United States or South Georgia and the South Sandwich Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


De uitnoodiging om den modernen koninklyken booswicht by haar in de leer te doen, werd zoo dikwyls herhaald, dat men tenlaatste wel genoodzaakt was, daarop iets te antwoorden. Noch de moeder, noch Stoffel hadden den moed, Wouter's wegblyven voor hun eigen rekening te nemen. De grief van de weigering moest neerkomen op hèm. Maar, m'n lieve juffrouw Laps, de jongen wil niet! Koppig is-i ... o!

Voor juffrouw Laps den tyd had haar eer te herstellen door 't verscheuren van den man gods, vloog Leentje de kamer in: De vent is dronken, juffrouw, hy is stomdronken ... hy heeft gebitterd op den hoek ... daar is-i de deur uitgegooid, en de jongens loopen 'm na ... kyk hier!

Zeker is-i in de kommeny geweest, zei ze, want ze weten nooit waar ze wezen moeten... zulke kruiers! En waarom zoud-i daar niet verteld hebben dat de jongeheer want "jongeheer" zeid-i by dokter Holsma leseerde, op den kolveniersburgwal? Want, zieje, zoo'n man praat altyd. Die soort van menschen doen niets als praten. Nu, ieder mag 't weten.

Je moet hem zeggen dat de jongen die daar zooeven met z'n derriére... Zoo vertel ik, maar Styntje sprak hollandscher, bondiger, korter en beter. ...de jongen die zoo-even met z'n... zitwerktuigen dan, in 't venster van de kerk zat... 'n luiwammes is-i, 'n doeniet, 'n rekel! Zeg dat aan pater. Eerst was-i 'n blinde... jawel, zoolang-i 'n zusje had, dat hem leien kon.

Maar nou ze van 'm weggeloopen is god weet waarom? Misschien bedelt ze liever op 'r eigen houtje nou is-i op-eens 'n lamme geworden. Hoe vindje dat? Zeg 't aan pater. Ja, ja, juffrouw, ik zal 't hem zeker zeggen! En dan van dat vuile schepsel ook, dat daar in den hoek zat. Heb je 'r gezien? Eens toen er sneeuw lag, zei ik: "veeg de sneeuw van de plaats, dan kryg je zes duiten."

Die woont in de Langstraat, en haar man heeft 'n winkel, en daarin verkoopen ze zoowat van alles. 't Is om 't nu zoo eens uittedrukken: 'n komeny, maar aanspreker is-i ook, en hy bedient 'n begrafenisfonds, en dat geeft nogal. Toen verleden haar jongste gestorven is, hebben ze-n-uit hun eigen bus twintig gulden gehad.

M'nheer Jansen is te goedig, zei Wouter. Een zoete-n-engel van God is-i! Maar ik moet op 'm passen. Drie duiten de man, gaat niet, zesmaal in de week... reken maar na! Daar waren er vyftien vandaag, en de man heeft zelf geen boter op z'n brood. Nou, ik ook niet, maar dat's tot dááraan toe. Maar dan alles wegtegeven aan slecht volk! Ik heb ze nu maar twee duiten gegeven, en daarom bromden ze zoo.

Men bemerkt dat de renommee van 't fabriekmerk der brave Hollandsche boter aan 't dalen is. Alweer fantazie, schrik dus nog niet. De beschreven vaders voelen 'n leegte. Ze betrappen zich op gebrek aan verstand van boter. Het bedreigd voorwerp, schuldig dan of miskend, moet in z'n rang hersteld, ne quid detrimenti ... enz. Spoedig 'n boterman! Daar is-i. X heeft verstand van de zaak. Zeer wel.

Z'n redevoeringen imponeeren de geachte leden niet, al rieken ze naar de school en dit moet, want met dat doel is-i daar maar wel maakt hy op z'n patienten hoogmogender indruk dan in de dagen van z'n kamerloosheid. In 't Parlement daalde hy, zonder baat voor iemand, van eenheid af tot 'n zeventigste deel.

't Is waar ook is-i niet thuisgekomen. Trui? Wouter is uit wandelen, meester, met de Hallemannetjes. Dat zyn heel fatsoenlyke kinderen, meester, en ze wonen... Zoo... met de Hallemannetjes... die op de fransche school gaan! Zoo... ei! Ei... zoo!