Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juni 2025
Weldra waren wij buiten de stad, bestegen onze paarden en reden naar Ségorbe, god Mercurius dankend voor een zoo gelukkige gebeurtenis. Van het besluit, dat don Alphonse en Gil Blas namen na dit avontuur. Volgens onze prijzenswaardige gewoonte, gingen wij den geheelen nacht door en bij het aanbreken van den dag waren wij bij een klein dorp, op twee mijlen van Ségorbe.
In het midden van de jongere broeders en conversen, stonden de grijsaards en zwakken, met schorre kelen doch met een prijzenswaardige gelatenheid den psalm zingende: quare fremuerunt gentes; ofschoon de rook, die hun in de keel vloog, hen nu en dan dwong, het lied te staken en met een benauwd gekuch te verwisselen.
In de streeling van een pluimen kuifje en in de lichte walming van een fijnen geur verborg ze de laatste sporen van hare prijzenswaardige gevoeligheid. Mijnheer du Bessy deed, kort daarop, zijne triomfelijke intrede. Hij was zeer opgeruimd.
Want het prijzenswaardige vocht, dat eenigen tijd geleden uit den eindknop van den palm vloeide, is wel is waar zoet gebleven, maar toch ook bedwelmend geworden en dit te meer, naarmate het langer met de lucht in aanraking was.
"Ziedaar een hoogst voorzichtige en prijzenswaardige restrictie," zeide de Heer Bos, zich de kin wrijvende: "Jammer maar, dat men, wanneer het er op aankomt, zoo oneindig veel onder die rubriek van plicht kan brengen, terwijl de perken van het vermogen somtijds zoo bijster eng worden; doch, wij zullen zien, hoe gij over mijn verzoeken denken zult. Luister!
Elinor wilde niet met haar redetwisten, en antwoordde alleen: "Wie je dan ook zoo verfoeilijk vijandig gezind mochten zijn, beroof hen van hun kwaadaardige zegepraal, mijn lieve zuster, door te toonen, hoe fier de bewustheid van eigen onschuld en goede bedoelingen je het hoofd omhoog doet heffen. 't Is een gegronde en prijzenswaardige trots, die dergelijke kwaadwilligheid weet te weerstaan."
BURGEM. STOCKMANN. Nu als er dan zoo'n prijzenswaardige offervaardigheid heerscht onder de minder gegoede burgers, dan.... ASLAKSEN. Hoe dat? HOVSTAD. Offervaardigheid? BURGEM. STOCKMANN. Dat is een mooi blijk van gemeenschapszin; een heel mooi blijk. Ik had haast gezegd dat ik het niet verwacht had. Maar u kent den geest beter dan ik. ASLAKSEN. Ja, maar, burgemeester....
Met dit te zeggen, wil ik al dadelijk toonen, dat ik ook versierd ben enkele oude kniesooren zouden zeggen besmet met die prijzenswaardige oprechtheid en dat gevoel van eigenwaarde, welke de menschen bezielen en waarmede zij, aan hunne eigene bekwaamheden en uitstekendheid de verschuldigde hulde doende, omdat niemand anders dit doet, zeggen weer de oude kniesooren niet nalaten zich openlijk aan te prijzen, als koopwaar, zouden de kniesooren al weder aanmerken.
Een halve eeuw geleden viel op een stormachtigen winternacht de laatste boog van de Rolandsvesting in puin, maar door prijzenswaardige piëteit is zij weer opgebouwd, en evenals voorheen prijkt de Rolandsboog op de steile rots, op het schoonste punt van het heerlijke Rijndal, ten einde de tegenwoordige geslachten aan de trouwe liefde uit den riddertijd te herinneren. Zevengebergte
De Polen zijn aan deze gezellige manier van leven zoo gewend, dat zij er niet meer buiten kunnen. En wanneer men hun vertelt, dat in Engeland en in Nederland b.v., dikwijls de heer des huizes alleen met zijne vrouw en kinderen aan den middagdisch of aan de theetafel zit, dan roepen zij uit: "Ah! que c'est triste!" en vergeten geheel, dat dit toch ook eene zeer prijzenswaardige huiselijkheid is.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek