Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
Er klonken verwarde uitroepen; meerdere nieuwsgierigen stroomden zamen, allen in die zelfde richting. Uit de gladiatoren-school kwamen de zwaardvechters aangeloopen; uit het Colosseum de immer daar nog bezige metselaars en architecten; van verder, uit de Baden van Titus, de baders.... Is er oproer? vroeg Colosseros. Is de Keizer vermoord? vroeg de dominus.
Het hek werd ontsloten, en terwijl wij ons ongeval in korte bewoordingen aan Roggeveld mededeelden, bracht deze ons naar zijn woning. Ik laat aan mijn lezers over zich de uitroepen voor te stellen van: "wel kijk ereis: Heere bewaar ons! lieve tijd! wel jemenie! wie heit zoo iets meer beleefd!" en diergelijke, die het Roggeveldsche gezin deed hooren bij het vernemen dezer wederwaardigheden.
De correspondent hield hem voor den gek, met spotlachende uitroepen van verbazing, en een tweede jongmensch met een vlekkerig-rood gezicht en een vies boordje zat er om te grinniken met zijn groote roode handen op zijn knieën, zijn magere beenen lummelig bengelend langs zijn kruk.
De zucht tot avontuur, die als vaderlijk erfdeel diep in zijn hart sluimerde, ontwaakte in hem en deed hem uitroepen: "Ik wil een ridder worden zooals gij en God dienen! Zeg mij, edele Heer, wie mij tot ridder kan maken?" "Dat kan alleen koning Arthur," antwoordden de ridders als uit één mond en daarna gaven zij hunnen paarden de sporen en reden verder.
Op zekeren dag toen hij, na reeds in drie zeemansherbergen vruchtelooze pogingen aangewend te hebben, de vierde taveerne binnentrad, hoorde hij opeens uitroepen: »Wel heb ik van z'n leven! Kees! Klaas! Gerrit! Zeg, is dat schipper Van Halen niet!" Van Halen keek verrast op en zag nu aan een van de verste tafeltjes vier van zijn vroegere matrozen zitten.
Groote Goedheid! de schrik zit me nog in me knieën.” Juffrouw Daters gaat even op een stoel zitten en vervolgt tot de anderen, die nieuwsgierig toekijken: „Wat zeg jelui er wel van? Wat ken ’n mensch er toch gauw uit weze!” Verschillende uitroepen en deelnemende woorden, dooreen geuit en daardoor onverstaanbaar, geven ’t antwoord op juffrouw Daters’ vraag.
Maar hoort mij verder aan, o ridderen: geheimenis is niet meer van noode; neen, ik ben geen knape maar eene rampzalige jonkvrouwe: ik ben Alliene en Gawein beschermde mij toen Mordret en Didoneel mij ontschaakten uit den burcht mijns vaders! Uitroepen van verrassingen en van verontwaardiging ontsnapten Koning Arturs ridders.
Ieder oogenblik echter struikelt men of zakt weg, en de tocht wordt gekruid door uitroepen, die meer krachtig en vol uitdrukking zijn dan wellevend. Intusschen is het bovendien gaan regenen en van de bamboestruiken, de Ericaceeën, de varens van allerlei vorm en grootte en de andere bladeren stroomt aanhoudend een stortbad neer.
Mijnheer Tjilp, zei ik, eindelijk aan het woord komende, en hem met een knipoog wenkende: gij weet immers, dat men de waar koopt naar het uithangbord; als het uithangbord nederig is, gelooft men, dat de waar niet deugt: er moeten trompetten en vlaggen bij, men moet uitroepen met prijzenswaardige oprechtheid: ik ben de man, die het land zal redden! ik ben een groot dichter! ik ben een uitstekend humorist! ik ben verbazend geleerd! ik ben een hoogst merkwaardig man!
In het pavilloen staan in een halven kring schrijftafels, keurig ingericht, met inkt, pennehouders en pennen, en vloeipapier. De dingen worden niet, zooals in andere landen, aan den lessenaar vastgemaakt; trouwens in dit jaargetij komt alle bedreven kwaad hier dan ook onverbiddelijk "aan het licht". Op eens klonken van alle zijden luide uitroepen: "De zon! De zon!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek