Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 juli 2025


Dat Sh. juist daarom zijn stuk te Ephesus liet spelen, is duidelijk genoeg; men vergelijke II. 2. 191; als de gedachte aan tooverij den zoekenden Antipholus en zijn dienaar verbijstert, is het verklaarbaar, dat zij, bij al de vergissingen, niet op de gedachte komen, van nader te onderzoeken, of niet misschien juist in Ephesus hun evenbeelden wonen.

ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Neen, neen, zeg ik daarop. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Dat zeg ik ook; toch noemde zij mij zoo; En deze schoone jonkvrouw, hare zuster, Sprak steeds van zwager. ANGELO. Dat is de keten, heer, die ik u gaf. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Ik meen het ook, heer; ik ontken het niet. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. En mij, heer, deedt gij voor die keten gijz'len.

ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Ik u betalen? wat zou ik betalen? ANGELO. Wat gij mij voor de keten schuldig zijt. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Vóór ik de keten heb, ben ik niets schuldig. ANGELO. Ik heb ze voor een half uur u gegeven. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Gij gaaft mij niets; en krenkt mij, als gij 't zegt. ANGELO. Gij krenkt mij meer nog, heer, als gij 't ontkent.

ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Neen, doe gij 't maar; ik mocht mij eens verlaten. ANGELO. Nu, goed. Hebt gij de keten bij u, heer? ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Wat ik? Ik hoop toch, heer, dat gij haar hebt; Want anders gaat gij zonder geld naar huis. ANGELO. Neen, geef de keten, heer, in allen ernst; De koopman wordt gewacht door wind en tij, En 'k hield hem tot mijn spijt te lang reeds op.

DROMIO VAN EPHESUS. Dat zeide hij, mijn meester; "'k Weet niets," riep hij, "van huis of vrouw of lief." 71 En zoo breng ik, door zijne schuld, mijn boodschap, Niet op mijn tong, maar op mijn schouders thuis, Want, kort en goed, zijn rans'len dreef mij voort. ADRIANA. Terug, schavuit, en breng uw meester hier. DROMIO VAN EPHESUS. Terug? en dan met slagen weer naar hier?

Herostratus, Herostratos, van Ephesus, stak den tempel van Artemis te Ephesus in brand, ten einde zijn naam onsterfelijk te maken. Hij werd met den dood gestraft, maar het besluit der ionische steden, dat zijn naam niet genoemd zou mogen worden, bleef natuurlijk zonder gevolg. Denzelfden nacht, waarin Her. zijne misdaad pleegde, werd Alexander d. G. geboren.

Neem mij in hecht'nis, schaapskop, als gij durft. ANGELO. Hier zijn de kosten, man; neem hem gevangen. Mijn eigen broeder spaarde ik niet, als hij Mij zoo in 't openbaar te schande maakte. GERECHTSDIENAAR. 'k Neem u in hecht'nis, heer. Gij hoort de klacht. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Ik onderwerp mij, tot ik borgtocht stel.

ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Doe recht, genadig vorst, verschaf mij recht, Ter wille van mijn diensten in den krijg, Toen ik u dekte met mijn lijf als schild, Gewond werd tot uw redding; 'k vraag bij 't bloed, Dat ik voor u toen stortte, schaf mij recht. ÆGEON. Als mij de doodsangst niet benevelt, zie ik Mijn zoon Antipholus en Dromio daar.

ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. En trap ik haar in, feeks, dan krijgt gij uw loon. Beproef het, dan krijgt gij het tuchthuis ter woon. Wie maakt aan de deur toch dat heidensch gedruisch? Op mijn eer, in uw stad is onrustig gespuis. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Zijt gij daar eind'lijk, vrouw, voorwaar, gij komt vrij laat. Uw vrouw, schavuit? pak u weg, en vlug, is mijn raad.

DROMIO VAN EPHESUS. Heer, 'k moest u zoeken op de markt en vragen, Dat ge in uw huis, den Fenix, eten komt; Daar wacht mijn meesteres u, met haar zuster. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Zoo waar ik christen ben, gij zult mij zeggen, Waar 't geld in veiligheid geborgen is, Of ik sla u dien bol vol grappen in, Die schertsen blijft, als ik geen scherts versta. Waar zijn die duizend mark, die ik u gaf?

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek