Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juli 2025


O, welk een frischheid, welk eene statigheid en schoonheid heeft elke nieuwgeboren dag, alsof hij de gevoellooze en verstandlooze menschen toeriep: "Ziet, gij hebt nog weder een kans! Streeft naar de eeuwige heerlijkheid!" Er is geen spraak of taal, waarin die stem niet gehoord wordt; maar de verharde booswicht hoorde haar niet. Hij ontwaakte met een vloek en eene verwensching.

Op de Noordkust is het vijandschap, die tot dien sluipmoord aanzet; hier op de Westkust zijn het met den godsdienst verband houdende voorstellingen. Aan een nieuwgeboren kind kan niet een willekeurige naam gegeven worden; het moet de naam zijn, door eenig mensch op dat oogenblik levende gedragen, en die naam kan hem niet anders afgenomen dan met zijn leven tegelijk.

Door meerderheid van krachten, Door yver, altijd schrap op voordeel, buit, of baat, Niet sluimrend in de rust, noch zorgloos tegen 't kwaad, En, door een' schrandren geest, by 't forsche lijf, gesteven, Scheen de eerstling na den val nog in zijn kroost te leven: Die zoon, dien Eva groette als nieuwgeboren' God, Die de aard verzoenen zou van 't doodlijk proefgebod! Hoe blind in 't lot, helaas!

Hij liep, ofschoon nog wat zwak, als een kievit door de kamer en zag er uit als nieuwgeboren; zijn eertijds min of meer violette gelaatskleur was meer normaal geworden, zijn oogen stonden helder en de onwillige heup was nu een voorbeeld voor alle heupen. „Overste!” zei Dr. Druff na den achttienden dag, „ik kom afscheid van u nemen: u heeft mijn behandeling niet meer noodig.

De hongerige gaf aan die aansporing terstond gevolg, en de Yankee ging in het gras zitten, met welgevallen den etende gadeslaande en ziende hoe gezwind de groote happen achter zijn gezonde kiezen verdwenen. Toen èn het brood èn de ham opgepeuzeld was, vroeg hij: "Al hebt gij niet half genoeg gehad, gij zult nu ten minste wel eenigszins bijgekomen zijn?" "Ik ben als nieuwgeboren, sir!

Onzeker tikte de kei, nog eens en de sparken sprongen lichtend op den baanst; daar ving het vuur dat zij aanblies met haar piepasem en welhaast lonkte het lampwiekje, nieuwgeboren schemerend in de koud-ijle nachtkeuken. De dingen stonden er zwaar, vast herkennelijk in gewonen stand en doening, even als gisteren en voor langen tijd.

Op de ouden blijft gesteund, en zijt voorzichtig, jonge spranken; 'n laat u nooit verleiden, om te vroeg u vrij te danken van 't oude: uit de oude grauwte van de schiergestorven boomen zal nieuwgeboren schoonheid eens, en sterkte, henenstroomen. 2 Stam. 't Is scherenstijd in 't houtgewas. De blaren vallen: grond en gras zijn effen, van den wind die waait, vol zilver en vol goud gezaaid.

Het winterachtige, matte, ziekelijke, dat in ons was, verdwijnt bij den adem der lente, die ons doordringt; men voelt zich als nieuwgeboren, voelt zijne krachten vermeerderd, versterkt en daarom vermogender; men denkt helderder, onze gewaarwordingen zijn levendiger, en wij zwemmen moedig voort in den grooten levensstroom, die in kronkelende bogten verrukkelijke landschappen doorloopt.

De lompen nemen de kleur van het purper aan; de eerzucht wordt grooter en grooter; dit is de nieuwgeboren hoofdstad van een nieuwgeboren koninkrijk."

Gij vlerkendragend volk, gij allerhand gezwinde doorvliegers van de lucht, de lieve lente lacht zoo zacht; en gij, gij vliegt haar in 't gemoet, bij lork en linde, in 't nieuwgeboren gers , in 't onkruid en in 't riet: ik niet!

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek