Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 juli 2025


Ik hebbe dan jonge Voorn en Braassem genomen, die ik oordeelde dat twee jaar out was, dese heb ik met haar hoofden om laag in 't water gestelt, ende der selver staarten buyten het water laten komen, opdat de Visschen haar hoofden of kaken soude konnen bewegen, ende dat dus de circulatie van het bloet geen hinder aangedaan mogte werden, maar sijn volkome loop voor eenigen tijd continueren.

"De Schiman is so veel als een twede Bootsman: want gelijk dese de Grote en Besaans-mast, en wat tot deselve behoord, moet besorgen, so moet de Schiman sijn toesigt hebben op de Fokke-mast en Boegspriet en wat tot die beide behoord, en alles wat deselve van bloks of touwerk van noden heeft, van de Bootsman versoeken.

Hoe wij aan ons vaertuijg gecomen zijn. Dat wij met bescharen soo veel hadden overgegaert, daervoor wij hetselve hebben gecocht. Of wij wel meer als dit vaertuijg hebben gehadt. Dattet derde was, dog de andere al te cleijn waren om daermede wegh te loopen naer Japan. Waer van daen wij wegh geloopen sijn, ende of aldaer woonden. Van Saijsingh daer wij met ons vijffen en drie in Sunischien woonden.

Daar eb sij bij haar selve bedak, dat Laurens ook paraplui verkoop; want Eeren en Daam, Laurens vertoon niet alleen tooverlantaar, Laurens verkoop ook parapluie, maak nieuwe paraplui, raccomodeer paraplui, verruil ouwe paraplui, verzoek wel vriendelijk om de kunst en recommandatie.... daarom eef zij Laurens verzok van als sij uitga te gaan zitten op haar neus met sijn paraplui, dat aar neus niet nat wor.

Immers, ook LODEWIJC VAN VELTHEM die zich overigens in dezen welingelicht toont, schrijft over de redenen tot den moord: Ander secgen: dat om een Vrouwe quam, Dat men hem sijn leven nam, Daer hi met soude hebben te doene, Die wyf was een van sinen baroene, Ende datten diegene daerom lagen Leiden vander stont alle dagen .

G H I K L M N O P Q R S. vertoont de Kikvors-worm, soo als hy levent in 't water aan het glas sig hadde vast gehegt, en met de buik na het gesigt toe geplaatst was, en welke Worm maar eenige uren daar te vooren uyt sijn slym, daar in hy hadde gelegen, was uyt geswommen. Met L M N O P. werd aangewesen het hooft. Ende met H I R S. werd aangewesen, de buik; ende met G H S. de staart.

God geeft de weelde der zaligheid aan allen gelijk, "maer die se ontfaen die sijn onghelijc: nochtan blivet hem allen over, na der ghebrukelicheit in der verenicheit", d.w.z. zij kunnen, wat betreft het genieten der zaligheid in de vereeniging met God, niet alle weelde op, die hun geschonken wordt.

De coninc: Damiet, bi minen god, Anesiet hier desen roeden mont, Desen jonghelinc, dit es een vont; Mamet heeften mi verleent. Ic hoerden daer hi hadde gheweent; Daer ic in die boegaert wandelen ginc, Daer vandic desen jonghelinc Onder enen cederenboem. Damiet, nu nemes goem, Ende houtten op als uwen broeder; Ghi moet sijn suster ende moeder. Esmoreyt heyt dese jonghen man.

Nu moet hij alleen zijn weg gaan en dat bekomt hem slecht: Misdede ic yet, ic wort ghesleghen, Ic most den menighen verdreghen Entaer toe lyden mit hem allen. Soe wye sijn maghen worden tieghen, Die moet van des ghelijcke pleghen, Hem sel veel te lyden vallen .

De coninc: Platus, Platus, bi Tervogant Het dunct mi goet dat ghi mi segt. Laet ons dit ewelijc ghedect Sijn, dese sake, voor die dochter mijn So machics in vreden sijn. Waer sidi, dochter Damiet? Comt tot mi onghelet, Ic moet u spreken, bi Mahoen! Damiet: Vader, dat willic gherne doen. Nu secht mi wats uw ghebot?

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek