ons te zijn. We gaan naar buiten en tante is van plan je mee te nemen.
Blondkopje was een knap kereltje; dit had hij de kindermeid, die hem verafgoodde en dolgraag met hem pronkte, tenminste vaak genoeg hooren zeggen. Na de feestelijke boterham zouden de kinderen, om de pret te volmaken, naar een speeltuin gaan, die druk door de jeugd van deze stad bezocht werd.
Rekent gij er dan op, dat ik u al dien tijd huisvesting zal geven? O neen, mijnheer, ik reken op niets. Ik sprak de zuivere waarheid; ik rekende op niemand. Welnu, kereltje, vervolgde de herbergier, daar hebt gij gelijk in; uw meester is mij reeds een aanzienlijke som schuldig; ik kan u twee maanden lang geen krediet geven, zonder te weten of ik op stuk van zaken betaald zal worden.
Maar, jongen... maar, kereltje... maar, ventje... dat is niet buiten, mannetje! Gut, Pompile, wat toch zulke burgerlyke menschen rare ideën hebben! O ja, papa! Weer verkneuterde zich de oude dwaas van pleizier over Wouter's domheid, en de knoop van z'n jasje moest het ontgelden. Buiten is... wat je noemt: buiten, heelemaal buiten, weetje? Of Wouter 't nu wist, zullen we daar-laten.
Gelukkig maar, dat hij hier is gekomen, hij zal best opknappen; een echt proletariërtje is hij, een dapper kereltje vol levenskracht, hij huilt haast nooit.« De zaaltjes, waar de kinderen lagen waren dood-eenvoudig, op 't armoedige af, een bloeiend plantje hier en daar op de vensterbank vormde de eenige versiering.
Wij zullen hem gemakkelijk inrekenen, want hij is alleen. Ik zal...." Eensklaps zweeg hij. En wat hij zag was ook wel geschikt om hem te verbazen, en te maken dat de woorden hem in zijn keel bleven steken. Er sprong namelijk uit de duisternis, snel als een weerlicht, een klein, nietig, kreupel kereltje; het zwaaide met een geweer, en sloeg met een goed gemikten kolfslag den hoofdman ter aarde.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek