Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 juni 2025


Het waren andere soldaten en een andere decanus, dan die zij gezien hadden dien keer toen zij met Martialis in den draagstoel waren meê gekomen, maar de decanus en zijn soldaten herkenden hen, van het Theater. We waren toch geschilderd en met pruiken op? zei Cecilius. Met van die hooge pruiken op? zei Cecilianus. Het deed er niet toe: de decanus had hen toch herkend.

Of zij droegen hem in het park en legden hem in het bloembespikkelde gras, tusschen de laurieren.... Uren lang lag hij daar. Hij kwijnde zichtbaar weg.... Plinius en Martialis kwamen hem dikwijls zien en Crispina toonde haar zoon en er was geen poging te verbergen, dat de tweelingen hare zonen waren, hoewel noch Plinius, noch Martialis toespeling maakte.

Martialis wekte op uit zijne peinzing. Jongens, zeide hij. Hier stap ik uit. Dit is de poort, waardoor ik den Keizer bereik. Waar gaan jullie heen? Heer, zeide Cecilius. Wij moeten den dominus zoeken.... .... dominus zoeken, herhaalde Cecilianus. Hij zal vermoedelijk in het Theater zijn.... .... in het Theater zijn van Pompeïus.... .... van Pompeïus, natuurlijk....

Een moderne epigrammendichter, wiens epigrammen dóoden konden.... Verbeeldt je, als hij eens epigrammen, venijnige, dichten ging op hèm, op zijn grex, op de voorstellingen, die hij zoû geven! En hij dacht, dat het goed zoû zijn, zeer hoffelijk Martialis te groeten. Edele Martialis!! groette de dominus. Wat ben ik verheugd u te mogen begroeten, u, den geestigsten Romein onzer dagen!

Maar ik ben het met mijn vriend eens. Het kind sterft hier.... Wat dunkt je, dominus? vroeg de dichter aan Lavinius Gabinius, die binnen kwam. Er werd toe besloten. Martialis, alleen, aan het ziekbed van den knaap, bepraatte hem.... Dat hij hier geen lucht had, in die benauwde tuinen van het Palatium. Dat hij hier niet genezen zoû, dat hij hier sterven zoû vóor Cecilius terug kwam....

Wat moeilijke tijden, voor een dominus-gregis, die zomermaanden, die zich slepen en dan met mijn tweelingen.... Joù tweelingen, dominus? Mijn tweelingen, Martialis, die misschien beiden dood gaan! Hoe lang is Cecilius nu al bij den Keizer? Hoe lang is Cecilianus al ziek! Ik weet het niet, de weken slepen zich voort.

Niet zóo ver, zeide hij twijfelend. Hij legde zich te ruste, uitgeput. Op de bank voor het huis zat mistroostig de dominus, handen tusschen de knieën, hoofd op de borst. Martialis kwam naast hem zitten. Kom, dominus, troostte de dichter. Ach, edele Martialis, klaagde de dominus eindelijk uit.

Verginius Rufus, of gij Plinius, moest aan Crispinus vragen.... Ik? zei Plinius. Het zoû een reden zijn voor den Keizer Cecilius nog langer te houden. Hij danst zelfs niet meer voor den Keizer, hoorde ik, zei Martialis. Hij is óok ziek. En Crispinus.... Hij vertelde van het contract, dat Crispina geteekend had.

Zij rilden tegen elkaâr, blij om hun vrees, die de verveling verjoeg. Laten wij eens gaan....? Ja, juist.... Zij wisten waarheen, zonder het elkaâr te zeggen. Naar de poort van het Septizonium. Zij gingen. Als ze nu maar niemand tegen kwamen....? Waarachtig, stappen! Wie kwam daar....! Ze wilden zich verstoppen. Wie verstoppen zich daar? riep een stem bekend. Martialis!! riepen zij beiden.

Zelfs bij eene vluchtige vergelijking is het b.v. onzen historici niet ontgaan, hoe zeer vele Spaansche eigenaardigheden in de werken, den schrijftrant en de gedachten der beroemde Romeinsche schrijvers en dichters: Seneca, Quinctilianus, Lucanus, Columella, Martialis, die op het Pyreneesche schiereiland geboren werden, te vinden zijn.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek