United States or Western Sahara ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mijnheer Gliekke was.... mijnheer Gliekke. De man, die een werkzaam leven geleid heeft, kan zich moeielijk aan lediggang gewennen, maar 't gaat toch beter dan dat een lediglooper zich aan drukken arbeid gewent, althans mijnheer Gliekke klaagde nooit over zijn tegenwoordigen staat. 't Moet echter ook gezegd worden, dat hij nog altijd werkzaam was.

De heer Gliekke, die half aan de Waanzinnige wals en half aan zijn gast behoorde, vraagde na een kleine pauze: "Al iets gehoord van den nieuwe, Flitz?" "Burgemeester?" vraagde de candidaat notaris. Mijnheer Gliekke knikte, terwijl zijn wijsvinger een orkeststokje geleek waarmee de Waanzinnige wals moest worden in stuur gehouden.

Misschien zag hij hem nog wel bij den notaris. Van Saffelen scheen ernstig ziek te zijn, en zou 't zeker niet aardig vinden, indien Gliekke het dorp verliet zonder naar hem om te zien. Arme Flitz!

Een prachtig verlovingsdiner; en Suze Hilsdorp zal tegenover Barend Flitz, Suze Gliekke tegenover Alexander Van Bavik zitten. En nu eindigen wij onze vertelling, maar roepen eerst luide: Voorzichtig gij, die schittert door vernuft en talenten, er kunnen slangen sissen in de kransen die men u toewerpt, grijp niet al te haastig!

Maar hij had gesproken, en in de oogen der jarige blonken werkelijk een paar tranen, en mijnheer Gliekke riep dat het briljant was, en mevrouw Gliekke betuigde dat het allerliefst was, en dominee zei: "Ja, ja," alsof hij meende: hetzelfde zeg ik zoo dikwijls; en de overige leden van het gezelschap vonden precies wat de heer Meijer Jr. vond, namelijk, dat ze daarop eens moesten drinken, behalve de heer Barend Flitz die hoewel niet luide vond dat het "een lam gezanik" geweest was, en "'en vervl...te padanterie."

Toen hij een dag na het feest zijn gewone digestievisite kwam maken, en hoewel het zijn "eetdag" niet was, stellig op het gewone ombertje en een familiare boterham had gerekend, was mevrouw noch Suze komen opdagen. De heer Gliekke had hem, ja, vriendelijk, maar toch in geenen deele zóó "sjoviaal" als gewoonlijk ontvangen, en hem ronduit gezegd, dat hij nog een paar brieven te beantwoorden had.

Enfin, 't wordt wat anders." Om een verkeerde gevolgtrekking ten opzichte van Suze Gliekke bij den lezer te voorkomen, zoo voeren wij hem naar het oogenblik terug, waarin wij het meisje met den belangrijken brief van Barend Flitz in handen, Heerengracht No. 260 achterlieten. Wat Suze na de lezing er van gevoelde, loste zich op in de woorden: "Die goeje Flitz!" De goeje Flitz!

De neven Gliekke en Vos, die soms komen logéren, praten altijd over zaken en politiek; da's vervelend. Neen, Barend is meegaande; en wie zal zeggen dat hij niet evengoed als Van Saffelen eenmaal verkoopingen zal kunnen houden en testamenten maken; wel zeker, evengoed; en het meisje beklagen dat zijne vrouw wordt.... neen, dat zal ik in 't geheel niet."

De spreker heeft gezien en gehoord; wacht een oogenblik, maar herneemt, na een vriendelijk knikje van mevrouw Gliekke, terwijl hij de jarige Suze bepaald aanziet: "De vroolijk lachende Blijdschap heeft hier hare bloemen gebracht, en, bid ik, dat de zachte Droefheid u trooste zoo 't leed eens mocht dagen, vuriger bid ik, dat de Blijdschap u voere door 't leven, tot aan 't graf in de verte."

Over 't algemeen wist men niet, waaraan deze plotselinge, ofschoon tijdelijke plaatsverandering moest worden toegeschreven, aangezien de heer Gliekke altijd verzekerde, wanneer hij ter wille zijner dames eens naar de naburige stad W. was geweest, blijde te zijn de vrije buitenlucht weder in te ademen.