Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 juni 2025
De verhouding tusschen ijzer en magneet geeft treffend de verhouding weer tusschen man en vrouw in het leven der liefde eenerzijds schijnbare lijdelijkheid, die in werkelijkheid onweerstaanbaar aantrekkenden invloed uitoefent; anderzijds een even schijnbare activiteit, die in werkelijkheid zwicht voor onzichtbaar op hem werkende natuurkrachten.
Ik kom van Utrecht: het kan geen maand meer weerstand bieden, tenzij het ontzet worde. Zwicht het, dan trekt het zegevierend heir naar dit gewest. Voorkomt dezen slag door een manmoedig besluit. Zendt een heir naar het Sticht en valt den Graaf in zijne legerplaats aan. Laten uwe schepen de Hollandsche havens benauwen en langs de kusten stroopen.
Adil beweert wel, dat men ons meer zou achten, wanneer wij rustig te Dar Salameh bleven. Maar ik verzeker, dat men in Europa nooit de hoofdplaats van eenen sjech onbezocht laat. En voor Europeesche argumenten zwicht Adil altijd zeker. Wij gaan. O, een wonderlijke optocht. Ik heb weer het mooie moederpaard met het veulentje. Adil den witten ezel. Drie zoons gaan mee, op ezeltjes allen.
Zy vliegen toe met de ijsselijkste slagen, Om, elk, met zich in 't graf een vijand meê te dragen, En alles davert. Een van Segols krijgshoop sneeft; En heel zijn legerspits bewondert hen en beeft. Hun wapen echter zwicht. Omringd van alle zijden, Zijn 't leeuwen, die met tand en bloote klaauwen strijden, En, in een breeden kring van jagers dicht omzet, Met vijftig knotsen in een oogenblik verplet.
dan baart de troostelooze nachtgrond kleuren, dan bloeit de leelie in het diepste dal, dan stort zich, als een gouden waterval, vreugde in het hart van allen die daar treuren. Voor Wijsheid's aanblik houdt geen jammer stand, voor haar handheffing zwicht de vale ellende, waar zij haar wèl-betoomde rossen mende gloeit al het leevende in haar stralenbrand.
Hoor slechts het kortere der beide daar geplaatste, in 't nog bange jaar 1673 vervaardigde gedichten in zijn geheel, en het slotcouplet van het andere. Op de verkoopinge der Italiaansche Schilderyen, ten huize van Geeraert Uilenburg, Schilder. Noch spant de Schilderkunst de kroon by brave Heeren, En zwicht voor onverstant, noch geen grimmas van Nijt.
BERNICK. Nou, de zaak is dus afgedaan. VIGELAND. Ja. In 's hemels naam dan maar. RUMMEL. 't Is afgedaan, Bernick! Het woord van een Noor staat vast als een rots in de zee, dat weet je! BERNICK. En niemand zwicht, niemand wordt afvallig, hoeveel tegenstand wij ook ontmoeten. RUMMEL. Wij staan en vallen met elkaar, Bernick! Vallen? Permitteert! Is het dan niet de spoorweg die valt?
Gij hebt geleden, en de les van het lijden nederigheid nog niet geleerd. Gij hebt u tegen het Lot verzet, en het Lot drijft u voort als het schuim der zee, dat door den storm wordt voortgezweept, maar gij zwicht onwillig.
Hij zit aan, doch zwicht voor lust naar 't lekkers niet, maar onverwoogen drinken zijn blikken 't jonge, lieve licht, 't éénige wat zij nog te zien vermoogen. 't Feestvolk stroomt uit, hij volgt, als weezenloos, 't lieftallig weezen dat haar macht niet weet en niet vermoedt wat gloed zij deed ontbranden.
Den negenden Mei brengt men Jeanne in het vertrek, waar zich de pijnbank en de folterwerktuigen bevinden. Men toont haar de werktuigen en de scherprechters, die gereed staan hun werk te beginnen. Dan leest men haar voor de artikelen, waarop zij tot nu toe geweigerd heeft te antwoorden. Maar Jeanne laat zich niet bang maken, zij zwicht niet, zelfs niet voor het dreigement met de pijnbank.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek