Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 mei 2025
Hoe, wat hamer! denkt gy, dat ik niet weet hoe jy haar gedaan hebt, en dat jy haar als een zottin door de godgantsche stad hebt laten lopen in ouwe konkelige kleêren, en dat voor een meisje die geld heeft, en altoos proper gekleet pleeg te zyn; iets dat ik ook byster graag zien mag: wat wilje nu daar van hebben, he? Jy meugt waaragtig nog wel spreken van omslag!
De goede Vrouw ging met my in een agtervertrekje, stak licht op, en zag met verbaastheid, dat ik zo wel en kostelyk gekleet was, en Juweelen aan hadt. Ik viel op een stoel neder, en schreide bitterlyk. Zy maakte vuur aan, lei braaf hout op, want ik trilde van koude, en myne kleêren dropen.
Ik bid u alleen te bedenken; dat, indien gy my eens in vertrouwen kunt zeggen, dat de Heer Edeling uwe liefde, zo wel als uwe achting gewonnen heeft, ik u een der beste oogenblikken van myn leven zal verschuldigt zyn. Gaat gy uit, hartje, om dat gy zo in order gekleet zyt? Ik. Dit was myn oogmerk: de Heer R. zal my op 't Concert brengen. Juffrouw Buigzaam. Zo! Ik.
Dan zullen wij den doorluchtigen Rhijn met de woorden van onzen grijzen Bard gegroeten: "Gij schijnt een aerdsche regenboogh, Gekleet met levendige kleuren, En tart den hemelschen omhoogh, Die hierom nijdigh schijnt te treuren.
Ja Juffrouw, zei ik, die Weduw is een heel braaf mensch, dat weet ik heel wel, en Juffrouw Saartje gaat gekleet, zo als alle ryke jonge Juffrouwen; en, zei ik, onze lieve Heer ziet op het hart, niet op de kleren, zei ik; nou zei zy, "Kind, je hebt geen Licht ". Nou Juffrouw, als je trouwt, wat zul je dan kerjeust wezen! en dat's evel geen zonde; want je Moeder, die zo vroom was, als er een mensch over een paar benen gaan kon, en ouwe Hille, onze Schoonmaakster, wel zo veel goeds gedaan het, die oud en katyvig wierdt; sting styf van 't stof, toen zy trouwde; ik wou, Juffrouw Saartje, dat je dat eens gezien hadt.
Zy hiet, zo als ik hoorde, Styntje Doorzicht; zy was heel stemmigjes gekleet; een Samaartje, met spelden-kopjes, op een wit grondje aan; een zedig Kuifmutsje op, daar het bakkesje van een Heiligje uitkeek: net Moeder Maria, zo als ik haar in de Paapsche Kerken heb geschildert gezien.
En zie daar! daar kwam de eige Zuster der drie Gratiën, geheel vrolyk, geheel leven, geheel ziel, keurlyk gekapt, en op eene edele wys eenvoudig gekleet, aanzweven. Ik hielp de Dames in de koets; en, toen ik er by was, sprong haar knegt by den mynen agteröp. Myne Loge alleen was nog ledig; alle oogen waren op ons. De Weduwe is niet jong meer, maar waarlyk nog eene zeer schone Vrouw. Myn Wicht?
Als ik t'huis kom, zal ik je alle Zondag afhalen om ter kerk te gaan, want ik ben nog zo een oud Hollands man; en je zou niet geloven, Kind, hoe fraai de meisjes zyn, als zy daar, gelyk zo een rei wassepoppetjes, wel gekapt en gekleet, aandagtig zitten toe te luisteren wat de Leeraar zegt.
Wel nou Pietje, zei zy, weetje nou wel, dat jou Juffrouw nou in zo een slegt huis woont, en zoo waerelds gekleet gaat?
Soo haest de jonge maeght haer vont te zijn genesen, Soo wou sy metter daet beleeft* en danckbaer wesen, 290 Sy let* hoe 't heydens* volck gansch sober is gekleet, En 't is haer teere jeught een innigh herten-leet. Sy sprack haer moeder aen: Van yemant gunst ontfangen Doet stracx een billick* hert met alle vlijt verlangen Om weder-gunst te doen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek