Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 oktober 2025
Het was de oude toon van vijandig klinkende berisping, die hardheid, die haar altijd had gekwetst, waarover Groo'moe met zachtheid placht te troosten. Nu was niet Groo'moe er, maar Oom. Ik heb u ommers alles geschreven, zei ze, met zekerder stem, koel, strak. Heb je Groo'va vergeving gevraagd? Oom! Die braaf dee, voor 'en wit voetje!...
"Wat zeg je?" trok de moeder haar bij 't handje. De kleine kleurde en zag voor zich neer, met haar voetje het zand wegschoppend van de straat. "Dom kind, vermaande de moeder; zeg dan: dag meneer Gerards." "Adé" riep ze nog eens, en ging. Vlug trippelde Anneke mee. "Wát komt hij hier doen, moeder?"
Lichte ijzeren haken, door de Dajaks gesmeed en door hen "kait" genoemd; dienden om, aan een gallah gebindseld, de prauwen aan het oevergeboomte bij bandjir voort te trekken; hadden aan den onderkant een klein voetje om het afglijden van den stok te beletten; gaven verbazend veel gemak.
Voetje voor voetje ging het. Gelukkig, daar zat moe. Toen klopten de hartjes van Jo en Nel erg blij. Want nu hadden ze hun lief moedertje terug; nu zat ze voor het raam en lachte. Ze gingen elk aan een kant van den leunstoel staan en toen... Ja, toen zeiden ze niets en toen deden ze niets. Ze hadden gedacht, dat ze een danspartij zouden houden.
"Gij hebt voor uw voeten geposeerd?" zegt Guy op halfluiden toon, met verrukking het fraai gevormde voetje beschouwend, dat het meisje laat zien, terwijl zij nog steeds in de houding van een Zigeunerin voor hen staat. "Ja, ik hoop, dat hij ze naar uw smaak klein genoeg geschilderd heeft," lacht de jonge dame.
Ze zette hem dan voor zich neer op de smalle toilettafel; zijn ranke rug, in 't wijde pak, leunend tegen den spiegel; het ééne been achteloos-slapneerhangend bij de tafel; het andere met het bevallig voetje uitgestrekt op het blad. Nu kon ze hem bekijken, betasten, van hem genieten; nu was ze met dit boeiend-geheimzinnige alleen.
Uw beeld zal nimmer uit mijn boezem wijken, En zich er spieg’len, als in ’t beekje uw voet, Uw voetje, waarlangs heen de vliet kwam strijken. Gelijk het Goede zult gij voor mij prijken, Dat, schoon, zijn minnaar voor het kwade hoedt. De vrouw, die ’k minnen zal, moet ú gelijken, Opdat ze in háar mij ú beminnen doet.
Verder, hoe zij in haar kleeren en manieren die zekere drang om te behagen ten toon mag spreiden die het wezen der koketterie uitmaakt: de rokken netjes opnemen, zodat men het voetje te voorschijn ziet komen, de schouders gracieus, bij het gaan, bewegen, het kleed nauw laten sluiten, zodat dit het lichaam niet als in een zak verbergt, maar dat de lijnen te zien zijn, en als zij een fraaie hals heeft, een uitgesneden kleed moet dragen.
"Ik vind kikkers niet lekker, Mammi wèl?" "Neen hoor, ik eet liever appelbollen." "En ik, en ik," riepen Leni en de anderen. "Hoera! Vanavond appelbollenpartij!" "En hoe is 't nu met de patiëntjes? Zouden jullie vanavond wel trek hebben in een appelbol?" vroeg mevrouw Van Brakel. "Mijn voetje doet bijna niet meer zeer, heusch niet." "En mijn neus, kijk, er komt geen droppel meer uit."
"Ach, vrouw," zei de man, "wat zal 't beduiden, dat jij koningin wordt, dat durf ik niet vragen, dat wil ik liever niet vragen." "Kom, waarom niet," zei de vrouw, "je gaat straks maar heen en zegt, dat ik koningin wil worden." En de man ging heen, maar voetje voor voetje: want hij vond het zoo naar, dat zijne vrouw koningin wou worden. Het is niet goed, dacht hij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek