United States or Japan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Deze Holle, Olennius, was Hoofdman eener Keurbende, en Landvoogd van wege de Romeinen over Friesland. De verklaring van Holle of Hollo, naar de Friesche taal Hoofd, Hoofdman, vindt men bij Hamc. Fris. p. 11, en bij S. Petri, de Frisior. Antiq. et Orig. Lib. I. Cap. IX, welke laatste hem, echter verkeerd, een Fries van afkomst noemt.

En de Landvoogd, dien welkomstgroet vernemend uit de vlakte, diep onder zijne voeten, is zijner blijde ontroering niet langer meester. Hij schiet zijne vliegmachine aan, springt over boord, gevolgd door zijnen stoet van gevleugelde adjudanten en strijkt klapwiekend neer onder de jubelende menigte. »Een man van enkel vlerk en geest, zou men zeggen.

De Chatillon heeft heden onze stad aan de woede zijner soldeniers overgegeven, hij heeft acht onzer onnozele broeders doen hangen. Beken met mij, heer De Mortenay, dat het ons een plicht is hun dood te wreken; want wat kon de Landvoogd hun ten laste leggen, dan dat zij voor zijn dwingende geboden niet wilden zwichten?"

Nog een Klauwaard stond bij Mijnheer De Chatillon, zijn beurt om gehangen te worden was gekomen, hij had gebiecht en zich bereid gemaakt; echter haastte men zich niet met hem; de Landvoogd had het bevel nog niet gegeven.

De kleine synagoge ontdaan van alles, wat maar overbodig is. Wij zitten des avonds op den grond bij weinig kaarslicht. De jongens barrevoets. De treurzangen en Jeremia's klaaglied worden gelezen. Ook den volgenden dag worden zij gelezen. Het is alles als andere jaren. Maar het is toch niet alles als andere jaren. Een Joodsche Landvoogd.

"Dat men hem hange!" was het bevel van de Landvoogd. De soldenier, die het beulenambt bekleedde, nam de grijsaard bij de arm, en deze volgde hem gehoorzaamlijk tot aan de voet der ladder, het duurde nog enige ogenblikken eer de strop goed aan zijn hals gehecht was. Hij ontving de laatste zegening van de Priester, en plaatste eindelijk zijn voet op de ladder om tot de galg op te klimmen.

Deconinck, Breydel, en al hun gezellen moesten aan dezelve gehangen worden . Om de Klauwaards geen tijd tot voorafgaande muiterijen te laten, had de Franse Landvoogd zijn komst bedektelijk aan Mijnheer De Mortenay kenbaar gemaakt; niemand dan de Stadsvoogd wist iets van de schriklijke wraakneming die er moest gebeuren.

Hij en zijn raad van Spanje gaven, door heimelijke onderrichtingen, aan zekeren Roda, een beruchten rabauw, het recht zich hoofdman der plunderaars te verklaren, den buit op te garen, zijn naam, van hem, Philippus koning, te gebruiken, zijne zegelen na te maken en zich te gedragen als zijn landvoogd en stedehouder.

"Mijnheer," vroeg Maria aan de overste, "gelieft het u, mij te zeggen waarom gij aldus des nachts in mijn woning komt?" "Jawel, mijn edele Dame," was het antwoord, "het is een bevel van de Landvoogd. De Jonkvrouw Machteld van Bethune, die hier woont, moet ons op staande voet volgen. Vrees voor haar geen kwade behandelingen: ik geef u mijn trouw dat ik niet lijden zal dat een woord haar hone."

Zodra de laatste der geroepenen genaderd was, deed de Landvoogd een teken, en de acht Klauwaards werden ondanks hun tegenstand met koorden gebonden. Een klagend gemor ontstond onder het volk, maar een deel ruiters, die zich dreigend bij de menigte schikten, deden dit gerucht welhaast verdoven.