Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 november 2025


Hij boog zich nogmaals over de borstwering, juist toen de lijfwacht den procurator weder op het paard hielp stijgen. Hij leeft, Tirza, hij leeft! Gezegdend zij de God onzer vaderen! Met dien uitroep en een opgehelderd gelaat wendde hij zich weder tot haar, om hare vraag te beantwoorden.

Roep hem aan zoodra hij nadert, roept beiden en weest niet bevreesd. Hij zal u hooren. Ik ga naar de stad, om het volk te waarschuwen dat hij komt. Vrede zij met u en de uwen! Hebt gij het gehoord, Tirza? De Nazarener komt langs dezen weg, en hij zal ons helpen. Kom nu mee, een paar stappen maar! Dus aangemoedigd liet Tirza zich door Amrah overeind helpen.

Een oogenblik slechts, toen ging zij ijlings naar Tirza terug. Kind, Tirza! dat is mijn zoon, uw broeder! fluisterde zij zacht, greep hare dochter bij de hand en vervolgde: Laat ons hem samen aanschouwen, even slechts, en dan, o God, help dan uwe dienstmaagden! Onhoorbaar staken zij de straat over. Toen zij vlak bij hem waren gekomen, bleven zij staan.

Dat de lieve, mooie, vroolijke Tirza, de zonnestraal in het groote huis? Onmogelijk. Het aanschouwen dier rampzaligen maakte haar ziek. Dit zijn oude vrouwen, zeide zij tot zichzelve. Ik heb ze vroeger nooit gezien; ik zal maar teruggaan. Zij keerde zich om en ging. Amrah! riep een der beide melaatschen. Wie roept mij? vraagde Amrah bevend. Amrah! Wie zijt gij? vraagde zij.

De soldaten hadden de noordpoort ingetrapt en waren meester van het terrein. Juda begreep dadelijk dat het om hem te doen was. Zijne eerste opwelling was te vluchten; maar waarheen? Alleen vleugelen konden hem redden. Trillend van angst klemde Tirza zich aan hem vast. O, Juda, wat is er toch gebeurd? Hij antwoordde niet.

De moeder aarzelde niet langer. Zij vroeg niet naar het hoe en wat, zij geloofde de feiten en zeide tot Tirza: Kind, dat moet de Messias zijn. Ik herinner mij, dat Jeruzalem jaren geleden in opschudding kwam, omdat er gezegd werd, dat hij geboren was. Hoe lang het geleden is weet ik niet meer, maar hij zou nu reeds volwassen moeten zijn. Ja, het kan niet anders ... hij is het.

Gouden oor- en vingerringen, kostbare arm- en enkelbanden, benevens een kunstig bewerkt halssieraad, voltooiden haar toilet. Oogleden en vingertoppen waren naar het toenmalig gebruik geverfd. Twee lange haarvlechten hingen haar op den rug, terwijl op iedere wang vlak voor het oor een gekrulde lok rustte. Een liefelijke, bevallige verschijning was de jeugdige Tirza ongetwijfeld.

Eensklaps richtte zij zich op en vraagde: Lieve meesteres, waar is Tirza toch? Hier ben ik, Amrah, hier! Zoudt gij mij wat water willen geven? Amrah sprong op, streek zich het haar uit de oogen, en nam den doek van haar mandje. Zie, sprak zij, ik heb wat brood en vleesch voor u meegebracht. Dat is goed van u, Amrah. Wilt gij nu wat water voor ons halen? dan nemen wij het mee naar de spelonk.

Kijk, en zij nam den ring uit haar linkeroor het inschrift is bijna uitgesleten. Hij nam den ring in de hand, bekeek hem, en gaf hem toen lachend terug. Al lag ik op sterven, Tirza, dan zou ik den amulet nog niet willen gebruiken. Zulke dingen zijn afgoderij, en verboden waar voor geloovige Israëlieten. Bewaar hem, maar draag hem niet meer. Verboden! Volstrekt niet.

Mocht gij dus bijgeval later nog eens aan mij denken, laat het dan alleen zijn in verband met de vraag, die het voornaamste doel mijner komst was. Wat weet gij, wat kunt gij mij vertellen van mijne moeder en van Tirza, mijne zuster; zij, die in schoonheid en bevalligheid aan uwe beminnelijke dochter gelijk zou zijn? O zeg, wat kunt gij mij van haar vertellen?

Woord Van De Dag

saamgeklonken

Anderen Op Zoek