Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 oktober 2025
"Ik weet wel, waar de kabouter woont," zei ze met een zachte stem; "maar 't is niet zeker, dat ik je dat vertellen wil." "Lieve poes, je mag me wel helpen," zei de jongen. "Zie je niet, hoe hij me betooverd heeft?" De kat deed de oogen wat wijder open, zoodat het groene en leelijke er in begon uit te komen. Ze spon en snorde van genoegen, vóór ze antwoordde.
De mooie groote prent weg, wel, dat's een geval, neen, zij wist er niets niemendal van; maar zou soms de poes....?" De poes is in elk welgeregeld huisgezin de natuurlijke drager van iedere mysterieuse wandaad, en de goede sloof wier domheid alleen met hare getrouwheid te vergelijken was, greep in hare onmacht om iets beters uit te vinden dit gewone redmiddel aan.
Nog leefde de poes; ze zat klein maar vast in haar hoek gehurkt, tusschen de kisten zonder een geluidje van lijden, den kop laag, de oogen in een booze doodstrakte, boven het schaaltje met gesmolten sneeuw. 't Was wel al twaalf uur toen de jongen schelde. 't Leven uitsnaterend kwam hij binnen, hij had niet vroeger kunnen komen, hij had zich moeten aangeven voor de militie.
Tegen den deurpost staat een parapluie; vrouw Juttner bemerkt haar, en met de woorden: "'k Zal die parapluie maar meenemen, de mijne is weg," neemt zij het regenscherm onder den arm. "Slaap wel, Strijkkie! Droom ereis van me." "Geef m'n parapluie op, gauw!" hij grijpt tevergeefs naar zijn eigendom. "Mis, poes! Zul je om 't broekie denken, ouwe heer!
Poes keek ieder aan met groote, groene oogen, trapte met de fluweelen pooten tegen den rand van het mandje, knorde zacht het wiegelied van haar beestengeluk. Gulzig, dorstig, driftig zogen de jongen. Weg duwden ze elkanders koppen.
Maar, liefje, ik moet nu weer naar mijn boontjes," zei Kee en holde weg. "Hoor Fox eens, met wien heeft die het toch zoo aan den stok?" zei mijnheer Van Brakel. "Hij keft ons de ooren doof. Daar zit toch soms geen vreemde poes onder die struik?" "O wee!" riep Door, "ik begrijp het al. Als Fox hem maar geen kwaad doet. Leni, kom eens gauw hier. Kijk eens onder die struik." Leni bukte zich.
Buurmans waakhond versterkt het orkest. Ik stel Keesje gerust, door hem er aan te herinneren, dat de til zoo geplaatst is, dat de duifjes onmogelijk door een hond of een poes te bereiken zijn. Nog grimmende onder den indruk van zijn pas ondervonden woede, laat het kind toe, dat ik hem, met mijn arm om zijn lijfje geslagen, op de kruk terugbreng.
Daar is de boerin alleen. Maar als de melk thuis komt, ontwaken in onderscheidene hoeken der boerderij: een cyprische kater, een witte poes, een zwarte en een roodbonte kat uit hun dutje en komen, nog rekkerig en geeuwerig, op de emmers aan, waartegen zij zich op hunne achterpooten verheffen, gelijk geleerde kermishonden om een trom, en zulks, zindelijk als deze dieren zijn, om met hun zindelijke tongen het hun toekomend gedeelte van de melk af te roomen, en daarna hun zoete droomen wederom op te vatten, op de plaat, op een warme stoof, en in 't kozijn van een venster daar de zon op staat.
Al een paar keer had hij moeite gedaan haar oogleden op te lichten, zoodat poes, wie deze handtastelijkheden blijkbaar danig begonnen te vervelen, bedaard Bob den rug toekeerde, langzaam, met deftige passen, om het perk met viooltjes heen stapte en toen op eenigen afstand van haar kleinen plaaggeest ging zitten.
Ze haalde de poes, die angstig mauwde achter de keukendeur, hield hem in haar armen voor haar zoon en zei: Sjuul! jij mag 't stomme dier wel bedanken. Ja, lekkere Torn, kom jij maar hier, lieveling! Jij alléén heb meer verstand, dan al die snuggere bolle samen! Mag ik zoo vrij zijn, om u mijn lijst aan te bieden?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek