Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juli 2025


De laatsten hadden het relaas van den Navajo niet verstaan, daar zij zijn taal niet machtig waren; daarom lieten zij het zich door den Jongen Beer vertolken. Toen zij hoorden hoe de zaken stonden, zei Droll: "Als het zoo gesteld is, moeten de Navajos onmiddellijk achteruittrekken. Er moet dadelijk een renbode naar hen toe, om hun te zeggen, dat wij hen hier zullen opnemen.

"Maar wij zijn de Roodhuiden toch voor geweest," merkte de lord aan, die voor zijn persoon volstrekt geen aanspraak maakte op een deel van de metaalvondst, maar die zich toch evenzeer als de anderen daarover verheugde. "Voor geweest, ja; maar veel beteekent het niet. De Navajo, die zich bij ons bevindt, kent de linie van terugtocht der zijnen zeer nauwkeurig.

Toen ik mijn broeders lijk aan mijn krijgsmakkers overgegeven had, heb ik de oorlogskleuren van mijn gelaat verwijderd, om door de Utahs niet dadelijk als vijand herkend te worden." "Ik geloof u; gij zijt een Navajo, en gij zult vrij zijn." Nu riep de Gele Zon driftig: "Hij is een Utah, een van mijn onderhebbenden, een lafaard, die zich door een leugen tracht te redden."

Het klonk als het struikelen van een vermoeid paard over de verbrokkelde steenen. Een oogenblik later verscheen een enkel ruiter, een Navajo, wiens paard bijna niet meer kon loopen. De man scheen gekwetst te zijn, want hij was met bloed bevlekt, doch desniettegenstaande zette hij zijn paard met handen en voeten tot steeds verhoogde krachtsinspanning aan.

Toen ik tot bezinning kwam, lag ik in volslagen duisternis, en was een gevangen man. Roep Winnetou maar! Hij kent mij niet persoonlijk; maar als ik met hem mag spreken, zal ik kunnen bewijzen, dat ik geen Utah, maar een Navajo ben.

Wij zijn christenen, en scheppen er geen behagen in, onze vijanden pijnen aan te doen." Terwijl hij dit zei, bevrijdde hij den Navajo, die nog een jonge man was van zijn boeien. Deze sprong op, rekte zijn ledematen goed uit, en verzocht toen: "Geef deze honden in mijn hand, opdat ik hun scalp kan nemen! Hoe zachter gij hen behandelt, des te meer zullen zij u bedriegen."

"Die honden zijn tot niets nut!" "Daarover heb ik geen opheldering te geven. Wilt gij ongedeerd tot de uwen terugkeeren, dan hebt gij u te schikken naar onzen wil." Men zag aan het gezicht van den Navajo, dat hij slechts noode van de vervulling van zijn wensch afzag; maar hij begreep, dat hij niet anders kon.

De Jonge Beer verliet zijn schuilhoek, en trad naar buiten. Zoodra de Navajo hem gewaarwerd, liet hij zijn paard stilstaan en riep verheugd: "Oef! mijn jonge broeder! Zijn de verwachte krijgslieden der Navajos reeds aangekomen?" "Nog niet." "Dan zijn wij verloren!" "Hoe kan een krijgsman der Navajos zich verloren wanen!"

Nu ging het bergaf naar de diepte omlaag. De helling was nu zoo steil, dat men genoodzaakt was af te stijgen. Er waren zelfs plaatsen, waar de overtocht bijna gevaarlijk werd. Men had de gevangenen natuurlijk van de paarden gebonden en hun beenen van de boeien ontdaan, om hun de afdaling mogelijk te maken. De jonge Navajo bleef vlak achter hen, en verloor hen geen seconde uit het oog.

Beneden aangekomen, moesten zij weer te paard stijgen, om er op vastgebonden te worden. Nu wilde Old Firehand zijn vondst aan zijn metgezellen laten zien; maar de Utahs mochten niets daarvan weten. Daarom werden zij in de rotsengte gebracht, en eenige rafters bleven met den Navajo bij hen, om hen te bewaken. De anderen waren in het geheel niet weer te paard gestegen.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek