United States or Svalbard and Jan Mayen ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar ziehier waarom haar vrij hooge toren de aandacht des professors getrokken had: van het platte dak af kronkelde zich van buiten eene trap om de spits en zijne schroeflijnen ontwikkelden zich hoog in de lucht. "Laten wij hem beklimmen," zeide mijn oom. "Maar de duizeligheid?" hernam ik. "Eene reden te meer, gij moet er aan gewennen." "Evenwel...."

Toen zij echter op wou staan om de deur te sluiten, kwam de duizeligheid weer over haar en zij moest wel blijven liggen, ten prooi nu ook aan een martelend gevoel van eenzaamheid, dat haar drukte meer haast nog dan de erge hoofdpijn.

Maar allengs werden allen door eene zonderlinge duizeligheid en bedwelming overvallen, en snakten zij naar lucht, zonder twijfel hadden allen deze verkwikking met den dood moeten bekoopen, indien niet een hunner de kracht en de tegenwoordigheid van geest had gehad, om de deur open te stooten.

Stelt U voor, dat iemand, zonder er gewoon aan te zijn, in een bootje op zee door de golven in een kring rondgedreven of heen en weer geslingerd wordt; welke verschijnselen doen zich daar niet voor! Duizeligheid, bleekheid, misselijkheid, braking, angst, allerlei ziekteleed, tallooze ongelooflijke afwijkingen van het levensvocht, en dat alles uitsluitend gevolg der beweging!

Hier zat ik een poosje, driehonderd el boven den grond, ieder oogenblik verwachtende, door den wind te worden naar beneden gewaaid, of te vallen van duizeligheid, en hals over kop van de vorst tot de goot te tuimelen; maar een flinke knaap, een van de knechts van mijn verzorgster, klom naar boven, en, mij in zijn broekzak stoppende, bracht me veilig omlaag.

Tot overmaat van ramp, is Marcello, mijn getrouwe muchacho, die de instrumenten draagt en tot hiertoe mij trouw is bijgebleven, ongeveer honderd el lager eensklaps blijven stilstaan, hetzij door uitputting, hetzij ten gevolge van duizeligheid; maar toch kan de hieruit voortvloeiende vergissing in do hoogte-berekening slechts zeer gering zijn.

"En tòch ... toe, toe is dat alles ten goeie gekeerd ... door 'n vrouw die mijn liefelijke hart verstond, 'n vrouw as 'n engel ... "'t Was de veertiende Juni. Toe sting ik in Scheveninge weer op de straat, met me heele armoeiïge lijf ineens in die zon. Buite de poort, in die lange laan van hooge groene boome, da'k van duizeligheid niet en wist of 'k links dan rechts af zou slaan.

De Sond vertoonde zich bij de landpunt van Elseneur met eenige witte zeilen, als waren het vleugels van zeemeeuwen, en in den nevel ten oosten slingerden zich de nauwelijks zichtbare kusten van Zweden. Die eindelooze ruimte dwarlde voor mijne oogen. Nochtans moest ik opstaan, recht overeind blijven en uitzien. Mijne eerste les in de duizeligheid duurde een uur.

Hij boog zich nu tot haar over om beter te kunnen luisteren. "Gelukkig dat ik u nog juist bijtijds helpen kon," zei hij vriendelijk. "Het is lastig loopen met dien mist, niet waar? Kan ik nog iets voor u doen?" Maar Hedwig schudde het hoofd; zij kon niet dadelijk spreken, de duizeligheid overviel haar weer.

Vochtige wolken legerden zich als vaste sneeuwmassa's in de kloof, de duizeligheid zat daar en loerde op haar machtelooze prooi, en beneden in de kloof klonk het, alsof er een rotsblok naar beneden stortte, dat alles verbrijzelde en met zich meesleepte, wat het in zijn val wilde ophouden.