Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 juli 2025
VIERDE BEDRIJF. 1. ~Herberg te Heilbronn~. Elisabeth bereidt haren heer voor op komst van gerechtsdienaars. 2. ~Raadhuis~. Een aantal sterke dappere burgers heeft zich op keizerlijk bevel verdekt opgesteld, om Berlichingen gedurende terechtzitting te overvallen.
Het staat ieder vrij een geheime voorkeur te hebben, maar als er eenmaal aan toegegeven is, als een vrouw eenmaal in opspraak is gekomen, dan neemt de wereld de gelegenheid waar om haar te vertrappen. Welk man, dacht Elisabeth, zou met een vrouw willen trouwen, op wier goeden naam een smet kleefde?
Wel zond Elisabeth nog na het sluiten van het verdrag gezanten tot koning Philips II van Spanje en tot don Juan, om deze van hare vredelievende bedoelingen en van hare gunstige gezindheid jegens den koning te verzekeren, maar de woorden van het verdrag waren te duidelijk dan dat deze diplomatieke kunstgreep der koningin eenige uitwerking had kunnen hebben.
Heer Jan van Culemborch, een verwant der vrouwe van Broechuysen, Elisabeth van Haeften, had naauwelijks het feit vernomen, of hy besloot om de weduwe, die wellicht van hare vier jongere zonen nog geene hulp verwachten kon, in dien nood by te springen.
Die liefde, zoo verheven in haar kracht, was dan nu voor altijd voor hem verloren dat dierbaar gelaat zou hij nooit weer zien! O, zijn hart zou breken! Dat was niet te verduren! En die laaghartigen, die haar er toe gedreven hadden om den dood te zoeken! O, hij zou dien Owen Davies dooden en Elisabeth ook, als zij geen vrouw was, en wat Honoria betrof, met haar had hij afgedaan.
Ik weet er ook niet meer van, dan dat de rechtbank te Bro het huwelijk van Graaf Dohna en Elisabeth van Thurn verklaarde nooit een wettig huwelijk te zijn geweest. Maar daar wist de jonge vrouw toch niets van. Zij leefde onder de boeren, ver van daar. Als zij ten minste nog leefde. Er was onder de kavaliers een, die ik dikwijls een groot musicus genoemd heb.
Vóór ELISABETH WOLFF-BEKKER (1738
In mijn wanhoop zou ik misschien iets doen, wat gij niet verwacht, en dat zou niet ten voordeele van een van u allen zijn. Zweert gij dat?" "Ja," zeide Owen. Toen zag Beatrice naar Elisabeth, en Elisabeth zag naar haar. Zij bespeurde dat de zaak een anderen vorm had aangenomen.
"Men moet al heel veel genoegen in iemands gezelschap vinden, om in zoo'n weer zoo ver te loopen," merkte Elisabeth boosaardig aan. "Ik vond dat althans wel," antwoordde Geoffrey, volkomen naar waarheid, "en het weer is zoo erg niet als ge zoudt denken, ten minste onder de beschutting van de rotsen. Het zal straks wel erger worden."
"Ga je in dien stortregen uit, Beatrice?" vroeg zij, met geveinsde verbazing. "Ja, ik heb slecht geslapen en moet wat frissche lucht scheppen," antwoordde Beatrice, onthutsende en kleurende. "Dat komt zeker van den storm." "Heeft het zoo gestormd?" zeide Elisabeth, weder geeuwende.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek