Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 juni 2025


Een alleraardigst gidsje voor uitstapjes in ons land is het boekje van Henri Dekking »Van de Rotte tot de Schelde«, bij de uitgevers W. L. en J. Brusse uitgegeven in hun serie Reisgidsen, waarin reeds een gidsje voor Berlijn en een voor den Harz het licht zagen.

Waarom denkt ge er nu niet aan? Het is de rechte tijd. Hebt ge roodborstje den weg niet gevraagd? 'Ach, Wistik, waarnaar zou ik vragen? Ik heb alles wat ik verlangen kan. Ik heb Robinetta. 'Maar dat zal niet lang duren. En gij kunt nog gelukkiger worden en Robinetta zeker ook. En moet het sleuteltje dan daar blijven liggen? Denk eens hoe heerlijk als gij beiden het boekje vindt.

Er zijn in die vierhonderd jaren al heel wat boeken over geschreven; zóóveel, dat je ze in geen jaren uitgelezen kreegt. Sommige zijn wel vijf dikke deelen groot. Je begrijpt dus, dat dit boekje maar een heel, heel beknopt verhaal geeft van deze zoo hoogst merkwaardige geschiedenis.

Römer, met het reeds genoemde rapport op het congres voor crimineele anthropologie in het jaar 1901 en een brochure die ik onder het pseudoniem "Karl Ihlfeld" heb geschreven, het licht zagen. Een vertaling van het boekje van Wirz "Der Uraniër vor Kirche und H. Schrift" , alsmede een vertaling van het werk van Hirschfeld "Ursache und Wesen des Uranismus" zijn daarna in Holland uitgegeven.

"Mooi zoo," zei Flipsen, die zijn boekje met een flap dichtsloeg, "daar zal je wel meer van hooren, manneke. Jullie doet maar, of er geen overheid bestaat. Maar 't zal je berouwen." Toen Jan het aan zijn vader vertelde, haalde deze glimlachend de schouders op. "Wat bezielt dien man toch," zei hij. "Maak je maar niet ongerust, 't is een storm in een glas water.

'Ja, Hein vind je zeker eens, maar dat doet er niet toe, zoeken maar! altijd blijven zoeken! 'Maar het boekje dan, Pluizer, gij zoudt mij het boekje laten vinden. 'Nu! wie weet! ik heb het niet tegengesproken. Wij moeten zoeken, zoeken. Wij weten tenminste waarnaar wij zoeken. Dat heeft ons Wistik geleerd. En er zijn er, die hun geheele leven zoeken om te weten waarnaar zij eigenlijk zoeken.

Nog nooit had hij zoo ernstig gekeken. 'Maar toch, ge hebt het zelf gezegd, het boekje was er! O, ik weet zeker, daar staat ook in van het Groote Licht, dat gij mij niet noemen wilt. 'Arme, arme Johannes! zeide Windekind, en zijn stem was boven het roezig geruisch van den storm als een vredig choraalgezang, dat van verre klonk. 'Heb mij lief, heb mij lief met uw geheele wezen.

Zijn gedachten waren niet geheel meer vervuld van al hetgeen Windekind zeide en hem liet zien. Telkens moest hij weder over dat boekje peinzen en daarover durfde hij niet spreken. Wat hij zag, scheen hem niet zoo mooi en wondervol meer als vroeger. De wolken waren zoo zwart en zwaar en maakten hem angstig, als zouden zij op hem neerkomen.

Toen verscheen de punt van een wit pelsmutsje tusschen de twee handjes, en eindelijk zag hij een paar ernstige oogjes onder hoog getrokken wenkbrauwen. 'Goeden avond, Johannes! zeide Wistik. 'Ik kwam u even herinneren aan onze afspraak. Gij kunt het boekje nog niet gevonden hebben, want het is nog geen lente. Maar denkt gij er wel om? Wat is dat voor een dik boek, waarin ik u heb zien lezen?

Hij vleide met zijn oogen en met zijne stem en bad om vergeving. En hij vroeg om een dans. Ik heb geen dans meer open! sprak Toos fier, en blij dat zij weigeren kon, toonde zij hem haar boekje. Ik moet toch met je dansen! Laat eens zien: Hijdrecht. Hijdrecht... Tweemaal Hijdrecht, dat is niet noodig! Ga meê en zeg aan Hijdrecht, dat je met mij wilt dansen! Maar dat durf ik niet doen!

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek