Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 mei 2025
Want nu zij in zicht waren gekomen van het Colosseum, trof hen een joelende, schreeuwende, vechtende menigte, die drong aan en golfde terug van den hoogen, vierkanten toren, van het Septizonium, van den Palatinus. En uit de kazernen om het Colosseum drongen honderden gladiatoren.
Zij rilden tegen elkaâr, blij om hun vrees, die de verveling verjoeg. Laten wij eens gaan....? Ja, juist.... Zij wisten waarheen, zonder het elkaâr te zeggen. Naar de poort van het Septizonium. Zij gingen. Als ze nu maar niemand tegen kwamen....? Waarachtig, stappen! Wie kwam daar....! Ze wilden zich verstoppen. Wie verstoppen zich daar? riep een stem bekend. Martialis!! riepen zij beiden.
En doelloos, verdrietig, en de zorg zwaar op zijn borst, stond hij te staren, hij wist niet waarheen, hij wist niet waarom, stond hij te staren, tot de schemering viel. Het was donker, toen de beide jongens zich aanmeldden aan de poort bij het Septizonium. Er was een wacht van Prætorianen, die zaten te dobbelen, te drinken.
En het waren nu ook de Aanzienlijken, die het volk opstookten te getuigen vóor de moordenaars van den Keizer wie ze dan ook waren want bij het Septizonium waar langs, in nissen, de beelden des Keizers stonden, bevalen drie, vier Senatoren, gezaghebbend, uitstekende van wijd gebaar tusschen het volk, ladders te halen en de beelden van Domitianus, den boèf, den ellendeling, stùk te slaan tegen den grond.
Zij reden de Porta Ostiensis binnen en de stad was reeds druk van morgengedoe. Tusschen de groentekarren, die naar de markt, tusschen de steen- en marmerblokkarren, die naar de nieuwe wijken, bolderend, door hier stof, daar modder gingen, reden zij mede dwars den Aventinus over en langs het Septizonium, naar de nieuwe wijk, om het Colosseum.
Neen, zeide Cecilius; dat "zal niet gaan"! Wij moeten naar onzen dominus.... "Zal niet gaan".... kwam Cecilianus na. En ik hóop, dat die in het Theater is.... We moeten heùsch naar het Theater.... Waar is het? Ga dan maar langs het Septizonium. Die hooge toren daar? Ja, die hooge wachttoren daar.... En dan den Circus Maximus heelemaal langs.... En dan? Het Forum Boarium over.... Ec
Hoe oud ben je? fluistervroeg als een meid de nicht van de Keizerin Domitia, op de knieën van den grooten knaap. Twintig jaren, bij Juno Lucina, die mijn moeder genadig was bij mijn geboorte en haar een flinken jongen tot zoon gaf. Kom morgen, fluisterde Fabulla; des avonds tegen zonsondergang, onder bij het Septizonium....
Broêr en zuster, Crispinus, Crispina stonden in de nacht voor elkaâr. Lavinius Gabinius komt straks, zeide Crispinus. Ik heb hem een bewijs van doorlating laten geven, voor de wachtpoort bij het Septizonium.... Ik doe voor je wat ik kan.... Crispina was zenuwachtig, wrong hare handen. Geloof je, dat....? Dat wat? vroeg ruw haar broêr. Niets.... Wat zal hij willen doen? ging Crispinus ruw voort.
Om den goddelijken Keizer te wreken!! bulderden alle de gladiatoren en zij drongen in de richting van het Septizonium: de Prætorianen stroomden de poort van den toren uit en uit de nissen slingerden wie op de ladders waren geklommen de borstbeelden des Keizers neêr op wie zijn moord kwamen wreken....
Nou, zei de dominus troostelijk. Dat is nou zoo èrg ook niet. Carpoforus, die heeft wel begrepen, dat jullie het heel aardig vonden, dat hij het vroeg. De Keizer was wèl heel goed voor hem en hij had gelijk, van zijn standpunt, dat hij hem met Colosseros en de gladiatoren ging wreken, al loopt hij gevaar een marmeren borstbeeld tegen zijn kop te krijgen, zoo als ik zag, dat ze uit de nissen van het Septizonium neêr keilden. Ja, jongens, afscheid nemen is
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek