Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juni 2025


Van een anderen kant schoot hem ijlings een vluchtige gedachte door 't hoofd van eenig verband, dat tusschen dit meisje en dezen maire bestaan kon, en hij zag nu met afgrijzen zeker iets natuurlijks in deze ontzettende beleediging.

Dit alles werd op een nederigen, fieren, hopeloozen en overtuigden toon gezegd, die dezen zonderlingen, eerlijken man eene ongewone en vreemde soort van verhevenheid verleende. "Wij zullen zien," zei Madeleine. En hij reikte hem de hand. Javert trad achteruit en zeide op schuwen toon: "Vergeving, mijnheer de maire, dat mag niet zijn. Een maire geeft de hand niet aan een verklikker."

Zij had de kracht niet meer, een woord te zeggen. Men raadde haar, mijnheer den maire zelf te gaan spreken; zij durfde niet. De maire had haar vijftig francs gegeven, wijl hij goed was, en zond haar weg, wijl hij rechtvaardig was. Zij boog zich voor dat vonnis. De weduwe van den monnik was dus tot iets goed. De heer Madeleine wist overigens niets van dit alles.

Graaf Zeppelin noteerde alles, wat de Maire hem mededeelde. 't Waren gegevens, die voor het Duitsche leger van groot belang waren. Zij vervolgden hun rit in zuidelijke richting, over Wörth, welke plaats zij onbezet vonden.

Anthoine, eerst naar de Wetgevende Vergadering en vervolgens naar de Tuilerieën, drong daar tot de vertrekken des konings door, riep hem toe: "Bekrachtig de besluiten," "Jaag de priesters weg," "Kies tusschen Coblentz en Parijs," bespotte den vorst op allerlei wijze en was na eenige uren pas tot heengaan te bewegen op dringend verzoek van Pétion, den nieuw gekozen maire.

't Is dus niet hier! Zuster, spreek, waar is Cosette? Ik wil mijn kind! mijnheer Madeleine, mijnheer de maire!" Javert stampvoette. "Is daar de andere ook? Wilt ge zwijgen, deern! Vervloekt land, waar galeiboeven overheden zijn en publieke vrouwen als gravinnen verpleegd worden! O, 't zal alles veranderen, 't is hoog tijd!"

De bode zelf was een ervaren politieagent, die Javert in een paar woorden met het gebeurde te Arras in kennis stelde. Het bevel tot aanhouding, door den advocaat-generaal onderteekend, luidde aldus: "De inspecteur Javert zal zich van den persoon van den heer Madeleine, maire van M. sur M. verzekeren, die in de terechtzitting van heden als de gewezen tuchteling Jean Valjean herkend is geworden."

Hij liet zich door Javert niet storen. Onwillekeurig dacht hij aan de arme Fantine, en hij wilde daarom koel zijn. Javert groette eerbiedig mijnheer den maire, die hem den rug keerde. De maire zag hem niet aan, maar ging met zijn aanteekeningen voort. Javert deed drie of vier schreden in de kamer en bleef staan zonder te spreken.

Ge kunt u voorstellen, hoe mij dit verwonderde, daar ik meende denzelfden Jean Valjean hier te hebben! Ik schrijf aan den rechter van instructie. Hij doet mij komen en brengt mij in Champmathieu's tegenwoordigheid... "En?" viel Madeleine hem in de rede. Javert antwoordde met zijn onveranderlijk en treurig gelaat: "Wat waar is, is waar, mijnheer de maire.

Moet ik mij meer dan anderen verschoonen? Neen. Hoe! zou ik alleen hebben gediend om anderen te straffen en niet mijzelven? ik zou een ellendeling zijn, en zij, die zeggen "Javert is een schurk," zouden gelijk hebben. Ik begeer niet, mijnheer de maire, dat ge mij met goedheid behandelt, uw goedheid heeft reeds genoeg kwaad bloed bij mij gezet, toen zij anderen gold; ik wil ze voor mij niet.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek