Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 mei 2025


"Vooruit, Zwartje, lustig hoor!" zei Dik, terwijl hij met de zweep de vliegen verdreef, die het paard blijkbaar als hunne zuigflesch beschouwden. "Maar wat zie ik daar? Wie is die hardlooper? Ha, ha! Kijk eens, dokter, daar aan den overkant van het kanaal rijdt de veearts met zijn nieuwen schimmel. Hij wil ons voorbij rijden. Toe Zwart!"

Na het eten ging de veearts weer naar Willems ouders, om, zooals hij dacht, niet alleen de laatsten, maar bovenal Willem gelukkig te maken. Doch toen hij op het zolderkamertje kwam, vond hij den opperman in geen al te best humeur.

"Welk een zonderlinge vraag!" antwoordde de kwakzalver. "Ik ben arts en veearts, en genees dus alle bedenkelijke ziekten van menschen en dieren." "Well, dan zijt gij juist de man, dien ik noodig heb. Ik merk zeer goed aan u, dat gij niet een van die zwendelaars zijt, die als dokter rondtrekken na eerst allerlei geweest te zijn, en die alles beloven, maar nooit gestudeerd hebben."

In zijn ledige uren, die hij in het begin veel had, las hij allerlei boeken over de ziekten van het vee, en eer er twee jaren verliepen, noemden al de boeren in den omtrek hem: den knappen veearts. En, dat bracht hem voordeel aan ook. Hij kreeg het verbazend druk en verdiende veel geld. Later trouwde hij en kreeg twee zoons, die nu zelf al getrouwd waren.

Zoo kwam hij ten slotte op twee honderd francs: maar lager wilde hij niet gaan. De veearts stootte mij tersluiks aan om mij te doen begrijpen, dat het kwaad, hetwelk hij van de koe gezegd had, niet was gemeend en dat het dier, inplaats van zooveel gebreken te hebben, voortreffelijk was. Maar twee honderd tien francs was eene geduchte som voor ons.

En wat drommel woudt ge met een koe doen? vroeg de veearts. In weinige woorden had ik hem uitgelegd wat mijn doel was. Je bent een paar goede jongens, sprak hij; morgenochtend zal ik met je naar de beestenmarkt gaan, en ik beloof je, dat de koe die ik koopen zal geen valschen staart zal hebben. En ook geen valsche horens? zeide Mattia. Ook geen valsche horens. En geen opgeblazen uiers?

De toehoorders proesten het uit van lachen, en de oud-matroos bijt met zijn zwarte tanden een stevig stuk af van de pruimtabak, die hij heeft gevonden in den linker broekzak. »'t Zijn wonderlijke zeeschepen, dat hoor ik wel," grinnikt hij genoegelijk. »Heeft mijnheer lang onder de Boeren verkeerd?" vraagt hij aan den hoogen boord. »Twee jaar," antwoordt de hooge boord, »als veearts."

Hij was weg, en de beide oude menschen keken elkaar aan; de veearts zette een vierkanten mond, en trok z'n wenkbrauwen nog hooger dan ze al stonden. "Dat's niet in den haak, hoor!" zei hij zacht.... " ... W

Nu, ik ben er ook de naaste toe; het wakkere beest heeft het ongeluk gekregen toen het mij volgde op een wandelrit; ik kreeg den inval met mijn paard over een heg te springen, en hij wilde mij na; maar ongelukkig had hij den sprong niet zoo goed berekend, als ik den mijne met Tancred, en ziet, hij brak een der voorpooten waarop hij neerkwam; het gebeurde dicht bij de hoeve, en 't was maar best dat hij daar bleef tot zijn herstel; de veearts geeft er hoop op, schoon hij zal blijven hinken!

Is dat de vrouw van een metselaar, die eenige jaren geleden te Parijs een ongeluk kreeg? Ja, mijnheer. Ook dat zal kunnen blijken. Op die woorden antwoordde ik niet zooals ik gedaan had, toen het den veearts te Ussel gold.

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek