Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
Alexei Alexandrowitsch! Mijn vriend!" ging zij voort en drukte zijn beide handen, terwijl zij met de schoone dwepende oogen in de zijne staarde. Alexei Alexandrowitsch stond met gefronst voorhoofd op, bevrijdde zijn handen en schoof haar een stoel toe. "Verplicht, gravin! Overigens, ik ben zeer ongesteld," en zijn lippen beefden.
De slecht ingelichte katholieken, die, in weêrwil van den paus, Polen zoo lang hebben verdedigd en Rusland aangeblaft, zijn tot beter inzicht gekomen en houden hun mond. Toch is er één oogenblik geweest, waarop dit stomme Rusland, dat zooveel van zwijgen houdt, zelf de stilte heeft verbroken. Zijn hart bevrijdde zich; een overwinningskreet weldra gesmoord is door zijn mond geüit.
Wij zijn christenen, en scheppen er geen behagen in, onze vijanden pijnen aan te doen." Terwijl hij dit zei, bevrijdde hij den Navajo, die nog een jonge man was van zijn boeien. Deze sprong op, rekte zijn ledematen goed uit, en verzocht toen: "Geef deze honden in mijn hand, opdat ik hun scalp kan nemen! Hoe zachter gij hen behandelt, des te meer zullen zij u bedriegen."
»Maar," viel Darius in, »Rustem, de groote held kwam, en sloeg den Erscheng en de andere booze geesten, en bevrijdde den gevangene, en gaf den blinde het gezicht weder, door hem het bloed der gedoode Diws in de oogen te druppelen. Evenzoo zal het ons gaan vrienden!
De schatten, die de Afgezanten van Montezuma bij Cortez brachten, hadden echter eene heel andere uitwerking dan Montezuma gehoopt had. Hij meende dat dit goud en die edelgesteenten de »bleeke zonen van den God der lucht,« zooals hij hen met al de Azteken noemde, zóó blij zou maken, dat ze als kinderen, die wat moois gekregen hadden, terstond naar huis loopen zouden, om daar vol vreugde te laten kijken welke schatten ze hadden ontvangen. Het gezicht van dat goud en die edelgesteenten wekte echter den lust op om de stad en het volk te zien, welke zulke schatten bezaten. Enkelen onder de Spanjaarden waren er evenwel, die al dat schoons en al dien rijkdom ook wel zouden willen zien, doch die zich vrees lieten aanjagen door de bedreiging, dat ze »aan de Goden zouden geofferd«, dus, opgegeten worden. Anderen nog, die het er wel op durfden wagen, vroegen zich af, of ze zich niet blootstelden aan gevangenis of galg, wanneer ze Cortez bleven gehoorzamen. Immers, duidelijk was het gebleken, dat de Gouverneur Velasquez niet wilde hebben, dat Cortez zich aan het hoofd van den veroveringstocht stelde, en zoo zij hem nu bleven gehoorzamen, dan kon Velasquez hen als rebellen beschouwen en als zoodanig behandelen. Cortez zag dat zeer goed in en hij begreep ook wel, dat men hem bij den minsten tegenspoed de gehoorzaamheid ontzeggen zou en dat hij dan het recht niet had om gehoorzaamheid te eischen. Hij was evenwel de man er niet naar om moedeloos het hoofd te laten hangen, en gelukkig voor hem gebeurde er wat, dat hem licht gaf. Terwijl hij nog bezig was met het bouwen van »Vera Cruz« kwam tot hem een Gezantschap van vijf Indianen, die blijkbaar tot een' anderen stam behoorden dan de Azteken. Ze zeiden dat ze Totonaken waren en in de bergen woonden, doch door Montezuma onderworpen waren en nu schandelijk verdrukt werden, waarom ze Cortez kwamen vragen hen te helpen, waar ze dit dwangjuk wilden afschudden. Verder kwam hij te weten, dat de tegenwoordige Keizer eigenlijk voor een groot deel zijner onderdanen een vreemdeling en bij velen in minachting was. Thans was het voor Cortez zaak, hiervan partij te trekken en hij deed dat op eene wijze, welke den naam van eerlijk niet verdient. Zoodra Montezuma hoorde, dat de Totonaken in Cortez' legerkamp waren en een verbond met hem gesloten hadden, zond hij eenige Edelen naar Vera Cruz met de boodschap aan de Afgezanten der Totonaken: »Gij hebt zonder mijne voorkennis een verbond met de vreemdelingen gesloten en moet mij nu tot straf twintig van uwe jonge mannen en vrouwen zenden om aan de Goden geofferd te worden.« Reeds wilden de verschrikte Indianen toegeven, toen Cortez de Edelen der Azteken liet boeien en in de gevangenis werpen. Na deze daad konden de Totonaken niet meer terugtreden; ze hadden zich bij Montezuma onmogelijk gemaakt. Des nachts evenwel bevrijdde hij twee der Edelen en liet ze in stilte met vriendelijke groeten aan den Keizer vertrekken. Toen den anderen dag de Totonaken hoorden, dat twee Azteken ontkomen waren, wilden ze de anderen dooden. Cortez sprong evenwel voor hen in de bres en liet ook dezen in vrijheid naar Tenochtitlan vertrekken. Door deze sluwe handelwijze had hij het den Totonaken geheel onmogelijk gemaakt om hem te verlaten, terwijl hij aan den anderen kant Montezuma te vriend hield. In troebel water meende Cortez het best te kunnen visschen. Eindelijk was Vera Cruz in zooverre voltooid dat het, met eene voldoende bezetting, weerstand kon bieden aan een' aanval, en thans besloot Cortez zijn' laatsten slag te slaan. Vóór hij zijne plannen nu verder doorzette, moest hij een wettig gezag hebben. Dit zou hij verkrijgen als zijne tochtgenooten zelven hem tot Aanvoerder kozen. Ontstond er d
Hij wipte echter vluggelings overeind, liep de eetzaal binnen en bracht zijne handen over zijn hoofd, alsof hij de neerstorting van een uiterste hoop verwachtte en zich bevrijdde tegen den val van een ongeluk. Mijnheer du Bessy en pastoor Doening stonden naast hem, en alle drie keken angstig uit naar het somber deurgat, van waar de gebeurtenis komen moest.
Na het ontslag van Alcibiades werd hem met anderen het opperbevel opgedragen, hij werd echter door Callicratidas op zee verslagen en in de haven van Mytilene ingesloten; de overwinning der Atheners bij de Arginusen bevrijdde hem. Bij Lysander's overwinning bij Aegospotami was hij de eenige admiraal, die waakzaam genoeg was om met eenige schepen behouden te ontkomen.
SILVIA. Eerst ùw nabijheid maakt mij recht ellendig. En mij, wanneer hij u nabij wil zijn. SILVIA. Had mij een uitgevaste leeuw gegrepen, 'k Had liever 't ondier tot ontbijt gestrekt, Dan dat de valsche Proteus mij bevrijdde. Tuig, Hemel, hoe ik Valentijn bemin, Wiens leven ik zou koest'ren als mijn ziele; En evenzoo, daar meer onmooglijk is, Haat ik den valschen, eedvergeten Proteus.
Na dien tijd voerde hij, met Ptolemaeus e. a. veldheeren van Alexander verbonden, bijna voortdurend oorlog tegen Antigonus, die hem belette zich van Griekenland meester te maken; hij had in dien oorlog echter weinig geluk en werd zelfs in Macedonië door Demetrius aangevallen, totdat de slag bij Ipsus hem van dezen lastigen vijand bevrijdde.
Daar zij slechts één zoon had, was zij naijverig op Niobe, die rijk met kinderen gezegend was, en wilde zij den oudsten zoon van deze dooden, doch bij vergissing doodde zij haar eigen zoon. Zij werd daarop door Zeus in een nachtegaal veranderd, die steeds om haar zoon jammert. Caesar bevrijdde hen van de overheersching van den Germaan Ariovistus.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek