Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 mei 2025


Hiervoor hadden de oudere dichters in de grootheid hunner beeldende verhalen geen oog gehad, en naar den eigen aard van het volk ontwikkelde zich de sage ten laatste in de van ijs omgeven noordelijkste landen tot zangen van de meest bloederige tafereelen en hevigste wraak. De mythische ondergrond is meer en meer onder menschelijke levenservaring verdwenen.

Met de vier resteerende bloederige botten verder dit gedaan: Begrijpende dat het mannen niet gegeven is visch te bakken en accepteerend het fatum van man-zijn, hebben we den waterketel opgezet en de treiterende beesten in het spartelend water gedeponeerd. Dat kon niet misloopen. Na een zeker aantal minuten hebben wij de dieren er uitgepikt, hebben rijst gekookt en smakelijk gedineerd.

Een rendier wordt wel meer dan twintig jaar oud! We doen dat allemaal, zeide mijne praatzieke fröken, u moet maar eens opletten als u bij een hôtel komt, daar hangen dikwijls rendiergewijen ten toon aan de schuttingen, ter verkoop, maar bij nader toezien ziet ge het bloederige vleesch der pas geslachte dieren er nog aanzitten.

Toen zocht ik naar het nest honden en en wat denk je?" Ik schudde mijn hoofd. "Mijn ziel mag in duizend hellen braden als er nog iets van over was! Klooch, de zeven stevige blinde jongen weg, heelemaal weg. Waar ze gelegen had was een slijmerige bloederige kuil in den zachten bodem, een meter in diameter en aan de kanten een beetje haar."

Dezen keer duurde het anderhalve minuut, voor de alférez zijn teeken gaf. Tarsilo's trekken waren niet meer verwrongen. De half geopende oogleden lieten het wit van 't oog zien. Uit den mond kwam modderig water met bloederige sliertjes. De koude wind blies, maar zijn lichaam huiverde niet meer. Allen keken elkaar aan, zwijgend, bleek en verbijsterd.

Voorspoedig groeide het op, maar het had ruwe en doorgroefde handen, zijn rug was krom gegroeid, knoestig waren zijn vingers, en grof zijn gezicht. Het werk, waarmede Knecht zijn kracht ontwikkelde was hakken van hout, boomtakken binden, stammen sleepen, heel den dag. Eens kwam er een vrouw in zijn woning, hinkend op haar bloederige voeten, met eeltige handen en stompen neus. Meid was haar naam.

Geërgerd trad hij binnen, vloeken op de lippen het ruige, diep-doorgroefde weer-bruine gelaat, vertrokken; onder de norsch-bijeenplooiende stoppelige wenkbrauwen flikkerden kwaadaardig de staal-grijze oogen, anders klein en waterig ... Met een smak smeet Geerten de kamerdeur open. In 't vertrek hing een stinkende rookwalm. De lamp smookte fel, alles hullend in een halve duisternis, waarin de schrale manke meubels schenen weg te kruipen ... Uit de alkoof aan de andere zijde der kamer, steeg zacht een ronken ... Geerten bleef sprakeloos ... Met een zwaren bons plofte zijn dicht-gebalde knokkelvuist op de krakerige tafel neer, doende rinkelen de vuile besmeerde borden en tassen, achteloos bijeen-geschoven. Het snorken hield een oogenblik op, ging over in fel-blazen. Haastig draaide Geert de lamp omlaag, liep dan op de bedstêe toe, nam zijn slapende vrouw heftig bij den arm, schudde nijdig. Heur jeneveradem sloeg hem tegen ... Met een wilden ruk, sleurde hij ze 't bed uit ... "Allez, zatte teef! Allez-hop!!" ... Zich de rood-beloopen, vies-ontstoken oogen wrijvend, stond Trees overeind, geeuwde lang met wijd-opengespalkten mond en traag-strekkende armen bij 't kraken der gewrichten, deed dan met sleep-zware voeten een loomen stap naar de tafel ... sprakeloos. Ze wankelde nog even, bewoog moeielijk de dikke tong, wilde de flesch, waarin kristallig-klaarde den verlokkenden drank, grijpen ... Met weerlicht-plotsen greep trok Geerten ze uit heur handen, zette ze op tafel ... Dan, ten einde geduld, inwendig ziedend, langde hij een blikken schaal van de kast, vulde ze rap met water en kletste dit Trees in 't koddig-grijnzende gezicht ... Dit hielp, als altijd ... het deed Geerten stuiplachen en bracht zijn kwade luim tot bedaren: "En, nu vooruit met den bik!" Traag sleffend over de gespleten, vuile roode tegels, haalde Trees een haring uit de kast, zette hem op tafel naast een kom koûwe koffie ... "Eerst mijnen mond wat spoelen," zei Geerten, zette de jeneverflesch aan den mond, liet den drank wat heen en weer klokken tusschen zijn bolle kaken, slokte dan smakkend door ... "Geef mijnen boek! Pruttige!" Nog langzamer, als met looden schoenen, sloefte Trees door de kamer, naar de deur, waarboven op een plankje smerige drie-cent afleveringen van bloederige liefde-romans in 't opgehoopte stof, gestapeld lagen, nam een lijvig deel er-af en reikte het haren man over ... Den velligen haring in de gekromde dikke vingers, nu en dan met de vuil-gele nagels een graatje van tusschen zijn tanden verwijderend, zat hij gretig-peuzelend te lezen hoe de jonge graaf van Salverda de jeugdige dienstmaagd door mooie beloften en suikerzoete liflafferijen verleidde, in het eeuwenoude kasteel zijner voorvaderen, juist den avond van den dag, waarop hij zich met de prachtige bruinoogige Don

"Nee... visch..." "Visch?" "Ja... botjes..." "Ben je bij La Fuente geweest?" "Nee... Er kwam een botboer voorbij... Toen heb ik er acht voor vijftig cent gekocht." "Hoe kòm jij aan vijftig cent?" Er lag enorme verbazing in mijn vraag. "Da's mijn geheim. Hier is de visch." Acht magere botten kleefden d'r bloederige lijfjes aaneen. "Heb je niet afgedongen?" "Natuurlijk. Hij vroeg een pop.

Des morgens kon men de plek, waar de beet was toegebracht, gemakkelijk aan eene lichte, bloederige opzwelling onderscheiden. Drie dagen later bereden wij het paard zonder eenige kwade gevolgen. Na drie dagen reizens kwamen wij te Socégo, de plantage van Senhór Manuel Figuireda, een bloedverwant van iemand uit ons gezelschap.

En zij dwongen mij dan te dalen, en als ik struikelde langs de wortelen der boomen of over het scherpe rotsgesteent en neêrstortte op mijn ontvleesde knieën, staken zij mij met puntige stokken in de bloederige wond, altijd de zelfde, van mijn linkerflank.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek