Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 juni 2025


Mijn genadige Koning en Meester begeert dat gij morgen ten elf ure vóór noen, met uw Leenmannen ten Hove kome om in het openbaar hem de vergiffenis uws verbrekens af te smeken. De komst der doorluchtige Koningin van Navarra heeft dit bevel verhaast zij heeft zelf om uw genade bij de Vorst haar gemaal gebeden, en heeft mij belast u te zeggen dat uw onderwerping haar zeer aangenaam is.

Wat den Abt betrof, diens oogen vestigden zich ook menigmalen op de deur, doch meer nog op het tinnen bord, dat voor hem geplaatst was: want het was noen, en de gewone tijd om het middagmaal te gebruiken reeds aangebroken: men wachtte slechts op Adeelen, en de Abt, die in zijn convent niet gewoon was naar iemand te wachten, vond zich hooglijk geraakt en ontevreden, dat er nog met het maal geen aanvang kon gemaakt worden.

Op hun neusgaten blaast gij, maar mijn adem Zou hun meer snelheid geven. Kon dat maar! O Geest! vertoef; zeg, waar is 't licht vandaan Dat deze wolk vult? Nog verrees geen zon. De zon zal niet verrijzen voor den noen.

Juffrouw Pieterse, uwe moet niet vinden, riep jufvrouw Laps. Juist, zei de katechiseerman, alle zegen komt van boven. Ga voort Klaas! Noen, zulke dingen wil ik niet hooren ... 't is om de meisjes. Nu ja, de meisjes bekeken heel fatsoenlyk haar nagels.

Drink, lieve heer Koning, drink! Maar de oude, zieke Koning, op den elleboog leunende en drinkende de schaal uit, kreunde: Keye, dat gij toch ontberen wilde van zoo kwade scherne te drijven met uwen armen Koning Artur, die hier ligt krank van weemoed om de dagen van Destijds, toen zoo vaak, voor noen of voor vespermale ridderlijk Aventuur zich kondde!

Vier!” „Noen in Kottesnamen, ’t is jekocht.” „Mooi!” En plotseling gehoorzamende aan den ouden Adam, die in hem wakker wordt, zegt Pietersen, hoog ernstig: „Neem ’t mee, baas Träger! Maar zal u ’t goed behandelen? ’t Is zoo’n lief beestje.” En met een traan in de stem voegt hij er bij: „We waren er al zoo aan gehecht, niet waar Walten?” Met een zekere walging wendt de oude man zich zwijgend af.

Zij waren prachtig, alle tien dravende, hunne zilververguld glinsterende, metalen silhouetten op de forsche, zware, omhoesde rossen krachtig duidelijk in het trillende, neêr vloeiende licht van den noen. Rondom hun weg stormende vaart golfden de schapen, schreeuwden de herders en scheerden de verschrikte zwaluwen....

Als ik heel vroeg uitzet, kan ik voor den noen terug zijn, 't hooi kunnen we dan algelijk inhalen. Hoe, wat? en Trezia gebaarde zich onwetend. Wat?... 't is morgen toch vervaldag van de pacht. 'k Meende dat ge het een dag zoudt uitstellen, overmorgen is 't groot werk gedaan ... en morgen botst ge voorzeker op Vanhoutte. Dat was eene ophitsing.

Maar het langst kon hij blijven stilstaan voor een nest met platte jongen, die met hun gulzige bekken wijd open lagen te schreeuwen naar eten. De velden lagen in den vrede van den noen. Er waren weinig boeren op het land. 't Was alleen de zon, in den fijnbewolkten hemel, die het groote werk deed. Ze warmde door en door de vette groenigheden.

Waarop de ander antwoordde: Gij ziet, dat het het uur is van den noen, ik geloof, dat alle zusters goed slapen behalve wij; laten wij door den tuin kijken of er niemand is en zoo ja, dan hebben wij niets anders te doen dan hem bij de hand te nemen en hem in gindsche hut te brengen, waar hij voor den regen schuilt en daar zal de eene met hem zijn en de andere de wacht houden.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek