Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juli 2025


Ook Juwe Van Adeelen had zijn aangenomen dochtertje lief; misschien even zooveel als zijn vrouw, en iets minder dan zijn zoon, met wien hij het meest ophad, en wel om de eenvoudige reden, dat deze de eenigste was van de drie, die hem op zijn jacht- en vischpartijen kon verzellen.

"Dat is waar! maar ik heb ook heel wat rondgezworven," zeide Reinout, wien onze lezers reeds zullen herkend hebben: "Ik begin thans echter oud en stijf te worden, en naar rust te verlangen: en zoo er nog een hoekje op Aylva-state open is, wilde ik daar mijn dagen wel eindigen." "Hoe!" zeide Juwe: "Is dit werkelijk Ridder Reinout, Feiko? daar vader ons zoo dikwijls van verteld heeft?"

"Dat is een heel geweer, dat gij daar aan uw zijde hebt," hernam de knaap, op den langen zwaren kruisdegen des vreemdelings wijzende. "Wilt gij het eens bezien?" vroeg deze: en, toen hij de oogen van Juwe zag fonkelen van blijdschap, gespte hij het lemmer los en stelde het hem ter hand. "Ziezoo!" voegde hij er bij: "nu ben ik uw gevangene."

Daar is broeder Sicco, die heeft juist zulk een voorval gehad: hij was een fiksche boerenknaap en vrijde naar de dochter van den rijken Juwe Donia: maar toen de zaak zoogoed als klaar was, liet zij hem zitten en nam Agge Hettinga, die toch lang zulk een schoone kerel niet was.

De oude dienaar knikte met het hoofd: en Juwe, zonder een woord te spreken, wierp den degen op den weg, sprong een dijkje en een paar slooten over, en liep, zonder adem te halen, dwars over het land naar Aylva-state heen, om de blijde tijding aldaar te brengen.

Dit duurde zoo tot den dood van den ouden Juwe Van Adeelen, die na verloop van een drietal jaren op een jachtpartij overleed aan de gevolgen van een twist, uit een beuzelachtige omstandigheid ontstaan: namelijk over het aanleggen van het vuur.

Ja, de kindsheid der arme Madzy ware beroofd geweest van de noodige zorgen, had niet een bloedverwante van hare moeder, die bij de bevalling was tegenwoordig geweest en de Vrouwe van Dekama in haar uiterste had bijgestaan, zich het hulpelooze schepseltje aangetrokken. Deze liefdadige vrouw was Sybe Hattinga, de gade van Juwe Van Adeelen.

Deze voorslag klonk in den beginne vrij onwelkom in de ooren van Juwe, die niet gaarne een zoo wakkeren jachtgezel als zijn zoon wilde missen; doch op aandrang, zoowel van den knaap zelven, die, volgens den aard der jeugd, naar verandering haakte en wien het in de ziel griefde, dat ieder zijner tijdgenooten hem in bekwaamheid vooruit was, als van de verstandige moeder, die het voorbeeld van haar echtgenoot hoogst gevaarlijk achtte voor den jongeling, gaf de oude man toe, en Seerp volgde Dekama op de stins van dezen, waar hij zich al spoedig in alle ridderlijke oefeningen zoodanig volmaakte, dat hij in staat was, om, gelijk wij gezien hebben, met eer op een steekspel te verschijnen.

Fåsta het vs rêden ånd buppa tha dura fon alle burgum is t in stên ut wryten: bist årg bâtsjochtig sêide Fåsta, bihod thån jvwe nêsta, bithjod thån jvwe nêsta, help thån juwe nesta, skilun hja t thi witherdva. Is i thina rêd navt god noch, ik nêt fâr thi nên bêtera. Skâmrâd wårth then mån ånd hi drupte stolkes hinne. Min burch lêid an-t north-ende thêre Liudgârda. Thju tore heth sex syda.

"Hei! ho!" antwoordde de Fries, meesmuilende: "de Vrouwe van Aylva is nog kras en vlug; maar toch...." hier zag hij eerst de kinderen en toen den vreemdeling aan, als wilde hij hem te kennen geven, dat hij om hunnentwille het verdere zweeg: "neen!" vervolgde hij, op den grootsten der knapen wijzende: "deze hier, Juwe, is de jongste zoon van onze waardige Vrouwe al die anderen zijn haar kleinkinderen: ja: 't is een heel zootje: en dan zijn er nog wel zes of zeven te huis."

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek