Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 oktober 2025
"Werd mij door u een dood wicht als de pasgeboren zoon aangewezen," viel Van Bergen haar schielijk in de rede. "Het is zoo," hernam Barbara: "doch de duivel had mij verleid om u die leugen te verkondigen. Zekere Rosio, een geneesheer, zooals hij zich noemde, uit Frankrijk afkomstig, wist mij door schoone woorden en een ruime belooning tot een schandelijk bedrog over te halen.
Deeze vrouw zat voor aan in het vaartuig, het kind schreeuwde, en zy kon het niet tot bedaaren krygen. Mevrouw S...., wien het geschrei van dit onnoozel wicht verveelde, gelastte aan haare slavin, om het by haar te brengen. Zy nam het kind toen by een arm, hield het onder water, tot dat het verdronken was, en vervolgens wierp zy het in den stroom weg.
Zelfs de kleine meisjes, wichtjes van een jaar of vijf, zes, die met een nog kleiner wicht op den rug zwoegden, moesten er om lachen. Zoo zeldzaam zijn nog, daar waar de groote weg ophoudt, de aanrakingen geweest tusschen Hollanders en Bataks.
Maar nu roept zij op eens: "Mijn kind!" De man ziet dat zij den lieven knaap niet meer op den arm heeft, loopt terug, ziet het in de diepte neêrgestort, en de ongelukkige, als had hij het levenlooze wicht nog kunnen redden, werpt zich in den afgrond. Op één rotsklomp hebben zij beiden den dood gevonden, en de bergstroom heeft hen heengevoerd, de Hemel weet waarheen.
Hij nam derhalve het pas geboren wichtje uit de wieg, en het in de hoogte houdende, zeide hij op zeer aandoenlijken toon: "Dit onschuldig wicht smeekt om uw beider liefde." Dit gezegde had uitwerking: want de vader riep dadelijk uit: "Smijt het in het meer, en je zult zien, dat zij haar kind nog niet eens naspringt."
Zij gaf haar goffert aan de dikke vrouw; nam het andere wicht, dat pijnlijk kreet, in haar armen; maakte eenige haken van haar bonten jak los, en toen het kort daarop in de rijke kraamkamer klokte zooals Peter het in de bedstede gehoord had, toen stond de bleeke heer met den blik strak op zijn zoontje gevestigd, voor de vrouw, die in de rechten eener onvergetelijke gade was getreden.
De dieven vonden hem eindelijk en namen hem van den grond op. »Jij klein wicht, wat wou jij ons helpen!« »Kijk,« zei hij, »ik kruip tusschen de ijzeren staven door tot in dominé's kamer, en geef jelui aan, wat je hebben wilt.« »Nu, goed dan, wij zullen eens zien wat je kunt.« Toen zij bij de pastorie waren, kroop Duimpje tusschen de staven door in huis; maar daar begon hij zoo hard als hij kon te schreeuwen. »Wou jelui alles hebben wat hier in is?« De dieven schrikten en zeiden: »Spreek toch zachtjes, dat ze niet wakker worden.« Maar Duimpje deed of hij 't niet hoorde en schreeuwde weêr: »Wat wil jelui?
De massa's nemen gaarne een meester aan, haar eigen wicht drukt haar. De menigte vereenigt zich lichtelijk tot een gehoorzaam geheel. Men moet de menschen aansporen, aandrijven, ruw voortstuwen, door de weldaad zelve hunner bevrijding, hun oogen door de waarheid zeer doen, hun het licht met geduchte handen toewerpen.
Van de andere zijde kwam Japikje, en ook zij dacht aan niets. Toen ontmoetten zij elkander, en beiden dachten ongeveer hetzelfde. Hilbert peinsde: "Dat is een aardig wicht, om een poossien mee te vrijen." En Japikje dacht: "Dat is een aardige vent, en vroeg hij me maar, om een poossien te vrijen."
Toen zij den naam der stad hoorde noemen, legde zij het kind in een wiegje, dat in eene holte tusschen de koffers stond, nadat zij eerst zorgvuldig haar omslagdoek over het wicht had gespreid, en ging toen naar het boord, in de hoop, dat zij onder de knechts uit de herbergen die op de werf stonden, misschien haar man zou zien.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek