Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 mei 2025
Onderweg roept hij den vrijpostigen Gomez aan zijn zijde en vraagt hem: "Hoe zag die Guido Amati er uit?" "Groot, welgebouwd, met kort, donker, krullend haar, zwarte, onverschrokken oogen en een huid zoo bruin als van een bleeken Morisco." "Hij had natuurlijk de manieren van een edelman," vervolgt de Onderkoning.
Zooals naar gewoonte werden wat flesschen lambik opgehaald en moest Anatole eene rei liedekens zingen. Dit deed hij, terwijl Johan Doxa zeer aandachtig den bleeken steel van de nieuwe pijp met allerlei ornamenten overteekende. Hij zong op uitstekende wijs de oude deuntjes van den Reus, van den Koekoek, van het Ros Beiaard, van Mijn moeder gaat naar Halle, en van den Uil.
En, Katelijne in de armen nemend: Heeren rechters, riep zij, luistert niet naar dien bleeken booswicht; hij heeft maar éénen wensch: mijne moeder levend te zien verbranden, hoewel zij geen andere misdaad bedreef, dan door God met uitzinnigheid getroffen te worden en de schimmen heurer droomen voor echt te aanzien. Veel reeds heeft zij geleden naar lichaam en geest.
Het grondthema hield den hartstocht levend. Want voor den bleeken dienst van een getrouwde dame, die door de troubadours als onbereikbaar voorwerp van smachtende vereering in de wolken was geschoven, was nu weer het natuurlijkste erotische motief in de plaats gesteld: de hevige prikkel van het geheim der maagdelijkheid, gesymboliseerd als de roos, en die te winnen met kunst en volharding.
Toch nog moeier dan hun Draakschip Wank'len Frithiofs mannen aan, Steunt ook ieder op zijn wapen Nauwlijks kan hij rechtop staan. Björn op sterke schouders waagt het Vier te beuren op het strand. Frithiof neemt er acht en draagt ze Waar het vuur reeds lustig brandt. Neen, schaamt u niet, gij bleeken! Want golven zijn als Vikings, Zwaar is d' oneven strijd, Zeedochters haten ons.
Vergeefs een kleen getal door borst en hart getroffen, Een menigte ijlt weêr toe voor hun die nederploffen, En groeit op elken stap. Het wagg'lend heir staat stil, En wacht de onfeilbre dood in 't midden van den kil. De koning staat versuft. Hij voelt zich 't voorhoofd bleeken. De schaamte ontvlamt zijn borst en doet zijn oog ontsteken. 't Gevaar ligt in de vrees, wanneer zy 't hart bekruipt.
Neen, dat groote zwarte lichaam, dat mij naderde, kon geen mensch zijn; een dier eerder, een reusachtige nachtvogel, of een groote spinnekop op vier pooten, waarvan de tengere ledematen zich boven het hout en de struiken verhieven en tegen den bleeken hemel afstaken. Zeker was het, dat dit dier op ondenkbaar lange pooten meer en meer, met groote sprongen zelfs, mij naderde.
Zij voelde zich zoo somber, zoo onuitsprekelijk ongelukkig en ze had het meest lust de armen om Abraham heen te slaan en uit te schreien. Maar aan tafel werd geen woord gesproken. Abraham boog zich geheel door berouw verslagen over zijn soep. En op dat oogenblik leek hij weinig op dien bleeken held, die met gebalde vuist tegenover den leeraar stond en hem een duivel noemde.
Hij bleef staan om naar de sporen van paardenhoeven te zien, die van den weg af door 't struikgewas leidden; voorzichtig sloop hij door de dorre bladeren, maar stemmen hoorend wachtte hij weêr; dan, tusschen twee dunne boomstammetjes ziende ontdekte hij krijgslieden op den grond en herkende het gezicht van Lugina bij hen. Door de bladeren scheen de zon met bleeken glans.
Hoe is het ook weêr, als Hero klaagt van den toren af? vroeg Cecilianus. Zij repeteerden, aan den zoom van de zee. Hunne hooge stemmen klonken op, in recitatief, half zingende.... Zij zagen een jongen, bleeken man naar hen toe komen en zwegen. Ik ben Zozimus, zeide de jonge man. Ik ben vrijgelatene van mijn heer en hij verzocht mij jullie te zoeken. Ik draag voor en ik bespeel lier en fluit.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek