Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juli 2025
Maar afijn, als ie tegen de orders van den generaal handelt dan zal hij weten wie 't hem gelastte. Eva beziet de brieven. De ééne voor den luitenant-generaal Van Barneveld interesseert haar volstrekt niet; de andere is aan 't adres van "monsieur le docteur A. Helmond, hotel du Helder, rue du Helder, Paris." Hé, dat is aardig!
Met je welnemen, mevrouwen; zegt in 't voorbijgaan Kees, die met iedereen familiaar is dat 's nou precies om 't beet te krijgen. Ba! hij trekt een vies gezicht, thee maakt je maag zoo rebelsch dat ie z'n fatsoen niet meer houdt; een tikkie brandewijn of elixter zou je heel wat meer dienstig wezen. Afijn! ieder zijn smaak kan uwe nou, meneer Haverstam? Hofmeester breng 'r is wat conjak!
Barend, de koetsier, die in zijn glimmende regenjas naast de paarden staat, ziet hen aankomen en neemt de dekens van de bruinen, terwijl hij in zijn baard bromt: "Dat is bepoald weer zoo'n akkefietje, zooals ie er al veul hêt gehad. Afijn, ie is altied zoo; ie moet het moar eiges weten." Met zorg wordt vrouw Keetje in de kussens van het rijtuig geplaatst.
Een heer die achter mij zat, was onaardig, want hij bedierf mijn pleizier door er aanmerking op te maken en te zeggen dat hij wêe wierd van dat gewiegel; laf hé! voor een groot volwassen mensch, afijn de man had misschien zwakte van zenuwen. Toen de muziek uit was kwam een heer, fijn gekleed in een zwarte rok en witte das. Hij zong een prachtig lied.
De kwartiermeester schiet toe en pruttelt: Wat weerga! wie gaat er nou te loevert over boord hangen? Daar! nou is je toppie al naar de maan! Afijn! je zal nog wel 'n ander petje beneden hebben; kom maar hier menneer ik zal je wel even. Hou je maar aan me vast Ja! 't is nou geen pleizier hè, vooral als je geen sturdy boy bent.
"Och, moeder!" zegt de knaap onwillig. "Dat is nou aardig, meneer de avekaat: die jongen heeft van het eerste oogenblik af aan, dat ik hem van straat heb opgenomen "moeder" tegen me gezeid; afijn, ik mocht het wel lijden. En dat is hij blijven zeggen nadat hij de hersenziekte heeft gehad... 'k Heb wat met den stumperd uitgehouwen, meneer; altijd door maar kouwe doeken op het hoofd en...."
"Dat is te casuweel," antwoordde vrouw Juttner; "ik weet beter: hersenziekte gehad, zenuwzinkingkoorts of zoo iets; laat dat maar aan mij over... 't Treft goed, dat ik pas een maand of drie hier in de stad woon; afijn, ik zal wel zorgen, dat ik er een mouw aan pas. En nou wat anders, baas Strijkman. Wat geef je wel aan mij en Kobus, als alles goed afloopt?
Och, als ik eens den slaap gevat heb zet ik studdy door, lachtte hij terug en zich over tafel vertrouwelijk naar mij toe buigend: maar ik slaap in mijn hut, daar leg je rustig, je kunt je ontkleeden, afijn! je totaal lekker maken. Geloof me, doe zooals ik, ga op uw couchette liggen; 't is een afdoend middel.... De rijkelijke lunch had mij loom gemaakt.
'k Moet in de tachtig tulbanden bakken voor de soldaatjes en de equipage en hoop letterbanket voor de passagiers de kok heit nou z'n handen ook vol als 't nou maar een beetje beter weêr wordt is 't niemendal, maar als we zoo blijven slingeren is 't zonde van de bovenste beste specie, die we voor de bakkerij gebruiken, want letterbanket is 'n zware kost, die 'n zeezieke maag niet verdraagt afijn!
Met onverstoorbare kalmte vervolgt Janus: "De pandjesbaas woont in het benedenhuis; het ziet er daar nog al wonderlijk uit; zoo'n echte hurriewinkel een pan, zooals ze hier zeggen van alles door elkaar. Afijn, dat hinderde mij niet: ik maakte een praatje en zei: "Rappeleert u je, dat hier een zekere Makko heeft gewoond?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek