United States or Zimbabwe ? Vote for the TOP Country of the Week !


Jan van Montfoort en Walraven van Brederode, de natuurlijke vijanden van IJsselsteyn en Egmond, vernamen niet zoodra der broederen feit, en daarby te gelijk des slotvoogds trouw, of zy stelden alle andere zaken ter zijde, om het kasteel te ontzetten en de stad weder te winnen.

Historische gezegden kunnen eveneens aan sagen het aanzijn schenken. M.i. is de Ahasverus-sage, de sage van den Wandelenden Jood, hoogst waarschijnlijk ontstaan uit het woord van Jezus tot Petrus: "Zoo wil ik, dat hij blijve, totdat ik kome; wat gaat het u aan? Volg gij mij!" En de tekst vervolgt: "Er ging dan de sprake onder de broederen, dat deze discipel niet zal sterven."

Nu heet het, dat wie dien naam gebruiken, zich inbeelden, zelven al het volk te zijn; dat ze de broederen afsnijden; en dat ze dies een scheur trekken door het lichaam van Christus. Ge hoort het wel, hoe de Ethischen vooral de laatste tijden ons dit voorwerpen. Dit nu maant tot scherp zelfonderzoek.

Deconinck stond na een korte tijd van de aarde op, en terwijl de stilte nog bleef voortduren, sprak hij met luider stem, opdat velen hem mochten horen: "Broederen, heden heeft de zon een schoner licht voor ons, de lucht is zuiver in onze stad; de adem der Vreemden komt ze niet meer besmetten.

Zij zag hem aan met verstrooiden blik. Gij hebt meer van een Romein, zoon van Hur, dan een uwer Joodsche broederen. Ben ik zoo verschillend van mijne landgenooten? vraagde hij onverschillig. De halfgoden zijn allen Romeinen, zeide zij. Is dat alles wat gij van mij weet? De gelijkenis is niet voor mij verloren. Het zou er mij toe kunnen brengen u te redden. Mij te redden?

Hierna verlieten zij het Pand en sloegen elk de weg in die hen naar huis moest leiden. Pieter Deconinck ging alleen en vol bedenken door de Oudezakstraat, om zich bij zijn vriend Breydel te begeven. Hij voorzag de pogingen die de Leenheren doen zouden om hun heerschappij over het volk te herwinnen, en dacht aan de middelen die zijn broederen voor de slavernij moesten bewaren.

Hen die ik genoemd heb, die stom zijn onder de verdrukking en wier stilte gehoord wordt enkel door God, koos hij tot broederen. Hij trachtte oogen te worden voor den blinde, ooren voor den doove, een kreet op de lippen van hen wier tong gebonden was. Zijn verlangen was om voor de tienduizenden die geen uiting gevonden hadden, te zijn als een bazuin waardoor zij konden roepen naar den hemel.

"En nu, broederen," zeide hij, "heb ik u over de Christelijke liefde gepreekt, maar daar wil ik nog een enkel woord bijvoegen, om de liefde tot den naaste toe te passen op de liefde tot zichzelf. Ik heb wel honderd pond aan achterstallige tienden in te vorderen, en daar zijn er bij, die al over meer dan twee jaar loopen.

Doch niemand dezer overtrof in grootmoedigheid en bekwaamheid hun aller hoofd en sieraad, den edelen ~DUCO MARTENA~, die, zonder vrees voor gevaar, de regten des volks bleef handhaven; die, als staatsman en held, in raadzaal en strijd, zoowel te land als ter zee, te midden der hevigste vervolging, met raad en daad zijn vaderland diende, en al zijne bezittingen, ja zelfs die van twee zijner broederen, door hem geërfd, voor de zaak der vrijheid opofferde.

"Dit leven," zei hij, "deze lichamen, die wij gekregen hebben, zijn niet om te sterven." "Neen." "En ook niet om in beuzeling door te brengen. Doch zoo wij dit laatste niet doen willen, is het allen Broederen nu reeds duidelijk, dat een strijd niet kan uitblijven.