United States or Tunisia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Vraiselijke gebeurtenis ratte, opgevreite door reusachtige ratte " Cossar, de welbekende civiel-ingenieur, vond hen beiden staan in de groote deur der bovenwoningen, terwijl Redwood de nog vochtige, rose courant op armslengte hield en Bensington op de teenen stond, over zijn arm heen lezend.

Naarmate het lezend publiek onder den invloed van een voortgaande ontwikkeling in de taal zich wende aan een meer Noorsch getinten stijl, is ook de uitdrukking in de vertellingen telkens nader gebracht bij de mondelinge overlevering, en hierdoor hebben die boeken, in plaats van achteraankomers te worden, hun rang van voorgangers behouden.

Eensklaps schreeuwt hij, lezend: „Dieven! dieven! roovers! spitsboeven! moord! brand! alarm, ik ben bestolen!” werpt haastig het boek achter zich op den grond en snelt het tooneel op.

"De zon gaat mij niet aan," zei de geleerde. "Ze schijnt altijd, ik zoek het wereldsysteem." "Gij wilt ne scheet in e vogelekeveke gevange zette!" zei Pallieter, en kwaad ging de filozoof verder, lezend in zijn dikken boek. Maar er ging een geritsel en beweeg onder de breede savooienblaren, en daar kwam, geel en zwart, de schildpad onderuit gekropen. "Ei!

Ik heb achting genoeg voor hem om de vertrouwelijkheid waartoe hij mij noodigt niet te vreezen; en daar hij evenzeer als ik door de menschen mishandeld is, zullen wij elkaar troosten over den smaad dien zij ons aandoen, in 't hart van onzen vriend lezend, dat hij dien niet heeft verdiend."

De tijd zou er buiten kunnen, buiten moeten, als het lezend publiek van de verhouding van beoordeelden en beoordeelaars weet had. Over Diamantstad moet heel wat betoogd zijn, zelfs proza, zelfs onwelriekends. Het is noch tegen dierbaren, noch tegen een bepaald geval, noch tegen den algemeenen geest-van-verwording in de letterkundige aanschouwing van dit land, dat deze inleiding gesteld wordt.

Zij murmureeren niet over de oppervlakkigheid en de wispelturigheid van het lezend publiek, dat heden met gretigheid grijpt naar de courant en er figuurlijk den inhoud van verslindt, morgen ~letterlijk~ hetzelfde doet, nadat het in diezelfde courant in 't gunstigste geval! zijn kantoorboterhammen heeft gepakt.

Sinds die twee toevallige ontmoetingen keek Sprot je altijd op straat uit; een enkele maal, dat zij niet te moe was, liep zij een eindweegs in de richting van de Veenvalkstraat.... eens ging zij tot de Drie Alleetjes door en zag daar, zachtjes kuierend en lezend in een boek, Christientje loopen, en klein Wilmpje liep naast haar. Deze maal ging Sprotje niet terug.

Er werd, wegens de receptie, wat vroeger dan anders koffiegedronken, en Mevrouw de Boogh, die nog veel na te loopen had, deed haar best er wat haast mee te maken ze wilde ook de eetkamer nog aan kant hebben vóór dat de menschen kwamen maar meneer, nog maar altijd kranten lezend, at alleen bij tusschenpoozen een stukje, zeer langzaam, schijnbaar verdiept.... Er was een gedwongen toon.

Maar verder hadden ze elkaar niet veel te vertellen: hij las nu de krant, en zij, die de nieuwtjes al wist, keek, breiende, soms even op naar zijn lezend gezicht, naar de lijn van z'n blik, om na te gaan zóó, of hij dit al gezien had, daar al kon zijn.... Dan kwam er ook wel eens een korte uitroep, rauwschor als een hoest, uit den dadelijk weer manlijk-gesloten mond de geschoren bovenlip, aardkleurig, stond strak en hard en zij, áltijd begrijpend, glimlachte zwijgend, nam langzaam een teugje van stil genot uit haar koffiekop.