United States or Guadeloupe ? Vote for the TOP Country of the Week !


De lijsten zijn gemaakt: de ure is gekomen, waarop het rondzeggen beginnen zal. Zie op gindsche brug den besturenden Aanspreker zijn bevelen ronddeelen en aan elk zijn taak aanwijzen. Welke ernst op 's mans gelaat! welke wichtigheid in zijn gebarenspel!

Maar op eens, evenals de Clown in het Engelsche drama op het meest pathetisch oogenblik te voorschijn treedt, daar vertoont zich de Aanspreker: zijne verschijning brengt bij al de aanwezigen ongeveer dezelfde gewaarwording te weeg, welke een valsche noot in de muziek bij den kenner doet ontstaan: alles bij hem is in wederspraak met het aanwezige gezelschap: zijn kostuum; want hij draagt den rouw aan 't lijf, dien de huisgenooten nog maar alleen in 't hart dragen: zijn gelaat; want het staat alleen koud en onbewogen tusschen al die nat bekreten wangen: zijne redenen: want, terwijl de overigen alleen wenschen te spreken over de deugden des ontslapenen en de grootte van hun verlies, spreekt hij van ceêlen, van zwart lak, van timmerlui, van rouwpapier, van koetsiers en van begrafenis-boete: zijne innerlijke gemoedsbewegingen; want, terwijl leed en droefheid den boezem zijner lastgevers vervullen, loopen zijne gedachten over het vermoedelijk bedrag van het loon, dat hem wacht, en berekent hij, uit hetgeen hem van den staat des boedels bekend mag zijn, of de fooien min of meer aanzienlijk zullen wezen.

Het "satansche" . had hij niet gevonden, en de kastelein van 't logement waar hij zijn intrek nam, wist ook niet te zeggen bij wien de heer Gliekke uit B. c. a. op de Heerengracht logeerde, evenmin als de kruier, de schoenpoetser, de kantoorklerk, de dominee 't was een aanspreker geweest de loterijjood en een meisje met een mandje onder 't voorschoot, die hij allen op straat onderzoekend had aangesproken, hem 't vraagstuk hadden opgelost.

Maar reeds is de Aanspreker, zonder zich den tijd te gunnen om het oor te leenen aan de wijsgeerige aanmerkingen der dienstmaagd, een paar huizen verder zijn plechtige formule gaan herhalen.

Ik ben ook zoo'n soort van een agent van een verhuurkantoor, ook een aanspreker; ik kan lachen en huilen, al naar het te pas komt. In mijn koffer heb ik een zomertoilet, maar het zou heel dwaas zijn, dit aan te trekken. Hier ben ik nuNa hem stapte er een dame uit het rijtuig. Juffrouw Mei noemde zij zich.

De gasten worden door de familieleden van den ontslapene in het sterfhuis ontvangen, waarna de aanspreker in de deur de namen in volgorde voor de koetsen opnoemt, op deze wijze: »Eerste rijtuig: de heer S., Mijnheer A., Mijnheer X., de heer R.« In het eerste rijtuig nemen de naaste familieleden plaats, daarna de verdere familieleden en ten slotte de vrienden.

Als aanspreker of bidder zou hem 1 Rijksd. per dag moeten betaald worden . In het volgende hoofdstuk wens ik te spreken over het Bestuur van de Kaapkolonie en ook met een enkel woord over de belastingen, die er geheven werden.

De dag der begrafenis is daar: het is een deftig lijk: en zoodanige worden nooit ter aarde besteld, zonder dat het een boete kost aan den erfgenaam: een boete, vermeerderende naar evenredigheid van het vroegere ochtenduur, waarin de plechtigheid voorvalt, en nog hooger stijgende, wanneer die 's avonds plaats heeft: een speculatie, gegrond op de ijdelheid onzer menschelijke natuur, die zich in zulke oogenblikken minst verloochent; maar het is niet over de ijdelheid der naastbestaanden, het is over den Aanspreker, dat ik u onderhouden moet.

Dit is voorzeker treurig: maar kan men ook niet van den Aanspreker zelven zeggen: Quantum mutatus ab illo? 't Is waar, nog bestaan de punthoed, de lamfer, de korte broek; maar waar is de majestueuse, de eerbiedwekkende, de in talrijke batterijen verdeelde, de wit gepoederde pruik gebleven? Waar is zij? De echo antwoordt: Waar?

Wel drinkt hij een borrel en was een paar dagen in de war, maar hij heeft toch nooit zoo goed gewerkt als nu; jij bent een sentimenteele stumperd, een huilebalk; je hadt aanspreker moeten worden." Alleen de oude Löbell nam hem 's avonds na de voorstelling ter zijde en vroeg medelijdend: "Bin jij nou nog zoo schwermoedig, Boeckelorum?