Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juli 2025


»Dat zou jij wel willen, Bobzei Tines, die er toch eigenlijk niet veel lust in had, om den wedstrijd in den steek te laten. »Dan was jij vrij zeker van den prijs!» »Juist, Tines. Praat nu maar niet langer, en ga heen. Dag Tines!» »Voor jou ga ik niet, Bobbertje. Jij hebt hier niets te zeggen, voor zoover ik weet

»Als hij meêdoet, ga ik naar huiszei Tines, en smalend liet hij er op volgen: »Met zulk volk houd ik mij niet op. Ik denk, dat mijnheer Denappel er ook niet op gesteld zal zijn, dat hij aan den wedstrijd deelneemt

Hoe mijnheer Denappel ons onthaalde, Bob eene edelmoedige daad verrichtte en Tines Wobbe met een pijnlijk oorbelletje getooid werd. Den volgenden dag was het Zaterdag, de Zaterdag waarop wij onzen wedstrijd op stelten zouden houden bij den Heer Denappel. Wat stelden wij ons veel genot van dat feestje voor.

Wij waren nu nog met ons zessen overgeschoten, in deze volgorde: 1. Jan van der Vliet. 2. Tines Wobbe. 3. Dorus Volmaar. 4. Bob de Wild. 5. Cor Valk. 6. Karel Buurs. Jan en Tines waren nu dus het eerst aan de beurt, en wij durfden gerust voorspellen, dat Jan het verliezen zou. Hij was wel een goed steltlooper, maar Tines was de vlugste van ons allen.

Een geweldig kraken van stengels die platgetrapt worden werd nu hoorbaar, en toen verscheen Karel, gevolgd door Bob, aan den rand van het boschje. »Wat zat ik daar heerlijkzei Bob op triomfantelijken toon. »Wel driemaal ben jelui vlak langs mij heengegaan, zonder mij te vinden!» »'t Is ook aangenaam, om vol blaren te komenzei Tines Wobbe. »Ik gun je de pret

»Numego dgie en viegklonk het nu. Adriaan Bolt en Tines Wobbe waren nu aan de beurt. Nu, wij konden wel vooruit zeggen, wie van deze twee het winnen zou, want tegen Tines Wobbe kon bijna niemand loopen. De vlag maakte even later bekend, dat wij goed gezien hadden, en Adriaan Bolt kreeg ook een streepje. »Numego vijf en zesNu was ik aan de beurt.

Ik kreeg Tines Wobbe dwars over mijn hoofd en Huib de Leeuw lang uit over mijne beenen, en van Bob was in het geheel niets te zien. Hij lag totaal onder de anderen bedolven. Dirk Langeraar kwam boven op al de anderen terecht, en zat daar als Spinoza op zijn voetstuk, welk standbeeld in den Haag ik gezien had, toen ik eens met Pa in die stad was.

Toch hadden wij ons vergist, want beide keeren had Tines het ongeluk te vallen, terwijl Jan harder scheen te loopen, dan wij ooit van hem gezien hadden. »Numego dgie en viegriep mijnheer Denappel, en nu moest ik tegen Bob draven. »Houd je goed, Dorusriepen sommigen mij toe. Vooral Tines Wobbe, die nu ook dood was, scheen Bob de overwinning in het geheel niet te gunnen.

Ik geloof wel, dat hij de vlugste was van ons allen, behalve Tines Wobbe, die ook een echte snelvoeter was. En Karel Holm was de derde van den bond. Als die drie jongens voor de aardigheid eens om het hardst liepen, wist men nooit wie het winnen zou, vóór zij den eindpaal hadden bereikt. Het kleinste ongelukje was voor ieder van hen voldoende, om het te verliezen.

»Aan elk einde van de baan staat zeker eene vlagzei Bob. »Jongens, wat ben ik nieuwsgierig, wie den prijs zal winnen.» »Jij natuurlijkzei Jan. »Ja, of Tines Wobbezei Bob. »Die kan het ook vlug.» »Doet Pieter niet meêvroeg ik. »Ja, hij is er al. Pa heeft hem een paar nieuwe stelten cadeau gegeven, waar hij heel blij mede was.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek