Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juli 2025
Zij gingen over het voorplein, zonder dat iemand op hen lette, hoewel sommigen het nog druk genoeg hadden over het wondervolle licht. De deur van de spelonk stond open. Er brandde licht en zij traden zonder omslag binnen. Vrede zij u! zeide de wachter tot Jozef. Hier zijn eenige lieden, die een jonggeborene zoeken, in doeken gewonden en liggende in een krib.
"Ay mi!" seegt si, "nu vlie dan! "Nemmermeer so ne wil ic comen, "Of God wilt daer men man hort noemen. "Ay mi!" seegt si, "hier leget doet "Mijn soete vrient, mijn beddeghenoet ... Dan de leukheid waarmede de wachter haar troost: "Bi Gode!" seegt hi, "lieve vrouwe, "Mi es herde leet uw rouwe; "Maer die levende ende die dode "Moeten sceden, al doen sij 't node." ...
"Je zoudt de eerste niet zijn, die met stokslagen de poort werd uitgejaagd." "Ik waag het er bij, wachter," zeide Fulco. "Mijne mars mag gezien wezen." Fulco ging de poort door en kwam op het binnenplein. Dadelijk werd hij door eenige dienaren omringd, die met nieuwsgierige blikken den inhoud van zijne mars opnamen.
Want zijn oogen hadden iets schoons gezien, en zoet scheen het hem toe te mogen toeven in de gouden zaal. Koeltewind noemde hij zich, toen de wachter zijn naam vroeg: Lentekoud en Strengkoud waren zijn voorvaderen. Hij wenschte wel te kunnen binnengaan in de zaal, waar het mooie meisje Goudvreugde woonde, die de dochter was van Slaapdoorn's zoon.
Wij vinden hier o.a. het verhaal van den trouwen hond die een kind in de wieg verdedigt tegen een slang, de slang doodt en, met bloed bevlekt, zich neervlijt bij de wieg die in het gevecht ondersteboven is komen liggen. Als dan de vader van het kind thuiskomt, de wieg ondersteboven doch niet zijn kind ziet, waant hij dat de hond het kind heeft gedood en slaat den trouwen wachter den kop af.
is afgespeeld en nog blijft van verre de terugwijzende hand opgeheven: wij arme bezoekers zien elkander verlegen en besluiteloos aan en onze oogen schijnen te vragen of wij ook het erf weer verlaten zullen en ons bezoek op een geschikter tijd hervatten; maar toch, een vriendelijk knikje van den man daar tegenover ons geeft ons weer moed; want wij maken er uit op, dat het oponthoud, 't welk wij ons getroosten, maar tijdelijk zijn zal: en inderdaad, na nog eenige minuten verwijls gaat de deur der werkplaats weder open, en een nieuw personage treedt te voorschijn, wenkt den wachter, die buiten stond, weder binnen, en komt naar ons toe.
Slaan wij nog even, vóór wij afscheid nemen van deze schoone streek, een blik op enkele punten van het heerlijke tiroolsche land. Als wachter staat er op de grens van Tirol en Stiermarken de Groszglockner, een reus in de Oost-Alpen. Daar is men midden in het gebied der Alpen, en ze doen er zich in al hun grootschheid voor.
Zoodra deze handen en voeten vrij had, greep hij sabel en buks van den gevallen wachter op, welke laatste hij, zonder vuur te geven, nu op dezen dan op genen aanlegde. De dreigende houding van het geweer boezemde den wachters meer schrik in, dan al Don Quichots vechtkunst.
En de Zwarte Dood had Ruurloo verlaten. Niet meer werd Hij bij het kasteel gezien, tot den nacht voor de bruiloft. Hoog zat Hij op Zijn roerloos ros, en zwarter waren Hij en Zijn dier dan de nacht om hen. Hij balde Zijn handen niet tot vuisten. Zijn sikkel hing over Zijn schouder. Toen de wachter den hoorn stiet, deed Hij zijn paard langzaam wenden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek