Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 juli 2025


Ach, mijn hart!" Dit zeggende, zonk zij weder in den schoot der blinde neder. Nebenchari, de oogarts, sprong toe, gaf de kranke wederom eenige droppels in, en riep: »Dacht ik het niet? Zij heeft vergif genomen, en zal onherroepelijk sterven, ook al weerhoudt dit tegengif den dood nog eenige dagen!"

Heeft Zijn dierbaar Woord Die waarheid ons niet heerlijk doen verstaan? Zij leeft voor immer in mijn binnenst' voort: En 'k zie aan u wat groote heerlijkheid En eere Hij den Zijnen heeft bereid. O, tusschen 't beeld dier kranke, dat ik thans Weêr voor mij zie, en dezen hemelglans, O, tusschen de arme bloem, die uitgebloeid Den steel ontzonk, en deze Hemelroos, Wat onderscheid!

Dit ijselijk lijden had Jan Verhelst als eene heete koorts vermagerd; hij, de gezonde, de sterke smid, was nu bleek als een kranke, en zijne ingevallen wangen en weggezonken oogen maakten hem schier onkennelijk. De morgen van den zevenden dag was sedert een paar uren aangebroken. Jan Verhelst zat op zijne bank met de handen vóór het aangezicht.

Ik was derwaarts gekomen, om mij door dien Egyptischen arts , die de kunst moet verstaan om kwade tanden zonder veel pijn uit te trekken, van zulk een leelijk exemplaar te laten verlossen. Aristomachus heeft mij met zijn vuistslag van het kranke deel mijns gebits verlost, en me die verschrikkelijke kunstbewerking bespaard, waaraan ik niet zonder siddering kan denken.

Bij het akelig gekerm der binnentredende, sprong de maagd ijlings op, terwijl de kranke zich in de bedstede oprichtte. «Om Gods wil, bedaar, vrouw Katelijne, bedaarsprak het meisje, maar de vrouw schreide maar immer door en bedekte het aangezicht van haar Betteken met tranen en kussen.

Deze riep om hulp en twee kloosterbroeders brachten de lijdende op een bed, legden het kindje naast haar en verzorgden de kranke zoo goed zij konden. Na een half uur opende Veerle de oogen en kwam tot bezinning. Haar broeder bereidde haar een verkwikkenden drank en bracht den heelen nacht wakend aan hare sponde door.

De oude maréchale de Villeroy geloofde niet aan de mogelijkheid van een luchtreis: niet dan met moeite, en bijkans tegen haar wil, liet de kranke, tachtigjarige dame zich naar een der vensters van de Tuileriën voeren, toen, op den 1sten December 1783, de natuurkundigen Charles en Robert met hun ballon uit den tuin van het paleis zouden opstijgen.

's Anderen daags trad hij, met doctorale waardigheid de ziekenzaal binnen. Hij ging overal rond, bezocht elken zieke afzonderlijk en zei: Zweer mij dat gij aan niemand zult zeggen wat ik u in het oor ga vertellen. Welke ziekte hebt gij? De kranke zei het hem, en zwoer bij hoog en leeg te zullen zwijgen.

Ach neen, hij weet niet wat hij doet nu hij zijn kranke vrouw om haar een doodend afscheid te besparen, schier onvoelbaar zacht een zoen op de bleeke wang drukt. Groote God, welk een andere zoen dan dien hij haar gaf.... ha, op dien heerlijken middag, nu zeven jaren geleden ... Voor de bedstee valt hij op de knieën neer. Zijn handen blijven een wijle gevouwen; zijn lippen bewegen zich krampachtig.

Mevrouw, die maatregel is noodig. Ga, en geef u niet te veel aan uwe droefheid over; zij kan een schadelijken invloed op uwe kinderen hebben." Zooals de knecht het bevel van den geneesheer wilde uitvoeren en aan zijne meesteresse zeide, dat hij bereid was om haar te vergezellen, liep zij nog eens naar hare kranke kinderen, kuste ze nog eens huilend en riep met verpletterd wee: "Eugène!

Woord Van De Dag

dompelende

Anderen Op Zoek