United States or Guinea-Bissau ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Bij papa's letteren voeg ik een paar woorden om je te zeggen dat ik mij, ofschoon zelve best in orde, zeer ernstig ongerust maak...." Maar dit kan evenmin blijven. Neen, ook August mag niet weten, niet vermoeden zelfs.... Weder staart Jacoba eenige oogenblikken in gedachten op Mendelssohns buste, terwijl ze het geschrevene in kleine stukjes scheurt. Ha! die inval komt als een lichtstraal.

Hij ziet hem de kamer verlaten en straks is de deur weer gesloten. "Heb je nooit pijn op de borst Coba?" "Nee August." "Kun je goed ademhalen. Zóó diep, diep ophalen? Probeer het eens flink!" Jacoba voldoet aan Helmonds verlangen, doch met een afgewend gelaat. "Ja 't is wel vreemd dat ik nu juist op mijn laatsten bruigomsdag hier bijna aan 't praktizeeren zou raken.

Jacoba gaat naar het venster, en dewijl de mist haar alle uitzicht beneemt, kan ze inderdaad het rijtuig niet zien, waarmee de notaris weer huiswaarts keert, en mag ze naar waarheid zeggen: "Ik zie volstrekt niets lieve papa. Misschien is de bierkar straks naar het achterhuis gereden en nu weer teruggekomen. Maar ik hoor niets.... hoor maar, niemendal."

Ik geloof dat u de eerste zult zijn om te erkennen, dat het tot de zeer verschoonbare inconsequenties behoort om eigen lusten voor die van onze geliefden op te offeren." "Welzeker August.... Wil je nog wijn?" "Dank u oom." Eenige minuten later wordt er gedankt. Jacoba verlaat de eetkamer nadat ze een zoen op Van Barnevelds voorhoofd heeft gedrukt.

"Ik geloof niet dat het veel te beteekenen had. Hoofdpijn. Wel mogelijk gevatte kou;" antwoordt Helmond zonder er veel bij te denken, want hij meende zeer goed te bespeuren dat Coba naar Donerie's ongesteldheid informeerde terwijl geheel iets anders haar vervult. "Ik begrijp niet waar pa blijft;" zegt Coba terwijl ze opstaat en met afgewend gelaat zich voortspoedt naar de deur. "Coba! Jacoba!"

Een oogenblik zelfs was het voornemen bij hem opgekomen om zijn toestemming te weigeren voor zooverre die weigering beteekenis had, en Jacoba zal er onder hebben geleden zooals zij telkens Helmonds voorspraak heeft moeten zijn. Immers, August had haar gezegd dat hij zoo onuitsprekelijk veel van Eva Armelo hield, en toch de liefde van zijn braven pleegvader zoo noode verliezen zou.

Tenminste.... kapitein? Dus er is nog hoop?" "Volgens den dokter niet, generaal. Hij heeft ontzettend geleden." "Wij weten dat alles kapitein;" valt Jacoba zeer haastig in, en even snel vervolgt ze: "Is de familie van Helmond óók bij hem? Ik meen zijn broer en zuster?" en terwijl zij dat vraagt, wenkt zij den man dat hij ontkennend zal antwoorden.

"Ik geloof nu August, dat je ter wille van Jacoba, wie niets mankeerde, zoo spoedig naar Romphuizen bent teruggekeerd, zonder je om 't genot van je vrouw te bekreunen; ik geloof nu dat al die vernederingen van mijnheer den generaal, haar oorsprong namen in de misrekening op je onverdeelde liefde voor zijn kind, die zich in den beginne heeft goedgehouden, maar zich nu niet langer beheerschen kan; ik geloof...."

Jawel, onder ons, ik spreek van Jacoba, en ik ben òvergelukkig dat het toeval mij u, en niet dokter Helmond deed vinden. Je hebt haar op dien morgen gezien, geobserveerd, ge.... enfin door je uitmuntende zorgen haar in 't leven behouden. Merci, waarachtig Van Hake, van harte merci!" Kippelaan tastte over de toonbank naar handen, die echter niet voor den dag kwamen.

Van Hake ziet om, en haar aan. De gedachte om het boekje weer ijlings in de la te bergen is even spoedig verworpen als ze gerezen was. Inwendig bevend, tuurt Jacoba er in, en ofschoon het spreken haar moeite kost, toch zegt ze snel: "Ik vond hier dit boekje, en dacht dat hetgeen u speelde er in stond, maar...." ", in dat boekje? ik ken het niet juffrouw, 't Was een psalm dien ik speelde."