Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juli 2025
"Gij vermoeit uw longen tevergeefs, mijn arme lompe oude; het spijt mij, maar gij verspilt uw woede voor niets. Dit is geen donder, 't is maar hoesten." En men lachte rondom hem. Courfeyrac en Bossuet, wier moedige vroolijkheid met het gevaar vermeerderde, vervingen, gelijk madame Scarron, het voedsel door scherts, en wijl er geen wijn was, schonken zij ieder vroolijkheid in.
Hij stond op en kwam naar mij toe; hij voelde mijn armen, legde toen zijn hand op mijn hart en vervolgens zijn hoofd tegen mijn rug en vervolgens tegen mijn borst en beval mij diep adem te halen, alsof ik hard had geloopen; toen liet hij mij ook hoesten.
Alleen aan het slot schreef toch de moeder in postscriptum, naar de wijze der vrouwen dat het kind eene verkoudheid scheen beloopen te hebben, dat het een weinig was gaan hoesten in 't kort, een van die onbeduidende moederpraatjes, waaraan geen verstandig vader zich zwaar behoeft te laten gelegen liggen. Welke kleine hoest er niet eens? Wat geduld en wat gomballen "
Zij zag het niet, liep voor zich uit te kijken, zei enkle woorden over 't weer, waarop hij heesch ook iets terugzei, dan aan 't hoesten sloeg om niets te hoeven zeggen en om die schorheid weg te krijgen. En ze stapten door, zij aan zij, te gauw, veel vlugger dan gewoonte is voor 't wandelen van een heer en dame samen. Hun beider innerlijke gejaagdheid maakte 't moeilijk langzamer te gaan....
't Is zijne oude kwaal; aldoor maar hoesten, hoesten, hoesten." "Zoo, zoo! Hoe lang ligt hij al?" "Dat wordt morgen vijf weken, Dik. Ja, ja, 't is een bedroefde tijd." De oude vrouw wendde het hoofd af en veegde zich een traan uit het oog. Dik keek haar vol medelijden aan. "Arme ziel," zeide hij, "dan zal het er wel weer niet breed zitten, denk ik?" "Armoê, Dik, armoê.
De hansworst was eenigermate van zijn stuk gebracht, en begon hevig te hoesten. De ruiter echter, op die muziek niet gesteld, en de zwaarte van zijn geldbeurs in zijn zak terug gevoelende, liet den schimmel eenige luchtsprongen maken, zoodat de aardige man weldra het evenwicht verloor en onder het gejuich der menigte al spoedig tot straatruiter werd verlaagd.
'k Moet hoesten weer: bloed is 't: ik voel 't, als rijden Mij duivlen door de borst: 'k zal 't snel belijden, Want haast begeeft mij de adem ... en ik sterf: 'k Heb eens in 't stormen der Toscaansche baren.... ... Geef, geef mij de absolutie of 'k verderf.... Voor geld een Engelsch scheepje omvergevaren.
Gij zijt niet mijnheer Pacôme, sprak ze, en Oomken ook niet! Iedereen dacht aan de eindelooze handen van Florjan Pacôme en aan de drie ringen die op het pinkje van mijnheer du Bessy karbonkelden. Niemand sprak, en pastoor Doening kon niet nalaten een slim en verwarrend kuchje te slaken. Niet hoesten, pastoor, berispte Francine; ik weet wel dat ge mij van het goede spoor afleiden wilt.
Hij bleef staan en riep met schorre stem: "Hé, Pallieter, zijde gij het?" en toen schoot hij in een geweldigen hoest. Als hij gedaan met hoesten had, riep Pallieter: "Ik ben 't in eige persoon!" "Wilde mij is overzette?...anders mut 'k zou wijd oemgaan." "Wor trekt henne, Piet?" riep Pallieter. "Nor de Bagijnebossche hout koope! Gade mee? Er zen veul occases te doen!"
Alonzo moest om 's mans uitgebreide volkenkennis onwillekeurig lachen; en deze, niet recht wetende waaraan zich te houden, vervolgde met een diep nadenkend knikken: "Voorzeker, uw genade heeft gelijk: de Italianen zijn zwart en zijn niet zwart, dit is ook tamelijk hetzelfde; doch hetgeen zij hebben voortgebracht, dat is schoon, dat is rein, dat is in alle deelen onnavolgbaar; denk slechts aan de groote geesten, die...." doch een nieuwe aanval van hoesten belette den spreker weder voort te gaan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek